logo natuurtuin

mei 2021

NATUURJAAR 2021-22, Lente in Natuurtuin De Robbert

Vandaag: Insecten los in de Natuurtuin, Verwachte vliegtijd Libellen, Dagvlinders Junidip, DeNatuurin!, Plantenwortelatlas en Nieuwe natuurfilm Marker Wadden.

Zaterdag (2021-05-29), Een prachtige zonnige zaterdagmorgen -en uitgerekend vandaag, ben ik een uurtje later- in de Natuurtuin aanwezig. Stan is al bezig met het hooien van het gemaaide gras. Het is weer hooitijd! Elk jaar wordt het gras -dit ivm het stimuleren van de bloeiende flora- gemaaid. Ook wijst Stan me op een nieuw vogelgeluid wat hij vanmorgen al gehoord heeft tijdens de eerste rondgang door de Natuurtuin. Merk aan de insecten, Libellen en Juffers dat de warmte van de oplopende buitentemperatuur, iets doet met de fragiele lijfjes. Als ik aan het eind van de wekelijkse Vogeltelling de laatste vogel op scorelijst ‘aan vink’ blijkt het, dat er een tweede Bosrietzanger in de tuin bivakkeert. Een leuke score voor het beheer en -ders van de Natuurtuin.

Bruine korenbout Libellula fulva
Bruine korenbout Libellula fulva
Azuurwaterjuffer Coenagrion puella
Azuurwaterjuffer Coenagrion puella
Vuurjuffer Pyrrhosoma nymphula
Vuurjuffer Pyrrhosoma nymphula

Ook de Juffers(soorten) zijn weer ‘uitgevouwen’ met vele exemplaren hangen ze in de grassen en planten die staan langs de slootjes waar ze wellicht hun eerste 1 -2 levensjaar hebben doorgebracht.

 

vliegtijden vlinders
vliegtijden vlinders

Krijgen de vlinders weer een ouderwetse junidip?

27-MEI-2021 - ‘Vroeger’ was de term junidip algemeen bekend onder de vlinderaars. De voorjaarsgeneraties van veel vlinders waren over hun hoogtepunt of helemaal weg en de zomergeneraties waren er nog niet. De laatste jaren is die dip verschoven naar half tot eind mei, maar het lijkt erop dat er dit jaar half juni maar heel weinig vlinders zullen vliegen. (Bron: Vlinderstichting)

Verwachte vliegtijden van dagvlinders

Om een soort goed te kunnen inventariseren en monitoren, en vaak ook de nieuwsgierigheid te kunnen bevredigen, biedt de De Vlinderstichting een dagelijkse voorspelling van de globale vliegtijden op internet. Deze voorspelling is gebaseerd op een negendaagse weersvoorspelling, waarbij verwachte temperatuur en straling worden meegenomen in de berekeningen.

In bovenstaande figuur kunt u de voorspelling zien voor de vliegtijd van de vlinders die binnenkort gaan vliegen. Natuurlijk kunt u voor en na de voorspelde vliegtijd al vlinders zien. Zo vliegen er begin april al koolwitjes, terwijl de hoofdvliegtijd (wanneer dus de hoogste aantallen gezien worden) pas in mei ligt. Per soort (en per generatie) wordt middels een tijdbalk gepresenteerd wanneer de hoofdvliegtijd waarschijnlijk zal beginnen. Het eerste (smalste) deel van de balk start op de dag waarop wordt verwacht dat 2% van de totale generatie gaat vliegen en eindigt op 10%. De vier volgende balken (steeds donkerder groen) staan voor resp. 10 - 25%, 25 - 50%, 50 - 75%, 75 - 90% en 90 - 98% van de populatie. Wij richten ons bij de presentatie van de gegevens dus op de best te definiëren vliegtijd van de soorten.

Van soorten die overwinteren als volwassen vlinder, zoals kleine vos, dagpauwoog en citroenvlinder, blijkt het nu nog erg moeilijk te zijn om de vliegtijd van de overwinterende vlinders in te schatten. Voor deze soorten wordt dus wel een inschatting gegeven, maar kan nog flink verschillen geven met de praktijk.

In de hoofdvliegtijd (25% - 75%) kan een soort het best geïnventariseerd of geteld worden;

Natuurlijk vliegen er vlinders eerder of later; de massa (80% van het aantal) vliegt echter wel in de hoofdvliegtijd. (Bron: Vlinderstichting)

Waterviolier (Hottonia palustris) in bloei in de Natuurtuin (Foto: Will van Berkel)
Waterviolier (Hottonia palustris) in bloei in de Natuurtuin (Foto: Will van Berkel)
logo De Natuur In

De natuur in

Denatuurin!  is een gratis natuur-& fotografiemagazine. Met dit magazine willen wij een magazine van en voor de lezers maken. Een magazine dat niet alleen een podium voor de redactie is om zijn/haar werk te laten zien, maar juist ook voor de lezers.

Met natuur & fotografie als onderwerp spreken wij een grote doelgroep met overlappende interesses aan. Ook de mogelijkheid is geboden dat de amateur natuurfotograaf een foto mag insturen voor een poging dat zijn foto wordt geplaatst in de volgende digitale uitgave van Denatuurin! .

Klik op de links:

https://www.denatuurin-magazine.nl/

https://www.denatuurin-magazine.nl/archief/

Wortelatlas Midden-Europa

Van de week zag ik bij MAX TV Boswachter Andre Donker. Hij vertelde in de TV-uitzending hoe verassend de tekeningen van plantenwortelstelsels zijn onder de grond, wonderlijk hoe ze er uit zien! Neem een kijkje in de Plantenwortelatlas. (Bron: Wageningen University & Research (WUR)

Kaalmoes – (Acorus calamus)
Kaalmoes – (Acorus calamus)
Ruige zegge – (Carex hirta)
Ruige zegge – (Carex hirta)

De kennis van worteldiepte en ruimtelijke uitbreiding van verschillende plantensoorten in bouwland en grasland hielp enorm om hun groeiomstandigheden beter te begrijpen, en dit hielp op zijn beurt om verschillende nieuwe landbouwideeën te ontwikkelen. 

