NATUURJAAR 2024-33 november: Herfst in de Natuur en -Tuin ‘De Robbert’.

Vandaag: HERFST 2024: Deze week in de NTR: Tuinvogels, Beuk en Glans – Matkop, RAVON- LANDELIJKEDAG 2024 De Groene vrijwilligers, WEZEL tijdens Vakantie gespot en gefotografeerd, Vroege Vogels overzicht Podcastserie’s,

Zaterdag (2024-11-23), HERFST: Het weer was deze week regelmatig wisselend regen, sneeuw en temperaturen bijna onder nul. Dit weekend komen de temperaturen ruim boven nul. Vele tuinvogels zijn bijna dagelijks regelmatig te zien in de tuin en op het balkon, zeker als er bijgevoerd wordt. Maar als uw tuin in een bosrijke omgeving ligt is er kans op twee extra grijze mezen met een bijna zwarte kopkap.

Tuinvogels

Als je in een bosrijke omgeving woont, heb je de Glanskop misschien weleens gezien. Hij is een stuk rustiger dan andere mezen in de tuin en heeft een bijzondere relatie met de beukenboom. In de winter zijn deze bomen van levensbelang voor dit kleine vogeltje, omdat het vooral leeft van beukennootjes. De glanskop is moeilijk te onderscheiden van de Matkop, want de kruin van de Matkop kan ook glanzen, en andersom. Gelukkig zijn er nog een paar andere kenmerken. Zo zul je een Matkop niet snel op je voedertafel zien, terwijl de Glanskop zich daar nog weleens tegoed doet aan het voer.

Glanskoppen

Glanskoppen: blijven ook in de winter in Nederland en hebben een bijzondere relatie met Beukenbomen die nu prachtig gekleurd zijn. Beukenbomen komen in heel Nederland voor en kunnen tot wel driehonderd jaar oud worden. Het is de mastodont onder onze loofbomen en wordt gemakkelijk veertig meter hoog. Inmiddels kleuren ze goudgeel en bruin en laten ze hun bladeren langzaam vallen. Ook de vruchten vallen nu uit de beuk, driehoekige beukennootjes in een stekelig houten jasje. Net als veel andere bomen leven beuken in symbiose met schimmels. Via de wortels staan ze in contact en wisselen ze voedingsstoffen uit. Op veel plekken in Nederland vind je monumentale beukenlanen. Deze oude beuken herbergen allerlei leven en worden onder andere bewoond door Vleermuizen, Voommarters, Uilen en Boomkruipers.

RAVON- LANDELIJKEDAG 2024, De Groene vrijwilligers in schijnwerper.

Op 9 november jl. vond de RAVON-dag plaats. Een recordaantal van maar liefst 650 bezoekers, inspirerende lezingen, goede gesprekken en een fijne sfeer zorgden voor een gedenkwaardige editie. De vrijwilliger stond tijdens deze editie Landelijke-dag in de schijnwerpers.

Weblinken: https://repository.ubn.ru.nl/bitstream/handle/2066/244892/244892.pdf?sequence=1

https://www.naturetoday.com/intl/nl/nature-reports/message/?msg=27393

In de lezingenreeks kwamen onderzoekers en beheerders van diverse projecten aan bod o.a. Jaren van inspanning voor de Boomkikker, projectonderzoek Muurhagedis en onderzoek.

De lezingen vonden plaats in twee zalen; Linnaeus 2 en Linnaeus 3. Hieronder vind je het plenaire programma. Daarnaast waren er gedurende de dag verschillende workshops, filmvertoningen en korte presentaties plaatsvinden. 

Alle lezingen zijn vanaf nu terug te kijken.

WEBLINK: https://www.ravon.nl/Actueel/RAVONdag/RAVONdag-2024

De WEZEL tijdens Vakantie gespot en gefotografeerd!

