Weekverslag van Stan, juni 2023

Zaterdag 24 juni 2023

Het wordt weer warm vandaag. Donderdag heeft het uren geregend en dat is te merken. De woestijnvorming is even tot stilstand gekomen. Vanuit het niets staan bij Tinekes bankje tientallen kleine gele bloemen. Klein streepzaad, ze lijken een beetje op minipaardenbloemen. Het gras rondom is nog bruin, maar als het meezit, zal dat niet lang duren. Ik ben benieuwd wat er deze week nog aan bloemen bij komt. In de noordelijke poel en zelfs in de bospoel staat weer water. Gelukkig is de wildcamera droog gebleven. De berg maaisel buiten de poort is wel nat geworden. Gelukkig kan hij vandaag en morgen nog goed drogen. Maandag wordt het maaisel afgevoerd.

Gewoon timoteegras
Maaiselberg in de zon
Bezoekers op de houten brug.

Opleving bij insecten

Is het de regendag van afgelopen week of gewoon de tijd van het seizoen? De laatste weken zagen we nauwelijks vlinders. Maar vandaag meerdere Bruin zandoogjes, Groot dikkopjes, een Citroenvlinder, Koolwitjes (welke weet ik niet), allerlei libellen en andere vliegende insecten. In de strook voor de natuurtuin vind ik tijdens het snoeiwerk tientallen bloeistengels van Gewoon timoteegras. Een paar jaar geleden zagen we de eerste paar bloeistengels. We maaien deze strook twee of drie keer per seizoen. Timoteegras lijkt het daardoor beter te doen. Goed nieuws voor verschillende vlindersoorten die Timoteegras gebruiken voor hun rupsen.

Grote keizerlibel
Grote groene sabelsprinkhaan
Bloedrode heidelibel

Klussen

We werken een paar klusjes af. Wil repareert de banden van de motorkruiwagen. Drie van de vier binnenbanden blijken beschadigd. Ze waren slap en door het wringen waren de ventielen van de binnenbanden los getrokken. Gelukkig hebben we een paar reservebanden. Na een ochtend banden wisselen is de motorkruiwagen weer inzetbaar. Rinus pakt de snoeischaar en gaat naar het paadje dat we met stenen hebben gevuld. Het ligt nu hoger en de struiken groeien er overheen. Terugsnoeien dus. Ik snoei met de accu heggenschaar de buitenhaag aan de voorkant. De accu’s zijn nog prima. Ik kan de hele buitenhaag doen op een acculading.

Bezoekers

Intussen komt het ene gezinnetje na het andere de natuurtuin in. De kinderen zijn op een van de schoolexcursies in de natuurtuin geweest. Dat is blijkbaar goed bevallen want ze willen graag nog een keer waterbeestjes scheppen. De ouders zijn op sleeptouw genomen, maar zijn even enthousiast. Het lijkt wel of we een extra open dag hebben. Een hoop gezelligheid en de ochtend vliegt voorbij.

Zaterdag 17 juni 2023

De zoveelste zomerse dag. Heet weer werkt niet lekker, dus begin ik extra vroeg en hoop tegen 11 uur klaar te zijn, voordat het echt warm wordt. Het waait nauwelijks. Dieren houden zich rustig. Ik hoor een Koekoek en het geluid van de watervogels op de grote poel. Binnen vijf minuten heeft een mug me te pakken en loop ik met een dikke lip. Zouden wennen aan anti-insectenspray? Vorige week hebben we hooi op dijkjes geharkt en afgelopen maandag zijn de laatste stukjes gemaaid.

Rinus en Onderzoeker Will in actie
Lange ereprijs bloeistengel
Bloeiende Veldlathyrus

Hulp bij het hooien

Voordeel van het droge weer is dat het maaisel erg licht is. Het maaisel van vorige week gaat in vijf ladingen met de hooiwagen naar buiten. Het zijn flinke bergen hooi, maar de hooiwagen laat zich makkelijk over de hobbelige paden trekken. Rinus en Onderzoeker Will harken de veldjes die maandag zijn gemaaid. Een opgewekte jongedame komt binnengewandeld en vraagt of ze een handje kan helpen. Een paar maanden geleden heeft ze ons geïnterviewd over het werk in de natuurtuin. Dat was voor een schoolproject over biodiversiteit. Intussen heeft ze over haar onderzoek een presentatie gehouden met een dikke tien als beoordeling. Daarnaast is ze met haar hockeyteam kampioen geworden!