Hun werk leidde tot een aantal publicaties en vormt een tegenhanger van het werk van John E. Weaver in Nebraska, VS. Deze scans van de originele tekeningen, gemaakt door Univ.-Prof. Dr. E. Lichtenegger (d. 2004), bestrijkt niet alleen een grote verscheidenheid aan soorten, variërend van landbouwgewassen tot geassocieerd onkruid, maar ook natuurlijke vegetatie, van orchideeën tot alpenstruiken en bomen. De tekeningen vertegenwoordigen wortelstelsels van individuele soorten die zorgvuldig zijn geïsoleerd van hun omgeving en tot in de kleinste details zijn getekend. Klik op de onderstaande link:

https://images.wur.nl/digital/collection/coll13/?_ga=2.5809392.2145725167.1622129702-558199755.1622129702

tekening Marker Wadden
tekening Marker Wadden

In het Markermeer is vijf jaar geleden een uniek project gestart: de aanleg van Marker Wadden. Met klei, slib en zand is er een archipel van eilanden gemaakt, niet om huizen op te bouwen, maar voor de ontwikkeling van natuur. Het proces van dit hoogwaardige staaltje Nederlandse inventiviteit is vastgelegd door natuurfilmmaker Cees van Kempen in de documentaire Marker Wadden, een wonderbaarlijk natuurverhaal.

Marker Wadden is tot stand gekomen met de hulp van Natuurmonumenten en wordt uitgezonden op: zondag 30 mei bij BNNVARA op TV-NPO 1 om 22.10 uur.

Ook is de serie: Springwatch 2021, de aankomende 2 weken nog te volgen op TV-BBC 2

Klik op de Link: https://www.bbc.co.uk/programmes/m000wgs3

Tot volgende week, het is volop LENTE, en dan gaan we weer op zoek naar de volgende nieuwe ‘natuurontdekkingen’ in de Natuurtuin ‘De Robbert’

kom gerust op zaterdag eens langs

(De Natuur gaat zijn eigen gang en staat niet stil)

Met ‘gevederde’ groet, Will van Berkel.

NATUURJAAR 2021-21, Lente in Natuurtuin De Robbert

Vandaag: Bosrietzanger gearriveerd, ‘Kaasvlieg’ Insect in de Natuurtuin, App Lieveheersbeestjes en Podcast Boswachter Frans K.

Zaterdag (2021-05-22), De weersberichten voorspelden voor vandaag een ‘natte’ zaterdag met veel regen. Nou niet een morgen geschikt om werkzaamheden en speuronderzoek te doen in de Natuurtuin. Maar toch, je kunt toch niet thuis gaan zitten afwachten, dus alle leden van het ‘tuinteam’ waren gewoon aanwezig. Stan is bezig met plantensoorten delamineren en terwijl hij bezig is vindt hij op een Pinksterbloem -die nu volop in bloei staan- twee Oranjetipjes. Zelf aan de slag met de AtlasLive vogeltelling en daarna opzoek naar insecten. Wil en Rinus bezig met allerlei ‘groen’klussen in de Natuurtuin. Ook het materiaal voor het slootje scheppen, krijgt op voorhand een inspectie beurt. Want binnenkort start het waterdiertjes onderzoek voor de scholen weer. De jonge natuuronderzoekers zijn altijd verrast hoeveel waterdiertjes en -insecten er in de natuurlijke poelen zitten. Het team is al volop bezig met de voorbereidingen.

zoekkaart waterdieren
zoekkaart waterdieren

Vanmorgen loop ik de Natuurtuin in, de eerste vogel die ik hoorde zingen, nadat ik de fiets had weggezet, was de laatste in de rij van de verre trekvogels die deze week uit Afrika als laatste is teruggekeerd de Bosrietzanger. De Bosrietzanger is een van de vele kleine, bruine zangvogeltjes. En voor vogeltellers niet de makkelijkste, omdat hij verstopt in de begroeiing leeft en andere vogels meesterlijk imiteert.

Bosrietzanger Acrocephalus palustris
Bosrietzanger Acrocephalus palustris (Foto: Jan Wouters)

Bosrietzanger

Acrocephalus palustris (Bechstein, 1798)

Bosrietzangers zijn kleine, bruine zangvogels die erg lijken op de Kleine Karekiet. Hoe onbeduidend hun uiterlijk ook is, met hun zang maken ze het verschil: na wat knarsende begintonen volgt een serie van snel herhaalde imitaties van andere vogelsoorten. Ze kunnen er uren mee doorgaan. Een Belgisch onderzoek toonde eens aan dat een gemiddelde Bosrietzanger 76 (!) verschillende vogelsoorten imiteert. De helft van de imitaties komt van Oost-Afrikaanse vogelsoorten, uit de regio waar Bosrietzangers overwinteren. De andere helft van Europese vogels. Na een Grijze Hongingzuiger klinkt meteen een Grutto…

Buiten broedtijd

Waarnemingen eind april zijn bijzonder. De meerderheid van de Bosrietzangers komt pas in de tweede helft van mei aan. In dezelfde periode, soms tot begin juni, duiken wel eens (zingende) vogels op in gebieden waar ze niet broeden, zoals bosranden of stadstuinen. Tijdens de najaarstrek zal het vooral om vogels uit eigen land of directe omgeving gaan. Nederland vormt de uiterste noordwestrand van het verspreidingsgebied, zodat noemenswaardige doortrek van elders uitblijft. De wegtrek vindt voornamelijk tussen half juli en half september plaats.

Broedtijd

Bosrietzangers hangen hun nest op aan stevige stengels in een vaak vochtige, soms echter droge omgeving. Ze kunnen zowel talrijk zijn in verruigde moerassen met enige opslag als in brandnetelvelden met veel overjarige stengels. De dichtheden op de kleigronden zijn veel hoger dan op de zandgronden. In zeer bosrijke omgeving hebben Bosrietzangers weinig te zoeken. Als pioniervogel profiteert deze soort snel en soms massaal van tijdelijk beschikbare biotopen. De aantallen wisselen daarom per gebied vaak sterk van jaar tot jaar. Landelijk gezien vertonen de aantallen geen duidelijke ontwikkeling.(Bron: Sovon Vogelsoorten).

Vogelgids Vogelbescherming:

Klik op de link:

https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/bosrietzanger
Na de vogeltelling die deze morgen niet veel soorten oplevert -mede door het vochtige weer- ga ik de tuin in opzoek naar insecten. Speur de planten en struiken af en ook het klopnet bied extra hulp bij het zoeken naar deze kleine diertjes die ik allemaal weer terug zet. Tussen de varens zie ik een oranje/bruin insect zitten na het invoeren van deze ‘vangst’ blijkt het een het:

Neottiophilum praeustum foto: Will van Berkel
Neottiophilum praeustum foto: Will van Berkel
Vrouwtje (foto: Wim Hazeleger)
Vrouwtje (foto: Wim Hazeleger)

Neottiophilum praeustum

Als ik de waarneming invoer op de site lees ik het volgende en sta versteld wat een insect doet in het ecosysteem!

