Onderzoeksnieuws januari 2021

NATUURJAAR 2021- 05, Winter in de Natuurtuin De Robbert

logo natuurtuin

Vandaag: Tuinvogeltelling in de Natuurtuin, Opwinding vogelgroep en Beekdallandschap.

Zaterdag (2021-01-30), Het is vroeg, buiten nog schemerig, als ik de gordijnen opzij schuif en een blik werp op de voerplek in de tuin. De eerste tuinvogels zijn al aanwezig om geteld te worden op de Nationale tuinvogelteldag 2021, Merel, Heggenmus, Vink en Pimpelmezen. Later op de dag ga ik er eens goed voor zitten, een half uur lang kijken en aan ‘vinken’ de tuinvogels, die op de soortenlijst staan. Later op de dag hoor ik via het journaal dat er over de 100.000 voor aanmeldingen zijn om mee te tellen. Later, als ik de Natuurtuin binnen stap is Stan al aan het werk voor de bouw aan het nieuwe insectenlab.

flyer tuinvogeltelling

TUINVOGELTELLING MEE DOEN, TEL RESUTATEN INLEVEREN VOOR 12.00U MAANDAGMORGEN a.s. !!

Hoe werkt het? Bekijk het filmpje: https://www.vogelbescherming.nl/tuinvogeltelling/hoe-werkt-het

Wateroverlast en opwinding in de foeragerende vogelgroep

Zelf start ik met de wekelijkse tuinvogeltelling ronde. Regelmatig sta ik even stil verdekt op een plek in de tuin om de vogelzang te luisteren en zo de soorten vast te stellen en tellen. Het is vandaag niet mogelijk zonder laarzen een ronde te lopen door de tuin, de looppaden zijn door de hevige regenval van afgelopen week onder gelopen. Dan merk je dat het gebied in een beekdal landschap ligt. Aan het eind van de telling sta ik stil in het berkenbosje. Zie een aantal Merels en Mezen rondom een Hulst en Bramenstruiken om de bessen en vruchten te nuttigen.

 

Wezel Mustela nivalis
Wezel Mustela nivalis, foto Sanna Nijenhuis

Wezel Mustela nivalis Linnaeus, 1766

Hoor opeens een opwinding in de vogelgroep, dan zie ik een beige achtig zoogdiertje hobbelig kruipend tussen het afgevallen blad. Dacht eerst aan een Eekhoorn maar die is bruinrood van kleur en de soort heeft een pluimstaart. Dan stel ik vast dat het een WEZEL is, afgekomen op de etende vogels. Als ik de waarneming invoer, zie ik een foto van Sanne Nijenhuis, die het zoogdier ook zag.

Regelmatig denk ik en mijmering wel eens; hoe zou het landschap waarin de Natuurtuin ligt er ca. 150 jaar terug er heeft uitgezien. Van de week zag ik dit getekende plaatje van het Beekdallandschap zo stel ik me het ook voor. Links de Zuid-Willemsvaart rechts er van de Gulden Aa en rechts in de ‘natte’ bovenhoek de Natuurtuin De Robbert.

tekening beekdal

Beekdallandschap

Typering
Het beekdallandschap in Nederland wordt gevormd door relatief laaggelegen gebieden aan weerszijden van beken, en de omringende hogere zandgronden. Beekdalen zijn bij uitstek gradiëntrijke landschappen, met veel variatie dus, en daarmee waardevol voor de natuur. Het omliggende landschap, het reliëf en de voeding door het grondwater bepalen het karakter van het beekdal. Factoren als kwel (lokaal of regionaal), kweldruk, inundatie en stagnatie van water spelen daarbij een belangrijke rol. Het karakter van het beekdallandschap kan sterk variëren. Een brongevoede beek in het stuwwallandschap verschilt bijvoorbeeld sterk van een beek gevoed door lokale kwel in glooiend dekzandgebied of een middenloop, gevoed door regionale kwel.

grondwaterloop tekening

Dwarsdoorsnede van het Beekdallandschap met ligging van beheertypen, hydrologie en gradiënten in het landschap. © Oscar Langevoord / OBN

De beekdalen werden tot voor kort voornamelijk gebruikt als hooiland, in het algemeen in een zeer kleinschalig landschap. Restanten van het eeuwenoude beekdallandschap zijn op diverse plaatsen nog goed herkenbaar. Een centrale plek daarbij heeft de beek. In de laaggelegen gebieden treedt veelal voeding met grondwater op, net als in de beken zelf. Mede daardoor zijn de bodems hier veel minder zuur dan in de hoger gelegen gebiedsdelen, van waaruit ze worden gevoed. In diverse beekdalen in Limburg, Gelderland en Twente treedt ook grondwater uit via bronnen.
Tot het beekdallandschap rekenen we ook diffuse afvoersystemen, grote vochtige, vaak moerassige gebieden waarin beken ontbreken, maar waar wel de karakteristieke beheertypen van beekdalen voorkomen. Veel van deze gebieden in Overijssel en in de Achterhoek, zijn door ontginning verdwenen, maar lokaal vinden we nog restanten.

De grote variatie maakt het beekdallandschap uniek. Naast lokale gradiënten als gevolg van kleine verschillen in onder andere reliëf, grondsoort en doorlatendheid, vinden we er dwars gradiënten, loodrecht op de afvoerrichting van het water en lengtegradiënten. In stroomafwaartse richting verschuift de voeding door grondwater van kwel van lokale oorsprong, naar kwel van regionale oorsprong. Daarbij wordt het water vaak afgevoerd door de beek, met stroomafwaarts een toenemende kans op inundatie vanuit de beek.

De beek heeft in de loop van de tijd een belangrijke functie gekregen in de afvoer van water. De eisen die voortkomen uit de afvoerfunctie zijn vaak moeilijk in evenwicht te brengen met de eisen die de natuur aan beken en beekdalen stelt.

informatiebord natuurtuin
informatiebord natuurtuin
kavelkaart de bundertjes
kavelkaart de bundertjes

Het landschap rondom de Natuurtuin is door ons aangepast, door uitbreiding stadsbebouwing, vergroten vaarwegen en water afvoerende beken. Het stukje geschiedenis van de herinrichting van het huidige natuurgebied is ook te lezen op het informatie bord bij de ingang van de Natuurtuin.