Tijdens mijn vakantie op een Camping -in Noordelijke Denemarken- zag ik op een zonnige middag iets bewegen in een groenstrook en ingang/doorsteek. Snel een plekje dichterbij geïnstalleerd en in de nabijheid fotocamera met telelens en vogelkijker. Het werd een verrassende ‘voorstelling’ die ik van zo dichtbij nog niet eerder heb mogen ervaren.

Gedrag en sociale organisatie

Kenmerken: De wezel is de kleinste vertegenwoordiger van onze marterachtigen, en is bij het Vlaamse bredere publiek vooral bekend als ‘muishond’. In de praktijk meer als de ‘rennende sigaar’ die plotseling de weg oversteekt. Mannetjes hebben een kop-romplengte van 15-24 cm en wegen 65-150 g; bij vrouwtjes is dit amper 13-21 cm en 40-85 g. De staart is kort (3-6 cm). Het zijn bijzonder slanke, langgerekte en lenige dieren met korte pootjes. Ze zijn in staat door te dringen in kleine holen en gangen, waarbij de vrouwtjes zelfs zonder probleem op jacht kunnen in muizenholen. De vacht is tweekleurig, met vaalbruine rugzijde en witte buikzijde. De scheidingslijn is onregelmatig, met ter hoogte van de kin aan weerszijden meestal zelfs een afzonderlijk klein bruin vlekje. De staart is uniform bruinkleurig. Om een beter beeld te hebben van hun omgeving, gaan wezels regelmatig rechtop zitten op de achterpoten en met gestrekt lichaam, het zogenaamde ‘kegelen’.

Ecologie: Biotoop en voedselkeuze

Wezels zijn niet speciaal gebonden aan welbepaalde biotooptypes en kunnen dan ook zowat overal voorkomen waar hun hoofdvoedsel – woelmuizen – aanwezig is. Wegens hun geringe lichaamsgrootte en hun overeenkomstig kleinere leefgebieden hebben zij minder nood aan een biotoop op ‘landschapsniveau’ dan hun grotere familieleden. Zelfs kale grasland- en akkercomplexen kunnen voldoen, mits voldoende microstructuur (perceelsranden, muizengangen, …) aanwezig is. Dit neemt niet weg dat gevarieerde landschappen met behoorlijk wat macrostructuur in het algemeen wel meer mogelijkheden bieden tot de uitbouw van grotere populaties.

Wezels zijn volledig carnivoor, met een uitgesproken specialisatie op woelmuizen. Andere voedselbronnen bestaan uit jonge konijnen, ware muizen, kleine vogels en eieren, kikkers en insecten. De sterke specialisatie maakt dat wezels noodgedwongen de populatieschommelingen van de kleine knaagdieren volgen. Verdwijnen de muizen, dan verdwijnt ook de wezel. Omgekeerd kunnen zij ook heel snel aansluiten op de kolonisatie van nieuwe terreinen (braaklegging, opspuitingen, …) door kleine knaagdieren.

Verblijfplaatsen: Wezels stellen weinig specifieke eisen aan de aard van hun verblijfplaatsen. Dankzij de geringe vereisten over afmetingen is er veelal een overvloed aan verblijfplaatsen aanwezig in allerlei hoedanigheden. Het kan daarbij gaan om takkenbossen, houtstapels of andere hoopjes groenafval, steenhopen, uitgebrokkelde muren of andere bouwwerken, allerhande natuurlijke holen en holtes (knaagdiergangen, onder boomwortels, …), hooi- en strostapelingen, …

Wegens de geringe lichaamsgrootte en de hoge stofwisseling dienen de schuilplaatsen wel goed geïsoleerd te zijn om het warmteverlies te beperken. In de nestholte wordt dan ook actief materiaal aangebracht, zoals veren en stukjes vacht (prooiresten), maar soms ook wat droog plantenmateriaal of zwerfafval (papieren zakdoekjes, reepjes plastic, …), zoals bleek uit een verkennend experiment met kunstmatige schuilplaatsen (nestkasten). In de nabijheid van dergelijke vaste schuilplaatsen wordt ook een latrine aangelegd.