Deze soort (zeldzaam) hoort tot de "kaasvliegen" (Piophilidae). De soorten zijn kleine, glansende vliegjes. De kop heeft een zeer opvallende vibrissae. Vibrissae (van het Latijnse vibrio 'trillen') zijn analoog aan antennes die worden aangetroffen op insecten en andere geleedpotigen.

De larven van deze, parasiteren op jonge vogeltjes (nestjongen).

1. Neottiophilum praeustum (Meigen 1826) is een Acalypterate vlieg, waarvan de larve in de nesten van verschillende vogels leeft, bijvoorbeeld Greenfinches, Groenlingen, Vinken, Kneu en Lijsters en Merels.

2. De structuur van de vroege stadia van deze vlieg, namelijk eieren, larve en pop, wordt hier voor het eerst beschreven.

3. De larven van Neottiophilum leven als intermitterende bloedzuigende parasieten op de vogels. Hun voedingsgewoonten zijn vergelijkbaar met die van Phormia (is een vliegensoort uit de familie van de bromvliegen) en Passeromyia (Vogelparasiet).

Nu de bibliotheken weer open zijn vind ik het leuk om Natuurtijdschriften door te neuzen op nieuwtjes en berichten. Zag dit bericht in ROOTS , de gratis handige App European Ladybirds. Heb gelijk deze App op de telefoon gezet en ben het veld ingegaan. Ook voor gebruik in de tuin, nu valt het op hoeveel soorten er zijn. Probeer de App eens uit en breng de ‘Zonnenkoekjes’ Lieveheersbeestjes -soorten op naam.

kaart lieveheersbeestjes
kaart lieveheersbeestjes
tekst

Voor de liefhebbers van de Natuurpodcast zijn er -de afgelopen weken- weer nieuwe geplaatst om naar te luisteren. Het inspireert ook om naar buiten te gaan ‘De Natuur in’ want daar gebeurd het !

logo podcast

Podcastwandeling Kampina

1 uur 12 minuten (4,8 km)

Ga op pad met Frans Kapteijns, Brabants bekendste boswachter! Frans neemt je mee over natuurgebied de Kampina. Luister de podcast terwijl je wandelt, en laat Frans je alles vertellen over de planten en dieren in het natuurgebied.

Let op: het kan druk zijn in de Brabantse natuurgebieden. Kijk daarom voordat je op pad gaat op de Brabantse Druktemeter, hier zie je de actuele drukte. 

Je wandelt een prachtige route van Natuurmonumenten door het bos, langs het beekje de Rosep en het Belversven dat naast een fraai heideveld ligt. De route is aangegeven met rode pijlen.

Bij Boshuys Hermitage kun je nog even nagenieten.

Luister de podcast klik op de link:

https://open.spotify.com/episode/6BsIVEx5OiK5Y6LZlDQb03?si=0761778d864c4900

logo podcast
tekst

Luister de podcast, klik op de link: Steltkluut:

https://open.spotify.com/episode/75NvsR9F6kYp7MQjTZCvy8?si=603f290a64a54118

Luister de podcast, klik op de link: Roerdomp:

https://open.spotify.com/episode/1tBueqtYRUUUgdLuHulSj1?si=a76d0315eca341dc

Tot volgende week, het is volop LENTE, en dan gaan we weer op zoek naar de volgende nieuwe ‘natuurontdekkingen’ in de Natuurtuin ‘De Robbert’

kom gerust op zaterdag eens langs

(De Natuur gaat zijn eigen gang en staat niet stil)

Met ‘gevederde’ groet, Will van Berkel.

NATUURJAAR 2021-20, Lente in Natuurtuin De Robbert

Vandaag: Natuurtuin Stichting Oase, Gierzwaluw nestplek tellen, Red de Insecten NM

Heesterslak en de eerste insectenvangsten in de Natuurtuin.

Zaterdag (2021-05-15), Vanmorgen al fietsend door het Natuurgebied De Bundertjes richting de Natuurtuin, valt het op dat het gebladerte deze week een boost heeft gekregen van het weer. De warmte en regen geeft een extra groei-impuls. Het vroege kleurrijke groen/geel voorjaarsblad geeft je het gevoel van HET IS LENTE !

Als ik de Natuurtuin binnenstap kom ik in een groene oase. De Natuurrijke tuin zoals deze is omschreven in de Oasegids van de Stichting Oase. Het is een vereniging voor vrienden van natuurrijke tuinen, parken en plantsoenen in Nederland en Vlaanderen, actief op de raakvlakken van natuur-tuin-cultuur-kunst, op velerlei schalen en locaties, haast altijd gedreven, soms  groots, maar liefst wel kleinschalig en zeker binnen de menselijke maat.

oasegids
oasegids

Klik op de link voor informatie over de; http://www.stichtingoase.nl/

het Oase tijdschrift verschijnt 4x per jaar: http://www.stichtingoase.nl/tijdschrift-oase

Ook Natuurtuin De Robbert staat in de Oase gids Natuurrijke tuinen en Parken.

Wat is een Heemtuinen?

Een heemtuin, heembos of heempark is een kunstmatig, veelal omheind landschapselement, bedoeld om de inheemse, wilde flora en fauna te laten zien. Het begrip is geïntroduceerd door Jac. P. Thijsse (1865-1945).

Het oorspronkelijke idee van Thijsse was dat van een educatief plantsoen dicht bij de mensen. De nadruk lag niet op soortenkennis maar op inzicht in levensgemeenschappen. Thijsse kreeg voor zijn 60-ste verjaardag in 1925 het gebiedje Thijsse's Hof in Bloemendaal. Hij richtte het samen met Leonard Springer in met diverse plantengemeenschappen uit Kennemerland. Thijsse's Hof is daarmee de oudste heemtuin van West-Europa.

Deze week las en hoorde ik dit oproepbericht op de site van Nature Today en bij Vroege Vogels:

Oproep vogelbescherming; Geef nestplekken van gierzwaluwen door!

11-MEI-2021 - Als je boven je hoofd weer het gierende geluid van de gierzwaluw hoort, weet je dat de zomer is begonnen. De vogel, herkenbaar aan zijn sikkelvormige vleugels, broedt in onze gebouwen en huizen. Om een beter beeld van de nestplaatsen te krijgen, vragen Vogelbescherming Nederland en Waarneming.nl aan heel Nederland hulp. Geef van half mei tot eind juli de nestplaatsen door via waarneming.nl.