Binnenkort nog meer informatie en kaarten over het ontstaan en de aanpassingen van het landschap rondom de Natuurtuin ‘De Robbert’ en het Natuurgebied ‘De Bundertjes’.

Ook nog een prettige en leerzame TUINVOGELTELLING 2021 toegewenst en voer uw telresultaten in voor maandag morgen 12.00uur. ELKE VOGEL IS ER ‘EENDJE’

Tot de volgende ‘natuurontdekkingen’ in de Natuurtuin ‘De Robbert’

Met ‘gevederde’ groet, Will van Berkel.

NATUURJAAR 2021- 04, Winter in Natuurtuin De Robbert

logo natuurtuin

Vandaag: Waterral in de Natuurtuin, Mondkapmeeuw en Oeverwants Chartoscirta cincta.

Zaterdag (2021-01-23), Vanmorgen op weg naar de Natuurtuin hoor ik onderweg de eerste (Lente) zanggeluiden van de Koolmees, Heggenmus, Zanglijster, Winterkoning en Roodborst. Tussen door de luide roep van de Groene specht en roffelende Grote Bonte Specht. Gelijk bij het natuurgebied “De Bundertjes” het eerste zandpad ingeslagen twee Reeën - een bok en hinde - kruisen mijn pad. Start de eerste vogeltelling met de LiveAtlas App; Boomklever, Pimpelmees roepende Turkse tortel en Kauw, trillende zang van Winterkoning, enz… enzovoort. Later op de morgen ga ik op stap met Kees voor een telronde in het buitengebied. Als we maar net buiten de poort zijn, zien we twee klauterende Eekhoorns, een mannetje? met partner, want nu het is paartijd. 

Ze springen over een grote afstand van de ene tak naar de andere. Ook overbruggen ze de afstand door van de ene kruin naar de andere te springen. Kostelijk om te zien hoe lenig en atletische deze dierenzijn. We lopen een ronde van 1,5 uur en een afstand van 2,5 km als we de balans opmaken levert het 25 vogelsoorten op en mooie natuurmomenten met de vogels in je leefomgeving.

In de namiddag komt er een mailberichtje binnen van Stan, weer een nieuwe vogelsoort in de Natuurtuin. Klik het mailtje open en zie een het wazige lichte beeld de ….. WATERRAL,? Zit die hier ook! was mijn eerste reactie. Onlangs had ik op waarneming gekeken -tijdens het samenstellen van de Jaarlijkse vogelsoortenlijst- welke vogelsoorten zijn gemeld die in de omgeving van de Natuurtuin gezien of gehoord zijn. In de waarnemingslijst staan slechts 5 meldingen: 4x een maart melding uit 2018, 1x een november melding uit 2020 en tot nu 2x een januari 2021 melding. Lees het artikel van de Waterral geschreven Naturetoday van 22 oktober 2010 klik op de link.

https://www.naturetoday.com/intl/nl/nature-reports/message/?msg=17088

Waterral - Rallus aquatica
Waterral - Rallus aquatica
Waterral - Rallus aquatica
Waterral - Rallus aquatica

De Waterral is een koddige vogel die een verborgen leven in het riet leidt. Meestal hoor je alleen zijn opvallende roep die doet denken aan een varken wat gekeeld wordt. Zijn contactroep is minder heftig en doet aan een kip of een Meerkoet denken. Als je geluk hebt dat waagt een Waterral zich even buiten zijn schuilplaats en kun je hem zien!

Buiten broedtijd: Midden in de winter zijn Waterrallen relatief schaars. Ze vallen weinig op, tenzij ze door vorst gedwongen worden om open water op te zoeken en dan soms tot in stadstuinen (voerplaatsen) doordringen, vooral in het westen van het land. Tussen augustus en oktober is de verspreiding het grootst en zijn de aantallen het hoogst. De eigen broedvogels, die overwegend wegtrekken naar Engeland en Frankrijk, worden dan aangevuld door trekkers uit Noord- en Oost-Europa. In de duinstreek, met name op de Waddeneilanden, kan het dan lokaal wemelen van de Waterrallen. De broedvogels komen vermoedelijk in maart en april terug en in dezelfde maanden vindt ook enige doortrek van elders plaats.

Broedtijd: Waterrallen broeden door het hele land in moerassen en zijn het talrijkst in de waterrijke delen van de noordwestelijke helft. In grote moerasgebieden als de Oostvaardersplassen zijn soms meer dan 100 paren aanwezig, kleine moerassen worden soms niet jaarlijks bezet. De verspreidingskaarten geven meest de maximale verspreiding aan, niet die in een gemiddeld jaar. Landelijk gezien zijn de aantallen het hoogst na een serie milde winters en natte voorjaren. Koude winters gevolgd door een droog voorjaar zorgen voor een dip in het aantalsverloop, zoals rond 1986, in 1991, rond 1996 en 2010. De afgelopen decennia verdwenen er broedplaatsen door verdroging of verbossing van moerassen. Nieuwe broedplaatsen ontstonden onder andere door de aanleg van natte natuurgebieden. (Bron: Sovon Vogelsoorten)

Mondkapjes kunnen een last zijn voor dieren.