Sociale organisatie en activiteit: Wezels vertonen de typische sociale organisatie van roofdieren, waarbij het grotere territorium van het mannetje dat van enkele vrouwtjes overlapt. De dieren zelf leven in principe solitair, behalve in de paartijd en in de periode dat de wat grotere jongen samen met hun moeder op jacht gaan. De grootte van de territoria kan sterk uiteenlopen en hangt rechtstreeks af van het hoofdvoedselaanbod, dus de muizenstand. Bij mannetjes gaat dit van 1 tot 25 ha, bij de vrouwtjes van 1 tot 7 ha. Samen met de wisselingen in het voedselaanbod kunnen de dichtheden eveneens zeer sterk schommelen (1-100 dieren/100 ha).

Omwille van het relatief hoge metabolisme zijn wezels zowat de hele dag actief, en gaan, met tussenpozen, zowel overdag als ’s nachts op jacht.

Voortplanting en overleving: Het hoofdseizoen voor de voortplanting is het voorjaar, waarin zowel paring als het zelfstandig worden van de jongen plaatsvindt. Het gemiddeld aantal jongen ligt dicht bij 6, maar kan uitzonderlijk wel eens het dubbele zijn. De draagtijd is 5-6 weken (uitzonderlijk langer). In sommige jaren volgt een tweede worp. De jongen zijn al na 3 maand geslachtsrijp. Gerekend met een 1:1 geslachtsverhouding bij de jongen kunnen zo in optimale jaren per volwassen vrouwtje 30 nakomelingen geboren worden (2 worpen van het moederdier, driemaal 1 worp van 3 vrouwtjes uit het eerste nest).

Hoewel zij een leeftijd van 5 tot 6 jaar kunnen bereiken, worden veel wezels niet ouder dan zowat 1 jaar. Nogal wat dieren komen om als verkeersslachtoffer of worden, wegens hun ‘nieuwsgierig’ en ‘stout’ gedrag, gemakkelijk gedood door grotere roofdieren (zonder dat zij effectief worden opgegeten). Huiskatten zijn geduchte Wezel-doders.

Het voorkomen van wezels is gebonden aan de aanwezigheid van woelmuizen (Arvicolidae of Microtidae), en niet aan een bepaald type biotoop. Vanwege hun hoge voortplantingscapaciteit en relatief kleine territoria, is het weinig verwonderlijk dat ze in hogere dichtheden gevonden worden dan de grotere marterachtigen. Schommelingen in wezelpopulaties zijn daardoor over het algemeen tijdelijk en plaatselijk. Op de kleine schaal van Vlaanderen zijn geen spectaculaire aantalsevoluties bekend. De verspreiding van de wezel bedekt nog steeds het ganse Vlaamse grondgebied, zoals in het verleden al het geval was.

Deze tekst is grotendeels overgenomen uit: Van Den Berge, K. & De Pauw, W. (2003) in Verkem, S., De Maeseneer, J., Vandendriessche, B., Verbeylen, G. & Yskout, S. Zoogdieren Ecologie en verspreiding van 1987 tot 2002. Natuurpunt Studie en JNM-Zoogdierenwerkgroep, Mechelen en Gent, België.

Vroege Vogels Podcastserie Zo klonk Nederland

Seizoen 1: ‘Van Mammoet tot halsbandparkiet’

In de nieuwe Vroege Vogels podcast ‘Zo klonk Nederland’ maken we een tijdreis door de natuur. Van steppe tot stad en van mammoet tot halsbandparkiet. Klimaat en landschap veranderen voortdurend, en dieren komen en gaan. Maar wat hoor je precies als je rondloopt in de ijstijd, als er mammoeten en leeuwen rondstruinen? Hoe klinkt een middeleeuws bos, waar de laatste elanden van het land hun best doen de opkomende mens te overleven? Welke natuurgeluiden zijn de afgelopen 100.000 jaar verdwenen en welke zijn ons land rijker?