Geef je waarnemingen door via waarneming.nl/events/gierzwaluwnest.

Je mag op locaties de nestplaatsen doorgeven wanneer je ziet dat een gierzwaluw daadwerkelijk een invliegopening in gaat, als je roepende vogels of piepende jongen hoort op de plek waar je denk dat het nest zich bevindt en ook als je duidelijk ‘groeiende’ gierzwaluwpoepsporen ziet onder het nest.

Gierzwaluw (Apus apus)
Gierzwaluw (Apus apus) foto Will van Berkel

Will’s NATUURVERHAAL,

GIERZWALUW, Apus apus (Linnaeus, 1758) TERUG OP HET (OUDE) 'HONK', NESTPLEK 2020.

Begin tweede week van mei 2020. Wanneer ik het tuinterras op stap vliegen gelijktijdig de eerste twee Gierzwaluwen (paartje?) van dit jaar, luid gierend over. Daarop volgend een tweede rondje over ons huis. Is dat het mijn bekende broedpaartje dat al vele jaren oprij bij de buren onder de 'rand' van het pannendak vliegen. Vorig jaar -exact deze plaats en het zelfde tijdstip- hebben ze ook gebroed. Gelijk denk ik bij mezelf gelukkig ze zijn gearriveerd. De lange vliegreis vanuit Afrika is goed verlopen. Aanstaande zomer -een broedseizoen lang- weer volop zwaluwen kijkplezier.

Vijf weken later; -prachtig zomerweer- zit ik op het tuinterras. Kijk naar de lichtblauwe lucht met tal van schaapjeswolken –dan zie ik de Huiszwaluw (Delichon urbicum), boven mij achtertuin- zie ze regelmatig bij de achterburen onder het dakoverstek vliegen. Dit broedseizoen -voor het eerst- hebben twee paartjes 'melkstaartjes' gekozen om hier hun kleinesten tegen de muur en elkaar te bouwen. Huiszwaluwen broeden graag tegen een huis of in een huiszwaluwtil -bij elkaar- het zijn ook kolonievogels. Nu zie ik ze beiden regelmatig al 'brabbelend' -met een snelle sierlijke bochtentechniek- onder de dakrand naar hun nest in aanbouw vliegen. Zij hebben het onder die dakoverstek naar hun zin, en ik ook -met m'n vogelkijker in de hand- op het tuinterras!

Dan kijk ik uit naar de veel sneller vliegende -sikkelvormige silhouetten- van de gierzwaluwen. Zie meerde vogels scherend -'gierend' vliegend bij elkaar- langs het zwerk. Wat een snelheid kunnen die -tijdens het 'zeilend' vliegen- ontwikkelen. Hun bochtentechniek is nog beter -schat ik in- dan de Huiszwaluw. Maar ja, -zal ook wel kunnen- logisch gezien, naar het groot aantal vlieguren dat een gierzwaluw maakt. Zie nu dat ze afwijken van hun normale vliegroute en koers zetten richting hun nestverblijf van 2014. Met bijna dezelfde vliegsnelheid naderen ze de in vliegopleiding. Slaan nog net op tijd hun vleugels uit -trekken dan hun lange wieken in- en vouwen deze samen op hun rug. De slagschaduw die zich op de muur aftekent, valt nu samen met de zwaluw die zich door de 'krappe' nestopening wringt.

Op dit moment zijn de meeste Gierzwaluwen nog aan het broeden. Maar binnenkort zijn ze druk met het verzorgen van het jongbroed. Maar met veel geluk zou je het uitvliegen van de juveniele vogels mee kunnen maken. Mits je jonge Gierzwaluwen herkent! Je hebt namelijk maar een kans, als ze uitvliegen. Ze kiezen er namelijk voor om zich zo uit de uitvlieg opening van het nestverblijf 'te laten vallen' zo het luchtruim in. Voorlopig zetten ze dan lange tijd geen pootje meer aan de grond, dan alleen maar vliegen. Er wordt zelfs verondersteld dat ze toch alles doen in de lucht, zelfs slapen!

folder insecten

Nu de Natuur op vele fronten in de Natuurtuin zich ontwikkeld zijn verschillende groene instanties actief om de natuur geïnteresseerde te helpen met documentatie over welke insecten je kunt vinden in je tuin of leefomgeving. Natuurmonumenten heeft een project opgestart:

RED DE INSECTEN en Ontvang het gratis insecten-red-pakket!

Dit jaar werd bekend dat het aantal insectensoorten ernstig afneemt. Zelfs met hele gewone soorten gaat het slecht. Kom daarom nu in actie en maak van je tuin of balkon een thuis voor insecten.

Vraag nu het gratis insecten-red-pakket met bloemzaadjes aan!

Klik op de link: https://www.natuurmonumenten.nl/aanvragen/digitaal-actiepakket

>In Nederland heerst woningnood onder insecten. Buiten de natuurgebieden is er amper ruimte om te leven. Het landschap in Nederland lijkt groen, maar is verdroogd, verzuurd en strak getrokken. De rommelhoekjes en rafelrandjes, heggen, slootkanten en bomenrijen -waar insecten leven- zijn grotendeels verdwenen.

>Inmiddels is 76% van alle insecten verdwenen. In nog geen 30 jaar tijd! En recent onderzoek wijst uit dat ook het aantal soorten afneemt, zelfs niet zeldzame insecten verdwijnen.

Thuis voor insecten

Er voltrekt zich een stille ramp...In nog geen 30 jaar is meer dan 75% van de insecten verdwenen. Recent werd bekend dat ook steeds meer soorten insecten verdwijnen, zelfs hele gewone. En dat terwijl ze ontzettend belangrijk zijn. Voor de natuur en ook voor ons mensen. Daarom zetten we ons in voor de insecten in Nederland. Help jij mee het tij te keren? Maak van je tuin een thuis voor insecten.

