Onderzoeksnieuws april 2020

VOORJAAR Start-5, LENTE in Natuurtuin De Robbert

Gierzwaluw (Apus Apus)
Gierzwaluw (Apus Apus)

Zaterdag (2020-04-25), Vanmorgen tegen het afsluiten van de wekelijkse vogeltelronde in de Natuurtuin, tegen 9.00uur zagen we ze -boven in het luchtruim- zwierend en rondjes draaien tegen het blauwe zwerk. Ruim voor Koningsdag is de zomervogel bij uitstek de Gierzwaluw weer terug vanuit Congo (Afrika). Nu klinkt het gierend geluid binnenkort weer door de straten in de woonwijken. ‘Duivelsvogels’ werden ze vroeger genoemd van wege hun zwarte verschijning en schrikaanjagend gekrijs: een snerpend schril ziiirrr of srie- srie- srie-, dat onophoudelijk in de vlucht wordt gezongen.

Vanmorgen in de Natuurtuin ‘De Robbert’ -na de vogeltelronde- het klopnet weer gebruikt, opzoek naar aanwezige Wantsen en andere insecten. Ook vanmorgen diverse soorten: 10 wantsen soorten en enkele andere leuke insecten zoals deze: Roodtipbasterdweekschild.

De Roodvlekweekkever (Malachius bipustulatus) (Linnaeus, 1758), ook wel roodtipbasterdweekschild genoemd, is een keversoort uit de familie van de bloemweekschilden (Melyridae).

Roodvlekweekkever (Malachius bipustulatus)
Roodvlekweekkever (Malachius bipustulatus)

 Anthocoris limbatus,Fieber 1836

Voorkomen: in Nederland zeer algemeen. Onderfamilie Anthocorinae. Genus Anthocoris.

De wantsen uit het geslacht Anthocoris zijn, zoals de meeste Anthocoridae, van foto lastig (tot vrijwel niet) op naam te brengen. Ze zijn altijd langvleugelig. Zie voor algemene info onder Anthocorisspec.(Belgie: Anthocoris spec. )

 Anthocoris limbatus
 Anthocoris limbatus

Herkenning:

  • 2,9-3,5 mm.
  • Langvleugelig (macropteer).
  • Bruine of zwarte antennes. Antennesegment 1 is vaak heel licht, segmenten 2 en 3 hebben soms een geelachtige eerste helft en segment 4 een geelachtige basis.
  • Zwarte kop en schildje (scutellum), het halsschild (pronotum) is voor een groot deel zwart, maar met een geelachtige of geelbruine achterrand.
  • De voorvleugels zijn glanzend, met korte lichte haren en variabel van kleur. Soms helemaal licht of met een bruine clavus (smal driehoekig vlak tussen schildje en hoornachtig deel v.d. voorvleugel), achterkant van het corium (hoornachtig deel v.d. voorvleugel) en cuneus (uiteinde van het corium). Een wit membraan (vliezig deel v.d. voorvleugel) met achter een bruinachtige vlek, of bruinachtig met witte vlekken aan de zijkant en bij de basis (over elkaar gevouwen zie je drie grote witte vlekken).
  • Bruine poten.

Voorkomen: in Nederland algemeen. Europa tot in Siberie. Vooral in het noorden (Pericart 1996b).

Biotoop: op wilgen, vooral breedbladige soorten.

Ontwikkeling: de volwassen wantsen zijn waargenomen van midden april tot eind oktober en eind december tot eind januari. Adulten van de nieuwe generatie verschijnen in juli en september.

Overwintering: de volwassen wants overwintert.

Voedsel: zoofaag op wilg ( Salix ), vooral breedbladige soorten als boswilg ( Salix caprea ), geoorde wilg ( Salix aurita ) maar ook op katwilg ( Salix viminalis ). Bladluizen en schildluizen als prooi.

Groene bladsnuitkeverPhyllobius pomaceus,

De groene bladsnuitkever is een slanke, langwerpige snuitkever van zeven tot negen millimeter lang. Het exoskelet is bedekt met glanzende ovale schubben. Deze zijn meestal goudgroen, maar de kleur kan variëren van blauw tot groen of koperrood. Deze schubben kunnen makkelijk worden verwijderd, waardoor beschadigde exemplaren bijna zwart kunnen lijken. Het voorste dijbeen heeft een opvallende tand. De larve is tot acht millimeter lang, heeft een crèmewit lichaam en een donkere kop.