Seizoen 2: tweede reeks van de podcastserie ‘Zo klonk Nederland’

De tijdreis zet door de natuur voort. We beginnen vijf miljoen jaar geleden. Het klimaat is subtropisch en Nederland bestaat voornamelijk uit zee. De grootste roofvis die ooit bestaat heeft zwemt hier rond, een tot twintig meter grote haai die jaagt op walvissen: de Megalodon. Boven de zee vliegen albatrossen en Harlekijneenden. In het zuidoosten van Nederland ligt een uitgestrekt kustmoeras. In de lucht leven vliegende eekhoorns en tussen de bomen zie en hoor je tapirs en mastodonten: een soort olifanten.

Vroege Vogels en andere dieren Podcast

Seizoen 1, 2, 3 en 4: van de podcast “Vroege Vogels en andere dieren”

Deze wordt gepresenteerd door Anneke Naafs van Vroege Vogels. Zij ontvangt elke week meerdere gasten om te vertellen over een bijzondere gebeurtenis uit de natuur die je nú kunt zien of horen, maar waar je zeker weet nog niet alles over weet. Zoals het begin van het broedseizoen van de weidevogels, de kwakende boomkikker en de symboliek van de kraanvogel. De laatste drie podcasten over de Verdwenen Beer zijn gemaakt door Henny Radstaak.

Totaaloverzicht van alle podcast seizoenen: Weblink: https://www.bnnvara.nl/vroegevogels/podcast Het is HERFST in het Natuurgebied de Bundertjes, In elk jaargetijde, nieuwe waarnemingen in de Natuurtuin. Afgelopen week bijna -elke dag van de week- wel een Natuurmoment maar: Kom ook eens op zaterdagmorgen naar de Natuurtuin Opzoek gaan naar natuurfenomenen.

We zitten bijna aan het eind van het kwartaalseizoen de Herfst van het Jaar 2024 Opzoek gaan naar: Nieuwe ‘natuurontdekkingen’ in de Natuurtuin ‘De Robbert’ Samen ontdekken we meer! Tot de volgende keer

Met ‘gevederde’ groet, Will van Berkel.


NATUURJAAR 2024-32 november: Herfst in de Natuur en -Tuin ‘De Robbert’.

Vandaag: HERFST 2024: Deze week in de NTR: Herfsttinten en wintervogels in de Natuurtuin; Appelvink en Snippen, Valideren Goudpootzandbij, WiLL ’s Boeken gesprek en -TiP, Koekoeksjong in Zalk en Vroege vogels Natuurboekenprijs 2024, Canon Nederlandse Natuur.

Zaterdag (2024-11-09 -16), HERFST: Het was deze week regelmatig mistig met vele tinten grijs. Maar even later gaat de kleurenwaaier van de Herfsttinten open, geel, oranje, rood en groen -tinten, zijn op dit moment het hoogtepunt van de bladval. Wanneer de goudgele zon gaat schijnen, lijken de vele kleuren nog rijker. Verschillende Wintervogels o.a. Koperwieken, Kramsvogels Kepen en Sijzen, Roodborst en Winterkoning zijn teruggekeerd in de tuinen. Vele struiken en bomen hebben bessen en zaden gevormd, voor de Vogels is het tafeltje gedekt. Ook bijzonder is dat er soms opvallende Winterse vogelsoorten gezien worden in en om de Stadse Natuurtuin. Wie regelmatig met de vogelkijker boomtoppen afzoekt in de Bundertjes zou zo maar eens de Appelvink kunnen spotten.

Appelvink en Houtsnip

Appelvink Coccothraustes coccothraustes: De appelvink is een zangvogel uit de familie van de vinkachtigen. Het is de enige vertegenwoordiger van het geslacht Coccothraustes. De appelvink is te herkennen aan zijn typische roep, zijn forse bouw, de witte vleugelvelden en de witte eindband op zijn staart.