Meer weten over insecten?

klik op de onderstaande weblinks:

Bouw een insectenhotel Top 10 vlinders in je tuin Van ei tot vlinder

Herken de hommels in je tuin Zo leeft een hommel

Heesterslak Arianta arbustorum
Heesterslak Arianta arbustorum foto Will van Berkel

Slakken

Door de oplopende temperatuur en de regenbuitjes zijn de slakkensoorten op drift. Overal tussen het frisse groen vind je slakken. Maar als je deze weekdieren nader bekijkt zijn het interessante dieren. Ook om eens te kijken welke slakkensoorten zijn aanwezig in de Natuurtuin. Vorige week vond ik de Witgerande tuinslak (Cepaea nemoralis) deze week een:

Heesterslak

Typering: Huisjesslak (Land)

Herkenning: Huisje tot 28 x 14 mm. Op een geelbruine ondergrond staat een spikkelpatroon van onregelmatige lichtere, vaak licht geelbruine vlekjes. Over het midden van de windingen loopt vaak roodbruine tot paarsroze spiraalband. Deze band kan ook ontbreken en er bestaan ook afwijkende patronen, met meer donkerdere vlekjes op een lichtere ondergrond. De mondrand is altijd veel lichter, meestal wit, soms met een roze zweem. Bol kegelvormig, met 5-6 matig bolle windingen. De sculptuur bestaat uit fijne spiraalgroeven en wat grovere dwarsgroeven en groeilijnen. De navel is grotendeels bedekt door de omgeslagen columellaire mondlip. De mondopening is vrij vloeiend afgerond.

Te verwarren met: Zwartgerande tuinslak Cepaea nemoralis; Witgerande tuinslak Cepaea hortensis. Van beiden goed te onderscheiden door o.a. de meer ronde mondopening en het spikkelpatroon.

Een Heesterslak heeft een smalle, bruine lengteband en een Segrijnslak een donkere spiraalband die door witte 'golfjes' is onderbroken. Deze Segrijnslak is wat geliger, de Heesterslak is vrij donker.

Ook t.o.v. de tuinslak is deze slak donkerder en heeft het een spikkeltjes patroon. De slak leeft van algen en afval.

Henk van Halm, journalist van het dagblad Trouw, schreef in zijn wekelijkse natuurdagboek op 21 april 2004 dit over:

De heesterslak kruipt zelden in heesters, al huist hij vaak onder dicht struikgewas. Je vindt deze huisjesslak 's morgens wel op allerlei planten. Het voedsel van de heesterslak is zuiver plantaardig. In de zomer legt ze eitjes van ongeveer drie millimeter in een ondiep holletje in de grond.

De heesterslak lijkt op de algemeen in tuinen voorkomende segrijnslak, die een veel bollere schelp heeft. Je herkent de heesterslak aan het nogal kegelvormige huisje, dat donkerbruin en geel gestippeld is en een chocoladebruine spiraalband heeft, die meestal door smallere radiaalbanden wordt gekruist. De mondrand van het huisje is omgeslagen en wit aan de binnenkant.

De slak, die zelf zwart van kleur is, leeft zelfs in de stad op allerlei ruige, liefst wat vochtige tot heel natte terreintjes en verblijft overdag vaak onder neergeslagen riet. Heesterslakken zijn nu vaak parend aan te treffen.

De eerste insecten vangsten in de Natuurtuin.

Wanneer op het midden van de morgen de zon licht doorbreekt, pakt ik het klopscherm en ga opzoek naar insecten. Op dit moment staan nog verschillende heesters en struiken in bloei; Lijsterbes, Vuilboom en Vuurdoorn. Probeer daar de ‘eerste slag’ te slaan om verschillende insecten op het witte doek te vinden. Loop een aantal bloeiende stuiken af en klop met belijd op de takken. Met verbazing zie ik verschillende soorten; Wantsen, Kevers en zelfs een Boktor op het doek. Ze zijn er weer zelfs na een te lange koude periode ‘wakker’. De (nieuwe)camera met macrolens werkt mee om de insectensoorten vast te leggen voordat ze wegvliegen. Heb foto’s geselecteerd van drie verschillende insectensoorten. De eerste is een Wants met de toepasselijke naam:

Voorjaarseikenblindwants Harpocera thoracica
Voorjaarseikenblindwants Harpocera thoracica foto Will van Berkel

Voorjaarseikenblindwants

Harpocera thoracica (Fallén, 1807)

Voorkomen: in Nederland zeer algemeen. Palearctisch: Europa, Azie: Midden-Oosten, Kaukasus (Kerzhner & Josifov 1999, Aukema et al. 2013).

Biotoop: bossen, houtwallen, parken, tuinen.

Ontwikkeling: de volwassen wantsen worden waargenomen van begin april tot eind juni (vrouwtjes soms langer). Eén generatie per jaar.

Overwintering: als ei.

Voedsel: zoofytofaag. Zomereik Quercus robur en wintereik Quercus petraea. Incidenteel bladluizen.

Dubbelgevlekte bastaardweekschildkever Anthocomus fasciatus
Dubbelgevlekte bastaardweekschildkever Anthocomus fasciatus foto Will van Berkel

Dubbelgevlekte bastaardweekschildkever

Anthocomus fasciatus (Linnaeus, 1758)

Vallen onder de Bloemweekschilden (Melyridae), ook wel basterdweekschilden of bastaardweekschilden genoemd, zijn een familie van kevers. Er zijn ongeveer 6000 soorten bekend, onderverdeeld in zo'n 300 geslachten. Er worden vier onderfamilies onderscheiden: Dasytinae Laporte de Castelnau, 1840; Malachiinae Fleming, 1821; Melyrinae Leach, 1815 en Rhadalinae LeConte, 1861.

Enkele soorten van de onderfamilie Malachiinae bezitten beweegbare oranje delen aan weerszijden van hun achterlijf. Deze kunnen onder de dekschilden worden uitgevouwen om vijanden af te schrikken.

Gewone bloesemboktor Grammoptera ruficornis
Gewone bloesemboktor Grammoptera ruficornis foto Will van Berkel

Gewone bloesemboktor

Grammoptera ruficornis (Fabricius, 1781)

Herkenning: Zeer kleine tot kleine (3-7 mm) zwarte boktor met deels of geheel zwarte poten, en tweekleurige, geringelde sprietleden. Hals- en dekschild met fijne geel tot grijze beharing.

Te onderscheiden van andere Grammoptera -soorten door de tweekleurige, geringelde sprietleden.

Voorkomen: Zeer algemeen. Nog niet bekend van de waddeneilanden.

Biotoop: In bossen, parken en tuinen. Een van de weinige boktorren die ook in stedelijke omgeving kan worden gevonden. Bezoekt bloemen.

Vliegtijd: April-juli.

Welke boom wordt in 2021, De Boom van het Jaar?