De groene bladsnuitkever kan verward worden met de grote bladsnuitkever (Phyllobius glaucus). De schubben van deze verwante kever zijn echter spits en langwerpig en de poten zijn geheel of gedeeltelijk helder geel of roodachtig geel.

Tot de volgende ‘natuurontdekkingen’ vanuit de Natuurtuin ‘De Robbert’

Met ‘gevederde’ groet, Will van Berkel

 

Groene bladsnuitkever (Phyllobius pomaceus)
Groene bladsnuitkever (Phyllobius pomaceus)

VOORJAAR Start-4, Volop Lente in Natuurtuin De Robbert

Zaterdag (2020-04-18), Vanmorgen door fietsend, langs witte- en gele bonte bloembermen gevormd door de bloemen van Fluitenkruid, Look zonder look, Pinksterbloemen en Witte dovenetel en het gele bloemen lint is samen gesteld door: plaatselijk Gele dovenetel, Paardenbloem, Speenkruid en vele lange Raapzaad stroken. Hoor tal van zingende vogels onderweg, elke week sluiten er nieuwe verschillende soorten vanuit Afrika aan. Afgelopen week hoorde ik voor het eerst dit jaar de zang van de: Bonte vliegenvanger, Gekraagde roodstaart en Boompieper. Langzaamaan komen vele bekende vogelsoorten terug van de lange reis. Kijk nu al uit naar de: Huiszwaluw, Koekoek, Wielewaal en Kleine karekiet. Maar met Koningsdag zal de Gierzwaluw toch ook weer te zien zijn en al gierend door de woonwijken en -straat vliegen, nog effe geduld.

tabel wantsen

Vanmorgen in de Natuurtuin ‘De Robbert’ -na de vogeltelronde- het klopnet gebruikt om te kijken welke de Wantsen er zoal te vinden zijn in het vroege voorjaars groen. Verschillende insecten zaten in het klopnet en ook diverse soorten Lieveheersbeestjes. Heb van het 1ste kwartaal (onderzoek) 2020 alvast een overzicht gemaakt met de wantsensoorten die in deze lente Natuurtuin zijn aangetroffen. Onderaan de overzichtslijst staan de soorten van zaterdag 2020-04-18. Alle voorkomende wantsenfamilies in Nederland, verdeeld in landwantsen (24 families) en water- en oppervlaktewantsen (12 families) zijn op volgorde gezet, zoals deze door waarneming.nl worden gehanteerd.

Voorjaarseikenblindwants (Harpocera thoracica)
Voorjaarseikenblindwants (Harpocera thoracica)

VoorjaarseikenblindwantsHarpocera thoracica

Een nieuwe Wantsensoort in de Natuurtuin vanmorgen, 6-6,8 mm groot.

Familie Miridae - blindwantsen: Een opvallende eigenschap van blindwantsen is het ontbreken van puntogen (ocelli), waarvan veel wantsen (niet alle) er twee of drie op de kop hebben (vandaar de naam blindwants voor de Miridae).

Voorkomen: in Nederland zeer algemeen. Palearctisch: Europa, Azie (het Midden-Oosten, de Kaukasus). (Kerzhner & Josifov 1999, Aukema et al. 2013).

Biotoop: bossen, houtwallen, parken, tuinen.

Ontwikkeling: de volwassen wantsen worden waargenomen van begin april tot eind juni (vrouwtjes soms langer). Een generatie per jaar.

Overwintering: als ei.

Voedsel: zoofytofaag. Zomereik **Quercus robur en wintereik Quercus petraea. Incidenteel bladluizen.

Gewone bloemwants (Anthocoris nemorum)
Gewone bloemwants (Anthocoris nemorum)

Gewone bloemwants - Anthocoris nemorum

Familie Anthocoridae - bloemwantsen: kleine tot zeer kleine roofwantsen (3,4-4,5 mm). Soms monofaag, dan zijn ze gebonden aan een prooi, die op een bepaalde waardplant zit. De familie is verdeeld in de onderfamilies Anthocorinae en Xylocorinae (syn. Lyctocorinae)

Voorkomen: in Nederland zeer algemeen. Europa, Azie (Pericart 1996b).

Biotoop: op allerlei loofbomen en kruiden, vooral op grote brandnetel.