Houtsnip Scolopax rusticola: is een unieke steltloper omdat hij in het bos leeft. Zijn camouflage is perfect. Baltst in de schemer waarbij hij met vertraagde, stijve vleugelslag in grote banen over het bos vliegt en knorrende en niesende geluiden laat horen. Kan op trek in allerlei bossen en bosjes worden gezien, waarbij vaak met luid klepperende vleugelslagen opvliegt. Als er sneeuw ligt komt hij zelfs wel in stadstuinen. Helaas vliegen houtsnippen tijdens de trek ook veel tegen ramen. Snippen: Kijk maar eens naar de tekeningen van Elwin van der Kolk uit Vogels Vergelijken voor de subtiele verschillen tussen beide soorten.

Het najaar is een drukke tijd voor de valideerde natuurliefhebbers. Vele geposte waarnemingen van allerlei dieren en planten etc. maken allemaal deel uit voor de waarnemingslijsten.

Goudpootzandbij Andrena chrysosceles (Kirby, 1802) gezien in de Bundertjes.

Begin mei van dit jaar tijdens een monitoringsrondje in het natuurgebiedje links van de Natuurtuin ‘De Robbert’ in de Bundertjes heb ik dit ‘wilde‘bijtje een mannetje gefotografeerd.

Zowel de vrouwtjes als de mannetjes zijn door de combinatie van witte haarbandjes op het glimmende achterlijf, oranje schenen en vleugeladering goed herkenbaar. In Nederland ligt het zwaartepunt van de verspreiding in Zuid-Limburg en het Gelderse rivieren­ gebied. Daarbuiten bevinden zich verspreide vindplaat­ sen. Zo is de soort zeer talrijk in de jonge bossen van Flevoland. Met name in het rivierengebied is deze soort op nog meer plekken te verwachten. De goudpootzand­ bij is polylectisch en is vrij veel waargenomen op paardenbloem (Taraxacum) en sleedoorn Prunus spinosa. Daarnaast zijn er relatief veel waarnemingen van bloembezoek op schermbloemigen (Apiaceae), met name fluitenkruid Anthriscus sylvestris, zevenblad Aegopodium podagraria _en gewone berenklauw _Heracleum sphondylium. De goudpootzandbij lijkt wat haar voorkomen in Nederland betreft, een voorkeur te hebben voor voedselrijkere graslanden en ruigten. Behalve dat de soort grondnesten maakt en dat Nomada fabriciana als nestparasiet optreedt, zijn er weinig bijzonderheden over de nestbiologie bekend.

WiLL ’s Boeken gesprek en -TiP.

Koekoeksjong in Zalk Vorige week is het laatste boek van Nico de Haan gepresenteerd

Het boek ‘Koekoeksjong in Zalk’ is voor mij een herkenning van toen. De belevenissen in het landschap (1960) en het ontdekken toen -geleidelijk aan van vogelsoorten en de Natuur – in mijn jeugdjaren.

Nico de Haan, zoon van een predikant, kwam in de vroege jaren 50 in het pittoreske Zalk wonen. In dit boek blikt hij terug op deze vormende periode van zijn leven en op zijn ontluikende liefde voor vogels en de natuur.

Samenvatting: De Haan is een van de beroemdste vogelaars van Nederland. Zijn jeugd bracht hij door in het dorpje Zalk. Dit boek werpt een nostalgische blik op het dorpsleven en de natuur van de jaren 50. Weblink; https://issuu.com/vbku/docs/inkijkexemplaar_koekoeksjong_in_zalk

Nico de Haan, zoon van een predikant, kwam begin jaren 50 in het pittoreske Zalk wonen. In dit boek blikt hij terug op deze vormende periode van zijn leven en op zijn ontluikende liefde voor vogels en de natuur. Duik in zijn herinneringen en laat je meenemen naar het vogelnest hoog in de kerktoren of naar zijn zelfgemaakte vogelkijkhut, waar hij uren doorbracht. De Haan werpt een nostalgische blik op zowel de natuurlijke pracht als het dorpsleven van halverwege de vorige eeuw, beide onmiskenbaar veranderlijk in de afgelopen zeventig jaar.