Kastanjeboom solitair op het dorpsplein in DK (foto: Will van Berkel)
Kastanjeboom solitair op het dorpsplein in DK (foto: Will van Berkel)

In de discussie over klimaatverandering groeit de aandacht voor de belangrijke natuurwaarde van bomen en bos. Maar bomen hebben ook een maatschappelijke functie. Ze geven vorm aan de omgeving waarin wij wonen. Sommige exemplaren hebben zelfs een bijzonder verhaal: hun waarde voor de lokale gemeenschap, hun geschiedenis, of zelfs een legende. Naar die verhalen is De Boom van het Jaar op zoek.

De verkiezing van De Boom van het Jaar vindt dit jaar voor de vierde keer plaats en maakt deel uit van Tree of the Year, een Europese verkiezing met zestien deelnemende landen op initiatief van de Environmental Partnership Association. In Nederland wordt de verkiezing georganiseerd door SBNL Natuurfonds. Tot en met 20 mei kan iedereen in ons land zijn favoriete boom aanmelden via deboomvanhetjaar.nl.

Tot volgende week, het is volop LENTE, en dan gaan we weer op zoek naar de volgende nieuwe ‘natuurontdekkingen’ in de Natuurtuin ‘De Robbert’

kom gerust op zaterdag eens langs

(De Natuur gaat zijn eigen gang en staat niet stil)Met ‘gevederde’ groet, Will van Berkel.

NATUURJAAR 2021-19, Lente in Natuurtuin De Robbert

Vandaag: Zwarte wouw op doortrek en Dagvlinders in Natuurtuin, Witgerande tuinslak en Sneeuwbes.

Zaterdag (2021-05-08), Vanmorgen met de fiets op weg naar de Natuurtuin fris, tegen de wind in maar zonnig. Begin deze week was het ‘weer’ wisselvallig met regenbuien. Tussen de buien door zag ik een Ooievaar (Ciconia ciconia) aan het zwerk rondcirkelen boven de woonwijk.

Vandaag begint de dag in de Natuurtuin met de LiveAtlas-telling. De bekende vogelsoorten neem ik waar of hoor ik hun roep en zang. De eerste drie Boerenzwaluwen (Hirundo rustica) van 2021 zie ik vliegen in het luchtruim boven en rondom de tuin.

Tegen het einde van de wekelijkse telling staat de dagteller op 22 vogelsoorten. Terwijl ik deze dag telling wil afsluiten, komt er een roofvogel aanvliegen. Roep Stan -die vlak bij me staat, de flora te determineren- en attendeer hem op de naderende vliegende donker bruine vogel. De eerste gedachte die bij me opkomt is een Bruine kiekendief (Circus aeruginosus). Maar dan zie ik de wat ‘samengeknepen’ langere staart met aan het eind een kleine V-knip. De eerste waarneming van een Noord-Oost doortrekkende Zwarte wouw (Milvus migrans) in het luchtruim van de Natuurtuin. Later op de dag sla ik de Vogelgids er ook nog maar eens op na en lees de toepasselijke opmerking: kan gemakkelijk worden verward met donkere exemplaren van de Bruine kiekendief. Donker verenkleed, zwak gevorkte staart; geen opvallend vleugelpatroon. We sluiten de dag telling af met 23 vogelsoorten, de alle jaren (2019-2020-2021 tot heden) staat op 79 vogelsoorten. Een mooie LiveAtlas score met bijzondere soorten!

Zwarte wouw (Milvus migrans)
Zwarte wouw (Milvus migrans) (Foto’s: Trektellen)
Zwarte wouw (Milvus migrans)
Zwarte wouw (Milvus migrans) (Foto’s: Trektellen)
Zwarte wouw (Milvus migrans)
Zwarte wouw (Milvus migrans) (Foto’s: Trektellen)

Buiten broedtijd:

Verreweg de meeste Zwarte Wouwen vertonen zich tijdens de voorjaarstrek, vooral in april en mei. Volwassen vogels trekken gemiddeld enkele weken eerder door dan onvolwassen vogels en blijven veel minder vaak enige tijd hangen. Van de wegtrek naar de Afrikaanse overwinteringsgebieden is weinig te merken. De trek is in Zuid-Europa al in september grotendeels voorbij. Waarnemingen in Nederland later in het jaar zijn heel bijzonder; pas op voor verwarring met Bruine Kiekendief of Rode Wouw.

Broedtijd:

Zwarte Wouwen lijken vaste broedvogels in Nederland te worden. Succesvolle broedgevallen zijn bekend uit 1996 (Bussloo Gld) en jaarlijks vanaf 2009, vooral in Limburg. Daarnaast begonnen verschillende paren zonder resultaat aan een broedpoging. De broedgevallen langs de oostgrens sluiten aan op het meer wijd verbreide voorkomen in Nordrhein-Westfalen. Gezien de toename hier ligt een uitbreiding in ons land mogelijk in het verschiet. De Zwarte Wouw is wereldwijd een van de meest algemene roofvogels.

poster Wild van Vlinders
poster Wild van Vlinders

Dagvlinders in de Natuurtuin

De laatste weken -wanneer we met ons Groenteam aan het werk zijn- in de Natuurtuin merken we dat de dagvlinders nog niet echt ‘los’ zijn. Ook de vlinders gunnen we een boeiende kleurrijke- en bloemrijke gevarieerde ontwikkeling in de Natuurtuin. Wij denken dat de buitentemperatuur een belangrijke rol speelt als de vlinders willen gaan vliegen. De bloeiende flora gaat nu -zagen we afgelopen zaterdag- met meerdere soorten bloeien. Het zijn kleine ontwikkeling stapjes voor diverse vlindersoorten in onze Natuurtuin. Een tijdje geleden startte, de Vlinderstichting en ARK Natuurontwikkeling een herstelplan.

De vlinder telt geen maanden doch momenten en heeft tijd genoeg’, zo schreef een Indiase dichter. Maar klopt dit gezegde wel? Uit vlindertellingen blijkt dat het niet goed gaat met veel dagvlinders in Nederland. Zo staan maar liefst 68% van de soorten op de Rode Lijst en verdwijnt zelfs de tot voor kort algemene argusvlinder in rap tempo. De Vlinderstichting en ARK Natuurontwikkeling werken aan een vlinder-herstelplan voor Zuidoost-Nederland. ARK tekenaar Jeroen Helmer bracht belangrijke natuurlijke processen voor vlinders in beeld. Het resultaat is voor iedereen gratis te downloaden.