Wie nu Coronatijd in het buitengebied wandelt of fiets, ziet ze regelmatig liggen in de berm naast het wandel- of fietspad mondkapjes. Het lijkt wel als of ze zo na het gebruik van het gezicht in de berm gegooid worden. Het probleem is dat vogels verstrikt kunnen raken, om de poot of zelfs om hun nek. Er zijn genoeg gevallen bekend dat deze slachtoffers hun dood is geworden. Wanneer u mondkapjes weggooit gooi ze aub in de afvalbak VERWIJDER DE ELASTIEKJES OF KNIP ZE DOOR !!

meeuw met mondkapje
meeuw met mondkapje
eend met mondkapje
eend met mondkapje

'Mondkapmeeuw' trieste eerste aanwinst in 2021 voor Natuurhistorisch Museum

De mondkapjes zijn sinds vorig jaar niet meer weg te denken uit het dagelijks leven. Sinds 1 december zijn de mondkapjes zelfs verplicht in alle openbare en overdekte ruimten, in het onderwijs, het openbaar vervoer en bij contactberoepen, met als doel de verspreiding van het coronavirus tegen te gaan. Toch zorgen de kapjes ook voor slachtoffers.

Een triest gezicht: op nieuwjaarsdag werd een dode meeuw aangetroffen met een mondkapje om zijn poot gewikkeld. De vogel is slechts een voorbeeld van de vele dieren die last hebben van rondzwervende mondkapjes. De meeuw is – als symbool voor het probleem – te zien in het Natuurhistorisch Museum Rotterdam.

Bij het Natuurhistorisch Museum in Rotterdam is een zilvermeeuw de eerste trieste aanwinst van het nog prille jaar. De meeuw heeft een gebruikt mondkapje om een van zijn pootjes zitten en wordt daardoor mondkapmeeuw genoemd. Het beest maakt sinds deze week deel uit van de tentoonstelling 'Dode dieren met een verhaal'.

Gooi mondkapjes niet op straat

"De vogel is gestorven na te zijn aangereden door een auto", gaat Moeliker verder. "Al had het mondkapje er anders op termijn ook een rol in kunnen spelen. Want dit stukje mondkap kan natuurlijk ergens blijven haken, dan zit de meeuw vast en gaat hij ook dood."

Mondkapje weggooien in de AFVALBAK, VERWIJDER ZE OF KNIP VOORAF DE ELASTIEKJES DOOR !!

Regelmatig krijg ik nog reactie mailberichtjes van ingevoerde waarnemingen die door de admin zijn goedgekeurd. Vorige week de validatie van een oeverwants Chartoscirta cincta (Herrich-Schäffer, 1841) die ik op 19 september in 2020 heb gevangen en ingevoerd. Binnenkort als de buitentemperaturen weer stijgen, opzoek naar nieuwe wantsensoorten in de Natuurtuin.

Elke week zijn er weer nieuwe natuurverrassingen in de Natuurtuin te verwachten. Het nieuwe onderzoek- en monitoringseizoen is nog maar net begonnen. Welke ontdekkingen staan ons nog te wachten in de Natuurtuin??

Chartoscirta cincta (Foto: Twan Martens)
Chartoscirta cincta (Foto: Twan Martens)
Chartoscirta cincta verspreiding
Chartoscirta cincta verspreiding

Chartoscirta cincta Chartoscirta cincta (Herrich-Schäffer, 1841)

Saldidae (Oeverwantsen) komen hoofdzakelijk voor in vochtige biotopen als oeverzones, moerassen, zowel in het binnenland als langs de kust. Ze leven van vliegenmaden en andere kleine insecten, die op de bodem of vlak onder het bodemoppervlak te vinden zijn. Het zijn springende insecten, die daarbij hun vleugels kunnen gebruiken. Ze zijn vaak lastig te determineren vanaf een foto.

Onderfamilie Saldinae. De onderfamilie met de meeste genera.

Genus Chartoscirta : Drie soorten. Ze worden gekenmerkt door concave (holle) zijranden op het pronotum (halsschild). Het halsschild heeft een dwarse groef over de gehele breedte. Bij de voorvleugels voor het membraan meestal een ivoorwitte vlek.

Herkenning:

  • 3,2-4,2 mm.

  • Ze zijn alleen als macropteer (langvleugelig) bekend.

  • Donkere antennen. Segmenten even dik. Korte en halflange bruine beharing. Segment 1 bij de top licht. Antenne met korte en halflange, bruine beharing.

  • Kop, halsschild (pronotum), schildje (scutellum) zijn glanzend zwart. Roodbruine steeksnuit (rostrum). Halsschild aan de zijkant licht concaaf. Halsschild met korte lichte en enkel lange zwarte haren. Schildje met halflange lichte haren en in het midden deel kortere beharing. Verder geen lange haren.

  • Voorvleugels zijn zwart met blauwgrijze en geelbruine vlekken. Exocorium (buitenrand) geheel of bijna geheel bruin. Voor het membraan meestal een ivoorwitte vlek. Spaarzame lichte beharing.

  • Lichtgele tot bruingele poten. Na overwintering soms donkerder. Voor- en middendij soms met onduidelijke bruine vlekken. Bruine kniegewrichten. Tarsus distaal (van het lichaam af) bruin.

Voorkomen: In Nederland vrij algemeen (ook op de Waddeneilanden) behalve in het noorden. Een Eurosiberische verspreiding, maar ook in tropisch Afrika. In het noorden van Europa algemener dan in het zuiden. Een ondersoort in equatoriaal Afrika en Zuid-Afrika (Pericart 1990, Lindskog 1995).

Ontwikkeling: In Nederland vermoedelijk een generatie per jaar. In het zuiden mogelijk twee generatie per jaar.

Biotoop: Langs oevers en andere vochtige plaatsen tussen riet ( Phragmites australis ), biezen ( Scirpus ) en russen ( Juncus ) en dergelijke. Zowel in voedselrijke als in voedselarme biotopen.

Overwintering: Vermoedelijk alleen als volwassen wants.

Tot de volgende ‘natuurontdekkingen’ in de Natuurtuin ‘De Robbert’

Met ‘gevederde’ groet, Will van Berkel.

TUSSENDOORTJE 2021- 01, Winter in Natuurtuin De Robbert

logo natuurtuin

Vandaag: Winterwatch 2021, INFO Tuinvogeltelling 2021 en Vogelherkenning Poster .