Ontwikkeling: de volwassen wantsen worden het hele jaar waargenomen. Adulten van de nieuwe generaties verschijnen vanaf juni en begin september. Twee generaties per jaar, soms in de herfst een derde generatie.

Overwintering: de volwassen wantsen (vooral vrouwtjes) overwinteren. Soms ook de oudere nimf.

Voedsel: zoofaag. Spintmijt, bladluizen en allerlei andere kleine insecten. Ze zuigen incidenteel ook aan planten.

Vanmorgen tijdens de onderzoek ronde zag ik ook de:

SchapenteekIxodes ricinus (Linnaeus, 1758) tegen. Deze diertjes kunnen al vroeg in het voorjaar voor problemen zorgen door een tekenbeet bij de mens. Hieronder heb ik een link geplaatst van de Tekenradar voor informatie over de tekenbeet en hoe te handelen mocht er een teek op je lichaam te vinden zijn. https://www.tekenradar.nl/teken/teken

Over de teek: Teken zijn geleedpotigen en lijken op kleine platte spinnetjes. Teken behoren dan ook tot de spinachtigen (dierklasse Arachnidae, subklasse Acari). Teken ondergaan vier levensstadia: ei, larve, nimf en volwassen teek (zie onderstaande foto’s). De larve heeft zes poten maar de nimf en de volwassen teek hebben acht poten.

Schapenteek (Ixodes ricinus)  (nimf, laatste stadia)
Schapenteek (Ixodes ricinus)  (nimf, laatste stadia)
Schapenteek (Ixodes ricinus)  (volwassen)
Schapenteek (Ixodes ricinus)  (volwassen)

Tot de volgende ‘natuurontdekkingen’ vanuit de Natuurtuin ‘De Robbert’

Met ‘gevederde’ groet, Will van Berkel

VOORJAAR Start-3, Volop Lente in Natuurtuin De Robbert

Zaterdag (2020-04-11), Deze week is de Lente in al zijn facetten ‘losgebarsten’ in de Natuurtuin. Terwijl ik mijn fiets weg zet bij de werkcontainer, valt gelijk op dat de bladontplooiing afgelopen week - van planten, struiken en bomen- in 1 week tijd snel gegaan is. Ook de groei van vele bloemen en planten is bijna voltooit. Onderweg vanmorgen naar de Natuurtuin hoorde ik vandaag voor het eerst dit jaar de Grasmus zingen. 

Grasmus (Sylvia communis)
Grasmus (Sylvia communis)

Grasmus, Sylvia communis: De eerste ‘onopvallende’ Grasmussen arriveren in de tweede helft van april. Deze vogel -een van de vier Sylvia soorten- die in ons land voorkomen is het minst aan bomen gebonden. In veel gevallen is de Grasmus een pioniersoort van jonge vegetaties. Maar zijn ‘krassende’ zang viel mij vanmorgen gelijk op, dat deze Afrika-ganger weer terug is van weggeweest. Zang is kenmerkend, op en neer gaand riedeltje, tamelijk scherp en krassend. Zit veel variatie in. Roep onder meer een karakteristiek hees "tsjèrrr". Ondanks zijn naam is de grasmus niet nauw verwant aan de huismus. de grasmus een opvallende witte keel, maar wel een iets lichter grijze kopkap. Het grootste verschil met de braamsluiper is de roestoranje kleur van de vleugel. De rug is ook bruin, met iets meer oranje tint. De poten zijn oranje (grijs bij de braamsluiper), en het mannetje heeft een opvallende roze borst en een grijze kopkap.

Tuinfluiter (Sylvia borin)
Tuinfluiter (Sylvia borin)

Tuinfluiter (Sylvia borin):

Een andere vogel van de Sylvia soorten is de Tuinfluiter die komende week kan arriveren. Eind april is de Nederlandse tuinfluiter weer terug. Een 'Nachttrekker wordt de vogel genoemd. De Tuinfluiter komt algemeen voor in Nederland. Hij heeft subtiele kenmerken en is vooral grijs en beigebruin. De tuinfluiter is verwant aan de zwartkop en heeft een deels vergelijkbare zang. Houdt zich veelal op in struikgewas en is moeilijk te zien, maar vaak goed te horen. De zang wordt vaak gekarakteriseerd als een 'snelle merel' en lijkt soms verwarrend veel op de zwartkop, maar mist de heldere luide tonen. Het geluid bestaat uit zachte tonen en lijkt nog wel het meest op een versneld afgespeelde opname van een merel. Zang lijkt op die van zwartkop, maar mist de heldere fluittonen. Wellicht is de komende week deze Afrika-ganger al weer te zien en zijn zang te horen in de Natuurtuin.