Roestbruine grassprietkever

Terwijl onze bezoekster met Onderzoeker Will en Rinus rond de grote poel werken, harken Wil en ik het laatste maaisel in de zuidelijke strook bij elkaar. Opvallend vaak komen we tussen het maaisel kleine eenjarige kikkertjes tegen. Een paar weken geleden waren het nog kikkervisjes. Nu zijn ze op zoek naar voedsel, vochtigheid en misschien zelfs al een geschikte overwinteringsplek. Iets na tienen zijn we klaar met het werk. Gelukkig maar, want de temperatuur begint aardig op te lopen. Onderzoeker Will ontdekt een bruine kever op zijn arm. Ik maak een foto en laat Herkenningsapp Obsidentify kijken. Honderd procent zeker: een Roestbruine grassprietkever. Deze diersoort woont het liefst in beschut grasland en zal het in de natuurtuin wel naar de zin hebben. De larven van de kever leven twee jaar ondergronds en eten plantenwortels, vooral van grassoorten. De zoekresultaten op internet gaan vaak over de bestrijding.

Waterleven onderzoeken
Roestbruine grassprietkever op de arm van Onderzoeker Will.
Het onderzoeksteam

Nog meer aanloop

We krijgen aanloop. Oud vrijwilliger Theo komt een rondje door de tuin doen. Twee meiden van Scouting Leonardus komen binnengewandeld. Het is niet hun eerste ontdekkingstocht in de natuurtuin. Ze zijn goed uitgerust met zoekkaarten en loepen. Rinus oppert of ze waterbeestjes willen scheppen. Een goed idee. Begeleid door Onderzoeker Will, Rinus en onze hockeyster trekken ze naar de houten brug en onderzoeken het waterleven.

Veelbloemige roos

Ik loop met Wil naar drie plekken waar we Veelbloemige roos hebben ontdekt. Achter het insectenlab, in de noordelijke houtwal en de houtwal bij de poort. Veelbloemige roos is een struik die rijk bloeit met trossen vol kleine geurige bloempjes. De plant komt uit verre streken. Hij heeft hier geen natuurlijke vijanden en groeit steeds verder uit. Na een paar jaar heeft de mooie roos alle andere planten weggedrukt. Zo ontstaat eenzijdige begroeiing en dat ondermijnt de biodiversiteit. We willen gevarieerde begroeiing waar veel verschillende dieren iets aan hebben. Een paar jaar geleden hebben we forse exemplaren Veelbloemige roos weggeknipt. Stiekem is hij hier en daar terug gegroeid. Zijn rijke bloesem heeft hem verraden en we knippen hem zo kort mogelijk terug. Hij zal opnieuw uitgroeien, maar ook dan zullen we er bij zijn voordat hij een probleem wordt.

Dodaars
Jonge Meerkoet
Waterhoen met jong.

Veldlathyrus en Lange ereprijs

Omdat we zo vroeg klaar zijn hebben we tijd voor een kleine ontdekkingstocht. In de zuidelijke strook bloeit Lange ereprijs. Een sierlijk plantje dat zich een paar jaar geleden in de zuidelijke strook heeft gevestigd. Hij houdt dapper stand aan de rand van een ruigte. Bij de houten brug ontdek ik een paar bloeistengels van Veldlathyrus. Ook een natuurtuinbewoner die we een paar jaar geleden nog niet kenden. De Aalbessen in het berkenbosje stonden vol bessen. Er zijn er niet veel meer van over. Vogels houden zoiets goed in de gaten. Vlakbij valt mijn oog op een rare vergroeiing. Geen idee wat het is. Obsidentify zegt dat het de gal van een Ananasgalwesp is. Het ding lijkt in ieder geval op een ananas. We lopen nog wat rond en ruimen dan onze spullen op. Een mooie zaterdagochtend afgesloten.