WOENSDAG (2021-01-20), Nu we aan de vooravond staan van de invoering van een avondklok, is gisterenavond het TV-programma voor de Natuurliefhebbers en belangstellenden, gestart op;

eekhoorn
BBC winterwatch logo

Winterwatch 2021 is terug een nieuwe serie gedurende komende twee weken. BBC TWO TV

21.00 -22.00 uur (NL-tijd) Klik op de link: https://www.bbc.co.uk/programmes/p012msk2

Winterse uitzendingen die tevens een ‘opwarming’ zijn voor de aankomende Winterwatch 2021: Het team nodigt ons uit om ons warm in te pakken en met hen mee te doen aan een verkenning van prachtige dieren in het wild, seizoensgebonden schoonheid en natuurlijke wonderen.

Chris Packham zal in het New Forest kijken hoe de winter zijn huis transformeert. Iolo Williams bevindt zich in het Centrum voor Alternatieve Technologie in Wales, in de hoop een aantal verbazingwekkende gemurmel te zien.

Gillian Burke is bij RPSB Old Moor in South Yorkshire, waar ze zal kijken hoe een gezamenlijk natuurproject het gebied nieuw leven heeft ingeblazen.

Michaela Strachan is terug in Tentsmuir in North-East Fife om te zien wat er met onze zeehondenpups van Autumnwatch is gebeurd. En de jonge natuuronderzoeker Indy Green zal ons diep in Sherwood Forest meenemen op jacht naar een van onze meest ongrijpbare roofvogels: de havik.

Het programma van: 20-01-2021 t/m 22-01-2021 en van: 26-01-2021 t/m 29-01-2021

programma BBC springwatch 2021

Tuinvogeltelling 2021 : DATUM: 29, 30 & 31 JANUARI

herkenningstips kuifmees zwartkop

Klik op de link voor info:

https://www.vogelbescherming.nl/in-mijn-tuin/nationale-tuinvogeltelling

https://www.vogelbescherming.nl/tuinvogeltelling?_ga=2.15496113.625970798.1611154860-2014530819.1610004303

Herkenningstips voor: Glanskop, Matkop, kuifmees en zwarte mees

Zwarte mezen komen in sommige winters massaal naar ons land vanuit Scandinavië. Kuifmezen, glanskoppen en matkoppen zijn standvastiger: ze zijn er het hele jaar en houden ongeveer hetzelfde territorium. Deze vier 'bosmezen' maken 's winters vrolijke geluidjes, luister maar:

glanskop: explosief pitsjai pitsjai

matkop: tweetonig tiuu tiuu tiuu

kuifmees: vrolijke triller ziziburre

zwarte mees: scherp en snel sitsju sitsju sitsju

Zwarte mees: Ze lijken op koolmezen, maar zijn kleiner en bleker. Zwarte mezen hebben een klein kuifje, dat ze opzetten als ze zich druk maken. In de winter eten ze geen insecten, maar vooral zaden en in tuinen komen ze dan op voertafels en vetbollen.

Kuifmees: De kuifmees is goed herkenbaar aan zijn markante zwart-witte koptekening en een opvallende spitse, driehoekige kuif. Die prachtige kuif wordt bij opwinding nog verder opgezet. Zwervende wintergroepen kuifmezen komen op diverse sparren- en larikssoorten in de tuin.

Glanskop en Matkop: Glanskoppen en matkoppen zijn bruine mezen met een zwarte pet en ze lijken echt veel op elkaar. Ziet u één van deze vogels op de voertafel, ga er dan voor de Tuinvogeltelling maar vanuit dat het een glanskop is, want matkoppen zult u daar zelden of nooit aantreffen.

Tuinvogels tellen 2021 klik op link:

https://www.dvhn.nl/extra/In-Beeld-Tuinvogels-tellen-en-beluisteren-op-de-interactieve-pagina-24107871.html

In Beeld: Tuinvogels tellen (en beluisteren, op de interactieve pagina)

Poster Tuinvogels
tuinvogels turven poster

https://feed.dvhn.nl/images/jin4pu-beeld.png/BINARY/beeld.png

Tot de volgende ‘natuurontdekkingen’ in de Natuurtuin ‘De Robbert’

Met ‘gevederde’ groet, Will van Berkel.

NATUURJAAR 2021- 03, Winter in Natuurtuin De Robbert

logo natuurtuin

Vandaag: Spechten voorjaarsperikelen, De Patrijs gezien nabij de Natuurtuin en vogelverhaal ‘noodlottig ongeval’.

Zaterdag (2021-01-16), In afwachting van de door de weerstations voorspelde eerste sneeuw is het vanmorgen toch niet zo fris. De aanwezige vogelsoorten die we horen in de Natuurtuin zijn nu al bezig met het broedterritorium, later in het naderende voorjaar. We horen luid roepende Groene spechten, een roffelende Grote Bonte specht man, in de grootste populier nabij de Natuurtuin. Eerst zien we een vrouwtje reagerend op het verdragende geluid en dan nog een derde exemplaar -een jaloers mannetje- die het verzoek van de eerste, komt verstoren. Het territorium wordt zo vroeg in het jaar al uitgezet, verzekerd zijn van een broedplek. 

Wie oplettend is, in de natuur tijdens een wandeling en rond kijkt in uw woonomgeving, kan overal van dit soort acties waarnemen. Zoals ik vorige week al omschreef in het verhaal van de vrouwelijke Merels: GEVECHT OP DE GRENSLIJN, TERRITORIUMDRIFT.

Sperwer - Accipiter nisus
Sperwer - Accipiter nisus

Voedsel drang een ‘noodlottig ongeval’ (Auteur: Will van Berkel)

Sperwer Accipiter nisus (Linnaeus, 1758)

Vorige week in de Natuurtuin op korte afstand gezien een langs vliegende Sperwer in volle vlucht. Later in de week herinner ik me een noodlottig ongeval van een paar jaar geleden. Een botsing tussen twee vogels- tegen het raam van de openslaande tuindeuren. In een moment van onachtzaamheid zijn ze slachtoffer geworden.