DAGVLINDERS blijven achter dit voorjaar

Door natuurontwikkeling is er de afgelopen jaren veel natuur bijgekomen. Sprinkhanen, libellen en broedvogels reageren hier positief op. Dagvlinders blijven opvallend achter ondanks dat gebieden voor een aantal soorten weer geschikt lijken. In Nederland komen op dit moment 53 soorten dagvlinders voor. Maar liefst 31 vlindersoorten staan als bedreigd te boek en in de afgelopen vijftig jaar zijn er al 17 soorten verdwenen. Zelfs van oudsher algemene soorten, zoals de argusvlinder, nemen af en worden zeldzaam. Deze afname van dagvlinders is een indicatie voor grootschalige veranderingen in de gebieden waar ze voorkomen. Het verlies aan geschikt leefgebied, zowel in oppervlakte (kwantiteit) als ook in de kwaliteit daarvan, is hiervoor verantwoordelijk.

Witgerande tuinslak Cepaea hortensis
Witgerande tuinslak Cepaea hortensis

Witgerande tuinslak

Cepaea hortensis (O.F. Müller, 1774)

De witgerande tuinslak is minder algemeen dan de gewone (bruingerande) tuinslak. Het onderscheid met de gewone tuinslak is doorgaans enkel mogelijk bij volgroeide huisjes. Bij de witgerande tuinslak heeft de verdikte mondrand van de volgroeide schelp een witte/bleke kleur, bij gewone tuinslak is die (donker)bruin. Onvolgroeide schelpen herken je aan de broze, nog niet verdikte mondrand.

Cepaea is een Latijnse transscriptie van het Griekse kepaios (van kepos = tuin), dat in tuinen gekweekt betekent. En hortensis betekend "in tuinen voorkomend" (van Lat. hortus: tuin)

Groenling

Sneeuwbes:

Tegen de middag, heeft Wil de Sneeuwbes (Symphoricarpos albus) -een snelle groeier die plantensoorten in de Natuurtuin overwoekerd- terug gesnoeid en gedeeltelijk opgeruimd. Wijs nog op het gebruik door de Groenling (Chloris chloris) van de witte ‘sneeuwbessen’. In de Herfst eet de Groenling graag de zaden in deze witte ‘klap’ besjes. Dat was het geluid wat je hoorde wanneer je -vroeger als kind- een handje vol tegen de stoeptegels gooide.

kom gerust op zaterdag eens langs

(De Natuur gaat zijn eigen gang en staat niet stil)

Tot volgende week, het is volop LENTE, en dan gaan we weer op zoek naar de volgende nieuwe ‘natuurontdekkingen’ in de Natuurtuin ‘De Robbert’

Met ‘gevederde’ groet, Will van Berkel.

NATUURJAAR 2021-18, Lente in Natuurtuin De Robbert

Vandaag: Gierzwaluw en Grasmus terug in Natuurtuin, Oranjetipje en Slootleven.

Zaterdag (2021-05-01), Vanmorgen keek ik op de kalender 01 mei , als eerste kwam in me op, een oudhollands gezegde;

In mei leggen alle vogels een ei…, behalve de koekoek 2) en de griet 1), want die leggen in de meimaand niet’, 

Maar eigenlijk klopt er weinig van. Veel vogelsoorten leggen buiten de meimaand. Neem bijvoorbeeld de Merel in mijn tuin, hun jongen zijn afgelopen week uitgevlogen. In de natuurtuin zie ik vanmorgen bij verschillende nestkasten -die door de vogelgroep van het IVN zijn opgehangen- de oudervogels -af en aanvliegen- met voedsel voor hun jongen. Ook deze week zijn er weer nieuwe Afrika-gangers gearriveerd. Foeragerend insecten, boven en in de beplanting Natuurtuin. Boven de tuin -scherend langs het blauwe zwerk- drie stuks; Gierzwaluw grus grus. Links bij de natuurlijke poel hoor ik de Grasmus Sylvia communis zingen en achter het nieuwe bijenverblijf roept eindelijk de Fitis Phylloscopus trochilus, constant de zelfde riedel van hoog naar laag. De natuur onderschrijft; het is volop Lente!

Gierzwaluw (Apus apus)
Gierzwaluw (Apus apus)
Fitis (Phylloscopus trochilus)
Fitis (Phylloscopus trochilus)
Grasmus (Sylvia communis)
Grasmus (Sylvia communis)
  1. De Griet is beter bekend als de Grutto, de koning(in) van de weidevogels. Onze nationale vogel legt haar eieren grotendeels in april, maar zeker ook nog wel in mei. Doorgaans vier stuks, gelegd in een klein kuiltje op de grond, bij voorkeur in een polletje gras. Als de vogel op het nest zit, trekt zij (mannetjes broeden sporadisch) het lange gras over zich heen. Ook als er geen oudervogel op het nest zit, valt het nauwelijks op.

  2. Tenslotte dan de Koekoek. Die legt zoals bekend zijn eieren bij andere vogelsoorten in het nest. En die broeden vooral in… mei!

Historische Vogelnamen Grutto : Griet (Ov, Ter), een naam die mede onder invloed van de meisjesnaam (Mar)griet is ontstaan. Vrijwel identiek aan die van de Grutto zoals Rosse Grutto: Rosse Griet (Ter), en Krakeend: eveneens klanknabootsend zijn de volksnamen Griet (Fr, Ov) en Grieteend. Beide houden verband met de scherpte van het geluid.

GRASMUS

Buiten broedtijd: De eerste Grasmussen bereiken Nederland meestal half april, in sommige (vooral recente) jaren ook wel iets eerder. Doortrek, deels van Scandinavische en Duitse vogels, kan plaatsvinden tot eind mei. Vanaf begin juli treden ongerichte verplaatsingen op die vanaf eind juli overgaan in gerichte trek. Eind augustus en begin september is de wegtrek grotendeels voorbij, op wat laatkomers tot in oktober na.

Broedtijd: Grasmussen nestelen graag in doornstruiken of ruigte. Ze zijn dan ook het talrijkst in struweelrijke duinen en kleinschalig boerenland met veel heggen. In bos- en natuurgebieden bewoont de Grasmus doorgaans randen en open plekken met opslag. Diep in stedelijk gebied is de soort zeldzaam. Als overwinteraar in de Sahel is de Grasmus erg gevoelig voor droogtes aldaar. Zo'n situatie deed zich voor net voor de start van het broedvogelmeetnet. De gesuggereerde toename in de grafiek is dus grotendeels louter herstel na een diepe inzinking. Ook recente pieken en dalen vallen samen met gunstige of juist ongunstige overwinteringsomstandigheden in West-Afrika. (Bron: Sovon vogelsoorten)

Klik op link Vogelbescherming: Grasmus

https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/grasmus

ORANJETIPJE

Op dit moment als je rond wandelt zie je in de Natuurtuin enkele vroege dagvlinders rondvliegen, boven de ‘groene natte petrischalen’ zoals de Dagpauwoog , Bont zandoogje, Klein koolwitje en het opvallend Oranjetipje. Het mannetje is de opvallendste kenmerkend met zijn oranje vleugeltip, zijn vrouwtje heeft alleen een gemarmerde vleugeltekening, die opvalt als ze de vleugels gesloten heeft.