Zaterdag 10 juni 2023

Zomer, warm en droog. Meer kan ik er niet van te zeggen. We hebben vandaag wat hooiwerk te doen en krijgen het Jeugd-IVN op bezoek. Gelukkig geen druk programma voor ons. De planten en grassen zijn afgelopen weken enorm gegroeid. Alles wat niet gemaaid is komt tot boven mijn middel. Hier en daar groeit zelfs manshoge Kropaar (een grassoort). Misschien groeien bomen en struiken ook wel harder, maar dat valt dan niet zo op. Er is veel water gevallen in het voorjaar, meteen gevolgd door hoge temperaturen en veel zon. Ik hoor vaak dat die omstandigheden de forse groei verklaren.

Uitbundig groen
Opgeharkt maaisel
Overzicht vers gemaaide stroken grasland
Vers gemaaide graslandjes

Mineralisatie door laag grondwaterpeil

Ik denk dat de vorige droge zomers de extreme groei hebben veroorzaakt. Lange droge periodes doen het grondwater wegzakken. Hierdoor dringt de lucht dieper in de grond dan normaal. Zuurstof kan reageren met mineralen die vastzitten aan bodemdeeltjes en “weekt” ze dan los. Dat zijn extra voedingsstoffen die planten kunnen opnemen. Ons maaibeheer is bedoeld om overtollige voedingsstoffen via het maaisel af te voeren. De droogtes werken ons dus flink tegen, net als de grote stikstofdepositie. Op grond die ongezond “rijk” is aan voedingsstoffen doen de meeste wilde planten het niet goed. En we willen juist soortenrijkdom stimuleren.

Grote sabelsprinkhaan
Waterscheppers op de houten brug, verscholen tussen het groen.
IVN Slootjesdag
Groot dikkopje
Groot dikkopje

Bosbrandgevaar

Voordeel van het droge weer is wel dat het maaisel prachtig opdroogt. Het hooiwerk gaat lekker makkelijk. Behalve dan vandaag. Het wordt warm en we willen niet lang werken. Het laatste maaisel van de zuidelijke strook gaat naar de houtstapel in het elzenbosje. Wanneer Wil aankomt bespreken we wat we met de rest van het maaisel gaan doen. In de media staan ongeruste berichten over droogte en het gevaar voor natuurbranden. We besluiten om het maaisel dat we nu nog opharken buiten de poort brengen en later afvoeren naar de composteerder. De graslandjes aan de voorkant van de natuurtuin zijn nu klaar. In de zuidelijke strook zijn nog twee kleine lage stukjes die genoeg zijn opgedroogd. Die wil ik later nog maaien, de rest van de strook is klaar. Afgelopen maandag heb ik in de buurt van de knotwilgen gemaaid. Vandaag harken we dit maaisel bijeen om volgende week af te voeren.

IVN Slootjesdag

Intussen is het Jeugd-IVN gearriveerd. Ruim vooraf hebben de begeleiders, geholpen door Rinus en Onderzoeker Will, alle spullen klaargezet. Er komen minder kinderen dan anders. Ik denk dat veel mensen de hitte niet aandurven. Het IVN heeft voor zonnebrandcrème, extra water en schaduwdoeken gezorgd. Toch houden de meesten het niet de hele ochtend vol op de houten brug. Er worden tussendoor wandelingetjes gemaakt om wat af te koelen en in de schaduw wat te drinken. Enkele oudere deelnemers blijven bij ons in de schaduw van de container hangen. Ik heb nog een paar koeken over en dat maakt de tongen los. Ik hoor van alles over behaalde cijfers en hoeveel of weinig moeite dat kost, transgenders, computerspellen en een paar dingen die niet verder mogen worden verteld.

Onbekende cocon op Vlierblad
Azuurwaterjuffers, Parend en ei-afzetting.
Vuurjuffer
Vuurjuffer

Waarnemingen

Om twaalf uur is de slootjesdag afgelopen. Spullen worden opgeruimd en iedereen vertrekt, moe van warmte en tevreden over de vondsten. Ik loop nog een rond met Onderzoeker Will. Overal is wel wat te zien. Op een vlier zie ik een raar bouwsel, ik denk een cocon, maar van welk beest? Bij de grote poel vallen me de aantallen grotere libellen op. Nadat de poel in de droge zomers een paar keer (bijna) was drooggevallen waren ze nauwelijks te zien. Op een ondiep stuk zijn Azuurwaterjuffers druk met de voortplanting. Mannen en vrouwen hebben koppels gevormd. De mannen staan recht overeind en hebben zich vastgehecht achter de kop van de vrouwen. De vrouwen zitten gekromd op een stengel van een waterplant die vlak onder het wateroppervlak zit. De bevruchte eitjes worden meteen afgezet in de plantenstengel. Rondom patrouilleren verschillende soorten grotere libellensoorten. Ik krijg er geen op de foto. Wel een Vuurjuffer die even op een grasstengel uitrust. Na een tijdje hebben we genoeg van de zon en gaan ook wij naar huis.