Zo gebeurde het; in de strenge winter van 2010 werden de vogels in de tuin bijgevoerd. Allerlei aanvullend voedsel werd verstrekt om de tuinvogels door de winterperiode te helpen. Zaden, vetbollen, in de voedersilo’s zonnepitten, strengen ongepelde pinda’s en zelfs de rode vliespinda’s in een gaasnetje ontbraken niet. Allerlei vogelsoorten kwamen op het rijk gevarieerde uitgelegde voer af. Zo ook de Sijzen – lekker snoepen- van de vliespinda’s. Terwijl zij druk bezig zijn om het aangeboden voedsel te verorberen, is een mannetje Sperwer stiekem stilletjes naderbij gevlogen. Opeens en onverwacht, plaatst een mannetje Sperwer een gerichte aanval op de foeragerende Sijzen. Een paar reactie seconden verstrijken - één Sijs vliegt op- en kiest willekeurig een ‘veilige’ vluchtroute. De Sperwer die veel sneller is -door de vroege start- heeft een gerichte aanval geplaatst. Juiste keuze, deze vogel? De Sijs op ‘vlucht’ met in zijn kielzog –de Sperwer; die zijn ‘vizier’ gericht heeft op de Sijs. Samen vliegen ze achter elkaar aan richting het tuindeurraam. De voorste kleine vinkachtige vogel -ziet een ‘vlucht’lijn. Via het kleine venster richting –het samenvallende- grote vensterraam, op de achtergrond. Dan komt de onverwachte dodelijke klap, tegen het glas. Het eerste slachtoffer valt; het is de onfortuinlijke Sijs. Een fractie later de autoritaire Sperwer. Samen –naast elkaar- werden ze later ‘dood’ op de grond gevonden. Alleen de Sijs is alsnog het ‘slachtoffer’. Beide vogels zijn naderhand geprepareerd en op een natuurlijk ‘voetstukje’ geplaatst. Alleen het -mannelijke- Sijsje zit nu nog, in de klauw van de ‘onfortuinlijke’ mannelijke Sperwer. Beide vogels zijn nog steeds samen. Zij vervullen nu een ‘educatieve’ functie -tijdens de scholen “natuur” tekenlessen- in samenwerking georganiseerd met de plaatselijke IVN. Natuur doet je Leven?

Patrijs gesignaleerd in het Natuurgebied De Bundertjes.

Patrijs - Perdix perdix
Patrijs - Perdix perdix
Patrijs man- Perdix perdix
Patrijs man- Perdix perdix

Patrijs Perdix perdix (Linnaeus, 1758) (Foto: Will van Berkel)

Vanmorgen hoorden we van twee langs wandelende vogelaars dat er een groepje Patrijs bevind in het natuurgebied. Een vogelsoort die het tegenwoordig moeilijk heeft in het buitengebied. In 2013 was het jaar van de Patrijs. Daarna zijn allerlei projecten opgestart in NL om de in nood verkerende populatie te helpen aan een beter biotoop en leef bestaan.

Buiten broedtijd: Als echte standvogel houdt de Patrijs zich ook in het winterhalfjaar alleen rond de broedplaats op. Families sluiten zich daarbij aaneen tot wintergroepjes die na sneeuwval zichtbaarder zijn dan anders. De groepjes, tot enkele tientallen exemplaren, vallen in het vroege voorjaar uiteen. Uitzetacties leidden in het verleden tot het (doorgaans tijdelijke) optreden op plekken waar Patrijzen niet van nature voorkomen, zoals de Waddeneilanden. De winteraantallen vertonen hetzelfde verloop als die binnen de broedtijd: een steile en al tientallen jaren aanhoudende afname waarvan het eind nog niet in zicht is.

Broedtijd: Patrijzen zijn gebonden aan halfopen tot open boerenland, met een voorkeur voor akkers. Op de zand- en kleigronden van Zuid-Nederland komt deze soort nog betrekkelijk ruim verspreid voor. De dichtheden per vierkante kilometer zijn er echter gewoonlijk laag. De verspreiding in het noorden van het land is nogal verbrokkeld en de dichtheden zijn er nog lager. Rond 1975 was de Patrijs nog een talrijke broedvogel in het grootste deel van het land, hoewel er al sprake was van afname. Sindsdien is 90% van de aantallen verdwenen en zijn grote delen van vooral Midden- en Noordoost-Nederland verlaten. De afname, die in heel West-Europa plaatsvindt, valt samen met intensivering van de landbouw. Schaalvergroting, veranderde gewaskeuze, gebruik van bestrijdingsmiddelen en andere factoren beroofden de Patrijzen van broedplekken, schuilplaatsen en voedsel.

Tot de volgende ‘natuurontdekkingen’ in de Natuurtuin ‘De Robbert’

Met ‘gevederde’ groet, Will van Berkel.

NATUURJAAR 2021- 02, Winter in Natuurtuin De Robbert

logo natuurtuin

Vandaag: Sperwer, Koninginnekruid in Natuurtuin, Milieutip en Merels in je woonstraat.

Zaterdag (2021-01-09), Een schitterende winterochtend is het in de Natuurtuin. Een prachtige opkomende goudkleurige zon, alles wit ‘kraak’helder -de rijp- aangevroren op de kale takken, en de temperatuur een paar graden Celsius onder nul. Bij de ingang begroet ik Rinus en Stan die me net voor zijn, na mij komt Wil op de fiets aangereden. Begin ook deze wintermorgen met de LiveAtlas vogeltelling. Hoor en zie nog niet veel vogels.

Terwijl ik de App op start, vliegt er met hoge snelheid een Sperwer vlak langs ons. Prachtig dit vliegbeeld, in een korte flits zie je hoe gestroomlijnd deze stootvogel is. Daar… een Sperwer! zeg nog tegen de andere ‘tuinvrienden’. De vangsttechniek van deze vogel is gebaseerd op de verrassingsaanval. In de woonwijk zie je soms een Sperwer jagen, met hoge snelheid om de hoek van een huis of schutting scheren. Als vogels gevoerd worden in de tuin hang dan de versnaperingen in een beschut hoekje op, zodat een stootvogel niet gelijk de voedselplek kan aanvliegen om zo een niet oplettende etende vogel kan pakken.