Voor de jonge- en beginnende natuuronderzoeker is een Dierenzoeker-app beschikbaar. Een leuke handige app van Naturalis Biodiversity Center: Blijf verbonden met de natuur: thuis op ontdekking.

11-APR-2020 - De natuur ontdekken gaat altijd door, ook als we aan huis gebonden zijn. Juist nu het leven even stil lijkt te staan, hebben we meer oog voor de wondere wereld van de natuur. Hiervoor hoef je niet diep de bossen in: Naturalis maakt dit mogelijk in en om je huis.

Wanneer je de smaak te pakken hebt en op expeditie in eigen tuin bent gegaan, kan het zijn dat je dieren tegenkomt die je nog nooit eerder gespot had. Als een echte bioloog wil je natuurlijk de naam achterhalen. Dit kan met de Dierenzoeker-app, die de soort voor je achterhaalt.

https://www.dierenzoeker.nl/www/app/static/dierenzoeker/mobiel.php

Maak gebruik van de Dierenzoeker-app en ontdek de dieren in je tuin of kom naar de Natuurtuin ‘De Robbert’.

Tot de volgende ‘natuurontdekkingen’ vanuit de Natuurtuin ‘De Robbert’

Met ‘gevederde’ groet, Will van Berkel

VOORJAAR Start-2, LENTE in Natuurtuin De Robbert

Zaterdag (2020-04-04), Na een week van afwezigheid, stap ik gelukkig weer de zonovergoten Natuurtuin binnen. Zie Stan bij de ingang opzoek naar planten die in bloei staan.

Het is Lente, elke dag komen vogels aan vanuit het zuiden en voegen zich toe aan de vele standvogelsoorten die al langere tijd te zien en te horen zijn in de Natuurtuin. Stel voor in overleg met Stan gelijk een vogeltelrondje te doen. Wat opvalt in vergelijk met een paar weken terug is dat er verschillende vogel niet meer zingen of zoals de spechten bijna niet meer roffelen, hun territorium is uitgezet. We noteren vele vogelsoorten, zie ze bezig met hun nestbouw en anderen zijn actief om hun nest in de nestkasten in te richten. Aan het eind van de telling horen we aan de heldere zang op de achtergrond een nieuwe bezoeker aan het Natuurgebied De Bundertjes de:

Zwartkop (Sylvia atricapilla): Ze arriveren vanaf begin april of (in toenemende mate) eind maart. De meeste Zwartkoppen huizen op de hoge gronden, met name in gevarieerde bossen met een hoog aandeel loofhout. De herkenning van een paartje is gemakkelijk Een bewegelijk grijs vogeltje Het mannetje heeft een zwart petje en een vrouwtje heeft een bruin petje.

Zwartkop (Sylvia atricapilla) man
Zwartkop (Sylvia atricapilla) man
Zwartkop (Sylvia atricapilla) vrouw
Zwartkop (Sylvia atricapilla) vrouw

Even later -als we aan de koffie zitten- horen we regelmatig de hele tijd de zang van de Zwartkop dat typerende geluid van heldere klanken blijft maar doorgaan in het voorjaar.

Als we door de tuin wandelen opzoek naar bijen en hommels zien we verschillende dagvlinders rondvliegen; het gele Citroentje en de zilver blauwe Boomvlinder ook de Aardhommel is van de partij.

Op 18 en 19 april vindt de Nationale Bijentelling 2020 plaats. Kom ook in actie voor de wilde bijen en help de bij te beschermen. Om je alvast voor te bereiden op de komende De Nationale Bijentelling: doe mee! https://www.nationalebijentelling.nl/ Doe mee!

Meedoen is makkelijk, ook als je niet zoveel van bijen weet. We nemen je op deze site stap voor stap mee bij het herkennen van de 20 bijensoorten die je 18 en 19 april in je tuin kunt tegenkomen.

Tot de volgende ‘natuurontdekkingen’ vanuit de Natuurtuin ‘De Robbert’

Met ‘gevederde’ groet, Will van Berkel