Zaterdag 3 juni 2023

We hebben veel geluk met ons maaiwerk. Twee weken geleden zijn we begonnen. Sindsdien hebben we alleen maar droog weer gehad. Veel zon en noordenwind. Het hooi is droog en licht. Dat is vaak anders. Meestal sjouwen we bij het hooien vooral water. Vandaag hebben we alweer een mooie zomerdag. Ik begin eerder om de grootste hitte voor te zijn.

Gras in bloei (Kropaar)
Bruine korenbout
Zoek de IJsvogel

Vogeljaar

Ook Onderzoeker Will is vroeg. Hij is in zijn nopjes. In de zuidelijke poel is een Bosrietzanger gehoord. Alweer een bijzondere vogel die op onze rietkragen afkomt om te broeden. Daar komt nog bij dat de Dodaars jongen blijkt te hebben! Het kan vandaag niet op want even later spot hij ook nog een IJsvogel. In een boom bij de zuidelijke poel. Ik moet van grote afstand foto’s maken en denk dat er niet veel op staat. Thuis bekijk ik de foto’s nog een keer en op een vergroting is toch een IJsvogel te zien. Tot nu toe is het een indrukwekkend vogeljaar. Pimpelmees, Meerkoet, Wilde eend en Waterhoen waren al leuk, maar nu hebben we dus ook een broedsucces van Dodaars en, wie weet, broedende Karekiet en Bosrietzanger?

Hooien

Vorige week zaterdag hebben we het maaisel in het voorste deel van de natuurtuin op dijkjes geharkt. Maandag is de zuidelijke strook gemaaid. Een kleiner stuk dan anders omdat er nog water stond in de laagste delen. Ik krui het maaisel van vorige week naar de houtstapel in het berkenbosje. Onderzoeker Will, Rinus en Wil harken het maaisel in de zuidelijke strook bijeen. Komende week kan het verder drogen en zaterdag gaat het naar de houtstapel in het elzenbosje. Loes is ook weer van de partij. Elk jaar komt ze een handje helpen met hooien en door alle handen is het werk vandaag snel klaar.

Meerkoet met jong
Rinus in volle actie
Vliegend mieren

Vliegende mieren

Ik zie van alles krioelen op de stapel waar we het maaisel storten. Wanneer ik goed kijk zie ik dat het mieren zijn. Honderden vliegende mieren die onhandig door elkaar lopen en de lucht in fladderen. Ook voor mieren is het paarseizoen aangebroken. Vrouwen en mannen met tijdelijke vleugels verlaten het nest om te paren. Wanneer ze het avontuur overleven (ze worden nog al eens opgegeten) kunnen de overgebleven vrouwen nieuwe mierenvolken beginnen. De mannen vallen na de paring dood op de grond.

Insectenlab

Bij het insectenlab zie ik een aparte wesp. Herkenningsapp Obsidentify kan niet veel met die ene onscherpe foto. Het lijkt een “Bleke zeefwesp” of anders een “onbekende Deukmetselwesp”. Maar het kan ook een “Nysson spinosus” zijn, een wespensoort zonder Nederlandse naam. Vlak bij het insectenlab zit een Ranonkelbij helemaal in een boterbloem. Het bijtje schuift met de buik langs de meeldraden en verzamelt zo stuifmeel. Voedsel voor de nakomelingen. Het kan goed zijn dat deze Ranonkelbij in ons insectenlab nestelt. Wilde bijen zijn geen grote reizigers. Veel soorten komen in hun leven niet verder dan een paar honderd meter van hun geboorteplek. Voor Ranonkelbijen zijn Boterbloemen de belangrijkste waardplant. Kruipende boterbloem en Egelboterbloem doen het goed in de natuurtuin. Nestelplekken (gaten in dood hout) zijn er ook genoeg. De Ranonkelbij zal hier niet vlug verdwijnen. Een ochtend vol bijzondere waarnemingen!