Sperwer Accipiter nisus
Sperwer Accipiter nisus
Sperwer Accipiter nisus
Sperwer Accipiter nisus

Sperwer Accipiter nisus (Linnaeus, 1758) Vliegbeeld (Foto: Christof Delbaere)

Buiten broedtijd: Volwassen Nederlandse Sperwers zijn standvogel, jonge dieren verplaatsen zich soms over forse afstanden richting zuidwesten. Doortrekkers en overwinteraars uit Noord-Duitsland en Scandinavië vullen de eigen vogels aan. De voorjaarstrek vindt vooral tussen half maart en half april plaats, langs de kust deels gestuwd. Opvallender, vanwege grotere aantallen, is de najaarstrek. Deze is geconcentreerd in oktober en begin november. Volwassen vogels trekken in het najaar later door en in het voorjaar als eerste weg. Overwinteraars zijn in bebouwd gebied een bekende verschijning. Op menige voerplaats slaat in de winter een Sperwer zijn slag!

Broedtijd: Alleen in bijna boomloze gebieden ontbreken Sperwers tegenwoordig nog. De hoogste dichtheden waren traditioneel op de zandgronden te vinden, in dichte en niet te oude naaldbossen. Momenteel ontbreekt de Sperwer hier echter veelal of zijn de dichtheden er laag. Tegelijkertijd heeft deze roofvogel zich gevestigd op allerlei plekken in dichte loofbosjes, wegbeplanting of zelfs stadstuinen. De landelijke stand bedroeg rond 1970 slechts zo'n 250 paren als gevolg van indirecte vergiftiging via landbouwpesticiden. Nadat deze bestrijdingsmiddelen verboden waren, volgde een snel herstel van de stand en een uitbreiding over voorheen onbezette gebieden. Deze toename hield aan tot 1990, om vanaf 2000 te worden gevolgd door een afname, in ieder geval op de hoge gronden. Hierbij spelen verschillende factoren mee, waaronder voedselgebrek op de armste gronden en omzetting van productiebos (in jonge fases geschikt voor Sperwer) in natuurlijker bos of heide, naast jarenlange nestpredatie door Haviken. (Bron: Sovon vogelsoorten)

zonnepanelen

Milieu TIP: Energieopbrengst zonnepanelen in 2020 flink hoger dan verwacht. (Foto: Will van Berkel)

In 2020 was de opbrengst van zonnepanelen in Nederland bijna 8 tot 18 procent hoger dan verwacht, meldt de Universiteit Utrecht na berekeningen. Wel was de totale opbrengst iets lager dan recordjaar 2018.

12,6 procent meer opbrengst

De universiteit vergeleek de opbrengsten van de zonnepanelen met het door het KNMI gehanteerde langjarige gemiddelde van 1981 tot 2010. Daaruit bleek dat zonnepanelen het afgelopen jaar landelijk gemiddeld 12,6 procent meer hebben opgebracht. Die gemiddelde meeropbrengst is hoger dan 2019, toen was het 9,5 procent, maar minder hoog dan recordjaar 2018, waarin zonnepanelen ten opzichte van het langjarig gemiddelde 16,8 procent meer rendement hadden.

Hoewel in het hele land de opbrengst hoger was, profiteerde met name het zuiden. Vlissingen, dat vaak een hoog aantal zonuren telt, was koploper. Wat verder opviel, is dat de regionale verschillen minder groot zijn dan het recordjaar 2018. Normaal gesproken hebben zonnepanelen die aan de kust staan hogere rendementen, aldus de onderzoekers.

Het loont de moeite om eens te onderzoeken of zonnepanelen voor u ook een voordeel zijn, het milieu vaart er wel bij, alle kleine beeldjes helpen.

Vogels in de woonwijk, De merel.

Ook dicht bij huis zijn natuurlijk vogels te observeren. Nu al in het ‘voorjaar’, ook al is het nog winter, zijn mede door de hoge temperaturen Merels actief met het uitzetten van hun territorium. Dit speelde er van de week ‘gewoon’ bij mij in de woonstraat. Vaak zie je ook de gevolgen van deze schermutselingen. De knokkende vogels gaan zo op, in het ‘gevecht’ voor de verdediging van hun toekomstig broedgebied, dat ze naderende auto’s en andere voertuigen niet zien of horen aankomen. Zou ook automobilisten willen vragen om in hun snelheid aan te passen, zodat er geen vogels over- of aangereden worden.

vechtende merels
vechtende merels foto Will van Berkel

GEVECHT OP DE GRENSLIJN, TERRITORIUMDRIFT.

Merel, Turdus merula Linnaeus, 1758 (Auteur en Foto: Will van Berkel)

Gisteren middag -even na vijven- kijk uit het raam, zien ik op straat twee 'knokkende' vrouwtjes. Een “battle” gevecht op "leven en dood" tussen deze vrouwelijke merels, oorzaak territoriumdrift. Het is niet geoorloofd om over de ‘uitgestippelde’ (territorium)grens te komen, ook al ligt die precies op de as van de woonstraat. Even op adem komen -in gevechtshouding- met geopende bek en afhangende vleugels. Op dit moment begin voorjaar zie je bijna elke dag van deze grensschermutselingen. Ze vliegen elkaar aan, borstveertjes vliegen in het rond. Fel en hevig pikken naar elkaar, verdedigen hun toekomstig broedgebied.

Merels staan bekend als sterk territoriaal: het mannetje en het wijfje verjagen allebei soortgenoten uit hun territorium. Op de grens van twee territoria vinden regelmatig gevechten tussen mannetjes maar ook vrouwtjes plaats. Zo’n grensconflict begint meestal met imponeergedrag en kan uitmonden in een ruim twintig minuten durende, heftige (lucht)- gevechten waarbij de rivalen elkaar trappen en pikken.