Oranjetipje en pinksterbloem zijn een bekende combinatie. Die prachtig roze graslandplant is dan ook een belangrijke voedselplant voor de rupsen van oranjetipjes. Ze eten niet de hele plant, maar zijn gespecialiseerd op het zaad. Dat zaad zit bij pinksterbloem in zogenaamde hauwtjes. Dit zijn smalle, langwerpige zaaddozen. Vrouwtje zetten hun eitjes af op planten die nog geen zaad hebben, maar wel veel bloemen en bloemknoppen. Hoewel Oranjetipjes vaak eitjes afzetten op Pinksterbloem is dit zeker niet de enige waardplant. Ze kunnen allerlei kruisbloemigen gebruiken. Look zonder look is ook een hele bekende en veel gebruikte, maar in tuinen kun je ook eitjes en/of rupsen vinden op damastbloem en judaspenning. De rupsen eten daar ook van de zaaddozen en dus de penningen van de laatstgenoemde. Hier zie je de vraat heel goed. Er zijn tientallen kruisbloemigen die door oranjetipjes gebruikt worden, maar de overleving van de rupsen is wel het grootst op pinksterbloem en look zonder look.

Tegen de avond zoekt het voorjaarsvlindertje graag een bloemknoppen op van de Pinksterbloem. Als de buitentemperatuur omlaag gaat blijft de Oranjetip stilzitten. De dauw druppels condenseren op de vlinder ze vallen nauwelijks op. Tegen de morgen zie je dit (kleurrijke) beeld bij zonsopgang.

Will’s NATUUR, Belevingsverhaal:

Vanmorgen vroeg uit de veren -om het Oranjetipje te fotograferen- tijdens de opkomende zon. Gisterenavond tegen schemerdonker zag ik de oranjetipjes met gesloten vleugels -met z’n vieren bij elkaar- zitten op de pas ontluikende Pinksterbloemen. Dat het een mannetje is op de foto, herken je aan de oranje doorschijn, zit aan het uiteinde van zijn vleugels. Het Oranjetipje vliegt op zonnige voorjaarsdagen, waarbij de mannetjes vaak een bepaald traject meermaals daags afleggen. Ze vliegen langs en door struwelen en het liefst bermen met veel Pinksterbloemen, dat is hun waardplant. Dit vlindertje geeft mij het ‘echte’ voorjaarsgevoel, nog even en dan komen er meer ‘echte’ dagvlindersoorten tevoorschijn. Dat deze dagvlinder met hun gemarmerde buitenvleugels zo gecamoufleerd zijn, wanneer ze op hun waardplant zitten, bleek gisteren avond, we liepen er vanmorgen bijna voorbij. Opeens viel de ‘gevleugelde’ Pinksterbloemen op. Met als resultaat deze foto: Oranjetipje met dauwdruppeltjes op zijn fragiele lijfje.
Met ‘gevederde’ Groet, WiLL

Oranjetip (Anthocharis cardamines)
Oranjetip (Anthocharis cardamines) foto Woll van Berkel
zoekkaart waterdieren
zoekkaart waterdieren

SLOOT EN PLAS, WATERDIERTJES SCHEPPEN

Vanmorgen in de Natuurtuin, nu de buitentemperatuur oploopt, bezoeken steeds meer ouders met kinderen de tuin. We geven ze uitleg over de Natuur en dierenleven in de tuin. Onder toezicht kunnen de kinderen met een ouder waterdiertjes scheppen. Ze krijgen te leen een vangnetje en witte uitzoekbak om de diertjes te bekijken en te bestuderen. Met in de hand een waterdiertjes zoekkaart om deze op naam te brengen. We zien regelmatig dat elke week geïnteresseerde ‘natuur onderzoekertjes’ zaterdagmorgen terug komen. Zij ontdekken zoals gisteren de onderstaande waterdiertjes. Volgende week zijn er weer andere waterdiertjes en -insecten te scheppen. De ontwikkeling van de Natuur, op het land rondom de plas en in het water, gaat elke week door!

kokerjuffer

Kokerjuffer

Kokerjuffers zijn larven van schietmotten. Schietmotten lijken op een soort nachtvlinders. Zij leggen hun eitjes in het water waar de larven een eigen schuilplaats bouwen van zand steentjes en plantenrestjes. Deze beschermende koker sleept de larve achter zich aan tijdens het jagen naar voedsel. In het water lijken ze wel kruipende takjes.

Poelslak

Poelslak

De Poelslak is dol op algen. Hij leeft in zijn eigen kleine huisje onder water en smikkelt van de algen die op stenen en waterplanten groeien. Ademen doet hij door zijn huid. Als er te weinig zuurstof in het water is opgelost, maakt hij even een uitstapje naar het wateroppervlak. Hij heeft namelijk ook een long waarmee hij extra zuurstof kan tanken.

waterkever

Geelgerande Watertor

De Geel gerande watertor is de schrik van de sloot: deze roofkever jaagt op insecten, vissen en salamanders. Hij grijpt zijn prooi met zijn voorpoten en kauwt hem vervolgens fijn. Volwassen kevers kunnen wel 3,5 cm groot worden.

Waterschorpioen

Waterschorpioen

Een echte staart heeft de waterschorpioen niet. Het uitsteeksel aan zijn achterlijf lijkt eerder op een angel. De waterschorpioen is dan ook geen echte schorpioen: het is gewoon een insect. Maar de grijpertjes die hij bij zijn voorpoten heeft, maken hem tot een schorpioen look-a like. Met die grijparmen vangt hij kleine waterdiertjes.

IVN landelijke Slootjesdagen 11 – 13 juni,

Klik op de link:

https://www.ivn.nl/slootjesdagen/alles-over-slootjes/waterdiertjes

kom gerust op zaterdag eens langs(De Natuur gaat zijn eigen gang en staat niet stil)

Tot volgende week, het is volop LENTE, en dan gaan we weer op zoek naar de volgende nieuwe ‘natuurontdekkingen’ in de Natuurtuin ‘De Robbert’

Met ‘gevederde’ groet, Will van Berkel.