Even later als het gevecht voorbij is zie ik dat één van de vechters ’bazinnen’ het hazenpad kiest. Terwijl de andere stoer rond kijkt en uithijgt -weer op adem komen- in ‘haar’ (conflict)gebied. Tegen de avond zie ik de partner van de strijdster op de nok van het huis zitten. Hij begint de eerste stoven te fluiten van zijn wel bekende merelzang. Het naburige Huismussen paartje dat bezig is met het aanslepen van nestmateriaal voor hun nest, pikt gretig de achtergebleven merelveertjes op en vervaagd de conflict perikelen.

merel vrouw foto Will van Berkel
merel vrouw foto Will van Berkel

MERELVROUWTJE, UITHIJGEN NA EEN TERRITORIUMGEVECHT. (Foto:Will van Berkel)

Gisteren middag op straat, na de ‘fight’ tussen de twee 'knokkende' Merel vrouwtjes. Het was en gevecht op "leven en dood", aanleiding was territoriumdrift. Het is niet geoorloofd om over de -voor ons onzichtbare- ‘uitgestippelde’ (territorium)grens te komen, ook al ligt die precies op de as van de woonstraat. Minuten lang uithijgen -op adem komen- met geopende bek en de adrenaline reguleren. Op dit moment in het vroege voorjaar zie je bijna elke dag deze grensschermutselingen.

Koninginnekruid en 7-stippelig lieveheersbeestje.

In de natuurtuin staan en groeien jaarrond vele soorten veldbloemen en kruiden. Wanneer de bloemen verwelkt zijn, blijven de zaden over. In de winter zoeken vogels deze zaden op eten deze mini zaden. Op de rechter foto zie je een enkel zaadje gelijkend op een pluisje van de Paardenbloem. Zelfs ‘denkt’ dit lieveheersbeestje tussen de ingevroren zaden te kunnen overleven.

Koninginnekruid Eupatorium cannabinum
Koninginnekruid Eupatorium cannabinum met Lieveheersbeestje
Koninginnekruid Eupatorium cannabinum
Koninginnekruid Eupatorium cannabinum

Koninginnekruid - Eupatorium cannabinum

In ruigten langs beken, rivieren en op kapvlakten in bossen met zeer vochtige bodem is het hoog opschietende Koninginnekruid, Eupatorium cannabinum, met zijn leverkleurige bloeiwijzen een opvallende soort. Vaak komt de soort voor tezamen met Echte valeriaan. De bloeiwijzen van beide soorten lijken zowel wat kleur als bouw betreft veel op elkaar. Aan de rood aangelopen stengels staan de bladeren die sterke gelijkenis hebben met hennepbladeren kruisgewijs tegenover elkaar.

Zevenstippelig lieveheersbeestje Coccinella septempunctata Linnaeus, 1758

Herkenning - 5,5-8 mm. Samen met elfstippelig, bosmier- en vijfstippelig lieveheersbeestje een van de rood-met-zwarte-stippen lieveheersbeestjes waarvan het halsschild zwart is met witte voorhoeken. Dekschilden rood met elk drie zwarte stippen en een schildstip.

Voorkomen - Overal in Nederland zeer algemeen en talrijk.

Biotoop - Te vinden in een grote diversiteit aan biotopen, algemeen in parken en tuinen.

Activiteitsperiode adultHet gehele jaar aan te treffen en algemeen van maart tot november.

OverwinteringTussen planten en in bladstrooisel.

VoedselBladluizen.

Klik op de link voor de uitslag van de FLORONs Eindejaars Plantenjacht.

wintermorgen foto Will van Berkel
wintermorgen foto Will van Berkel

Een winterse blik op de grote poel en houtenbrug in de Natuurtuin op een vroege zaterdagmorgen.

Tot de volgende ‘natuurontdekkingen’ in de Natuurtuin ‘De Robbert’

Met ‘gevederde’ groet, Will van Berkel.

NATUURJAAR 2021- 01, Winter in Natuurtuin De Robbert

logo natuurtuin

Vandaag: Grote Bonte Specht in de Natuurtuin, Trots op de Natuur! en Boomklever.

Zaterdag (2021-01-02), Wanneer ik de Natuurtuin binnenstap en de fiets weggezet heb komt Stan al aangelopen. De ‘Beste wensen voor 2021’ zijn de eerste woorden -na het bekende Goede morgen- die we met elkaar wisselen. Windstil is het maar wel een beetje fris. Maar gauw aan de slag. Stan maakt vandaag een begin met zijn team, met het grondwerk voor de bouw van het nieuwe insecten/bijenhotel. Zelf loop ik de eerste vogeltelronde van het jaar 2021 met de LiveAtlas App. Afgelopen jaar 2020 hebben we een mooi overzicht gekregen van het vogelbestand die het gehele jaar in en rondom de Natuurtuin en De Bundertjes leven en te zien zijn.

Bekijk de overzichtslijsten van de onderzoeken, klik op de link:

https://www.derobbert.nl/onderzoeksverslagen/

Als ik speur met de vogelkijker door de kale kruinen en tel nabij en in het Berkenbosje hoor ik de Grote Bonte Specht roffelen. Zie hem zitten -hoor de solo- op een dode boomtak. Gelijk een musicus die speelt op een Percussie- of Woodblok. De Specht zoekt bewust een resonerende oude tak op, zodat het geluid dan lekker ver draagt. Waarmee hij wil zeggen “dit gebied is mijn domein, voor 2021”.

Grote Bonte Specht Dendrocopos major
Grote Bonte Specht Dendrocopos major

Grote Bonte Specht Dendrocopos major (Linnaeus, 1758) (Foto: Will van Berkel)

In de winter zetten de Grote Bonte Spechten hun territorium uit. Juist nu het buiten zo zacht is, roffelen de spechten er nu al flink op los. Je hoort ze overal in het bos.

Aan het eind van de winter en begin van het voorjaar, zetten veel spechten hun territorium uit. En dat doen ze vooral door opvallend op takken te timmeren. Het is hun manier van zingen: bedoeld om een partner te lokken en tegelijkertijd het territorium af te bakenen.

Buitenbroedtijd: Nederlandse Grote Bonte Spechten blijven in of nabij het broedgebied. In sommige najaren lijkt er doortrek op te treden, maar het kan deels gaan om lokale verplaatsingen. Uit het verre verleden zijn echter kleine invasies bekend, bijvoorbeeld op de Waddeneilanden waar toen nog vrijwel geen Grote Bonte Spechten nestelden. Vermoedelijk ging het om vogels met een noordelijke of oostelijke herkomst

Broedtijd: Hoe meer bos, hoe meer Grote Bonte Spechten. De dichtheid van deze soort is dan ook het hoogst in de zwaar beboste delen van de zandgronden. Sinds 1975 breidde deze specht zich echter ook uit over de opener delen van het land, zodat hij tegenwoordig alleen nog in de meest boomloze landschappen ontbreekt. De opmars in Laag-Nederland was mogelijk door de toename van opgaande beplanting aldaar. De landelijke stand neemt nog steeds toe, iets dat bevorderd wordt door toenemende ouderdom van het Nederlandse bos en extensiever, op meer natuurlijk bos gericht beheer. In beide gevallen betekent dit meer voedsel en nestgelegenheid voor de Grote Bonte Specht. (Bron: Sovon Vogelsoorten.nl)

Vooral de Grote Bonte Specht heeft er ook een handje van om lange tijd te roepen vanaf een uitstekende tak in een boomtop. Als je er een lange tijd hoort roepen, scan dan dode uitstekende takken op een zittend ‘bobbeltje’, dat is dan de specht.

Trots op de Natuur !

Je merkt aan de Natuur gerelateerde verhalen op media Apps dat de interesse in Natuur gegroeid is. Iedereen die vogels voert in hun tuin heeft het over de verrassende momenten van andere ‘gewone tuinvogels’ die verschijnen op voedertafel en voersilo. Het lijkt mij dat in deze tijd de interesse en animo in Natuur, bezoek aan Natuurterreinen en wandelen in het Groen is toegenomen. Nu moeten de beleidsmakers nog om, voor het doorvoeren van meer veranderingen ten gunste van het Milieu en de Natuur, dan kan het overgrote deel zeggen TROTS OP DE NATUUR.

Boomklever Sitta europaea
Boomklever Sitta europaea

Boomklever Sitta europaea Linnaeus, 1758 (Auteur: Will van Berkel)

Wanneer het bijvoeren is gestart in de late herfst/winter heb je meer kans om de vogels van dicht bij te fotograferen. Regelmatig keren ze terug naar de voer silo met hun favoriete zaden. Opeens is de Boomklever in beeld, deze opvallende gast met zijn kleurrijke en getekend verenpak is al een tijdje niet gesignaleerd in de tuin. Wel hoorde ik hem af en toe de afgelopen week luidruchtig roepen en fluiten in de aangrenzende parktuin. De Boomklever is het enige lid van de familie boomklevers in de Benelux. Boomklevers komen voor in de gematigde delen van Europa. In het hoge noorden is het verenkleed van een Boomklever een stuk lichter. De oranje kleur veranderd in witte en grijze kleuren, alleen de stuit heeft de roestbruine kleur met enkele lichte stippen. Van de boomklever is alom bekend dat hij een boomstam afspeurt naar insecten, van onder naar boven maar vooral het bekendst is dat de vogels kruipen van boven naar onder. Ook een eigenschap van een boomklever is het vastklemmen van hazelnoten en ze daarna bewerkt met zijn snavel om het vruchtvlees op te eten. Maar door het uitstrooien en ophangen van zaad- en vetblokken en pindasnoeren rondom de voedertafel, zal hij vaak langs komen, zo gemakkelijk komt hij aan zijn kostje. Maar elke keer als de Boomklever in je tuin wordt gezien is hij een opvallende gast.

Boomklever Buiten broedtijd: Uitgevlogen jonge Boomklevers kunnen enige omzwervingen maken over enkele tientallen kilometers. Daardoor verschijnen er in de nazomer en vroege herfst wel eens exemplaren op locaties waar ze niet broeden, mits deze op niet te grote afstand van broedgebieden liggen. Eenmaal gevestigd, gedragen Boomklevers zich bijzonder honkvast. Doortrek van oostelijke of noordelijke vogels vindt vrijwel niet plaats.

Broedtijd: Boomklevers zijn gebonden aan oude loofbomen. Ze hebben een ruime verspreiding over de bosrijke streken van Nederland, inclusief delen van de binnenduinrand, en nestelen ook in parken en oude tuinen in stedelijk gebied. De verspreiding werd sinds ongeveer 1975 veel ruimer. Op de zandgronden van Noordoost-Nederland en Noord-Brabant, waar de soort lange tijd schaars was, leverde het ouder en gevarieerder wordende bos goede vestigingsmogelijkheden op. De Boomklever begint zich ook langzamerhand wat meer te verbreiden over de laaggelegen delen van ons land. De landelijke broedpopulatie is in het laatste kwart van de twintigste eeuw ruim verdubbeld.

(Bron: Sovon Vogelsoorten.nl)

Boomklever en Boomkruiper
Boomklever en Boomkruiper

Vogelbescherming NL Info: Bekijk de verschillen en lees het artikel klik op de Link:

Nooit meer verwarring Boomklever en Boomkruiper.

https://www.vogelbescherming.nl/actueel/bericht/nooit-meer-verwarring-de-boomklever-loopt-de-boomkruiper-hipt

Wandel Tip: Ga eens wandelen in de Parkachtige omgeving van de Bundertjes en de Natuurtuin. Let eens op de vogels in de besdragende struiken en boompjes. Uit ervaring met de vogeltellingen weet ik dat er vele soorten te ontdekken zijn in de woonomgeving. Een leuke oefening voor de aankomende Tuinvogeltelling eind deze maand, Succes.

Tot de volgende ‘natuurontdekkingen’ in de Natuurtuin ‘De Robbert’

Met ‘gevederde’ groet, Will van Berkel.