Nico de Haan schrijft boek over zijn jeugd in Zalk

Een van de bekendste vogelaars van ons land – Nico de Haan – verrichte op 14-jarige leeftijd een kloeke daad van natuurbescherming voor vogels. Hij krijgt het voor elkaar dat er nestkastjes worden opgehangen in het Zalkerbos, zo blijkt uit correspondentie in het stadsarchief van Kampen. De archiefvondst past mooi in het boek over zijn jeugd in Zalk, waaraan Nico de Haan werkt. Weblink; https://www.rivierverhalen.nl/nico-de-haan-schrijft-boek-over-zalk/

Natuurboekenprijs 2024

Op de shortlist van de prijs voor het beste natuurboek staan dit jaar 6 titels. In totaal zijn 273 boeken ingezonden, die zijn verschenen tussen 1 juni 2022 en 1 juni 2024: veldgidsen, fotoboeken, poëziebundels, naslagwerken, monografieën, kinderboeken en romans. Het winnende natuurboek wordt op zondag 1 december bekendgemaakt tijdens een feestelijke uitzending van Vroege Vogels op NPO Radio 1: https://www.bnnvara.nl/vroegevogels/artikelen/deze-6-titels-maken-kans-op-de-natuurboekenprijs

Mijn boek keuze Canon Nederlandse Natuur.

Dit boek zou geplaatst moeten worden op de verplichte boekenlijst voor de middelbare scholen.

WiLL’s Mediatip ‘Zo klonk Nederland’ vijf miljoen jaar geleden

Vorig weekend ging de tweede reeks -de podcastserie ‘Zo klonk Nederland’– van start, zet de tijdreis door de natuur voort. We beginnen vijf miljoen jaar geleden. Het klimaat is subtropisch en Nederland bestaat voornamelijk uit zee. De grootste roofvis die ooit bestaan heeft zwemt hier rond, een tot twintig meter grote haai die jaagt op walvissen: de Megalodon. Boven de zee vliegen albatrossen en Harlekijneenden. In het zuidoosten van Nederland ligt een uitgestrekt kustmoeras. In de lucht leven vliegende eekhoorns en tussen de bomen zie en hoor je tapirs en mastodonten: een soort olifanten.

Zo klonk Nederland | Vroege Vogels Podcast

#1 – Zo klonk Nederland afl. 1: Tapir en Megalodon We beginnen dit tweede seizoen vijf miljoen jaar geleden. Het grootste deel van ons land ligt onder water. Alleen in het zuidoosten vinden we land. Nou ja, land… Hier ligt een vrijwel ondoordringbaar en kletsnat bos, waar je als je even niet oppast eindigt als moeraslijk.  

#2- Zo klonk Nederland afl. 2: Mastodont en drietenig paard Het is vier miljoen jaar geleden. Nederland bestaat nog steeds voornamelijk uit zee, met in het zuidoosten ondoordringbare moerasbossen. De zomers zijn warm en de winters gematigd.  Maar abrupte temperatuurschommelingen zijn aanstaande en zullen leiden tot grote veranderingen.  

IJsschots en makaak | Zo klonk Nederland #3

Kikkers met klauwen: Ook bossen vormen zich weer nu het warmen is. Gevarieerde loofbossen met vleugelnoten, eiken en af en toe een open plek. Vanuit het zuiden komen diersoorten onze kant weer op. Zo keert bijvoorbeeld de tapir weer terug. En ook het Tegelse hert is er weer. Met een schofthoogte van zo’n anderhalve meter en een gigantisch gewei, schrijdt dit majestueuze dier door de bossen. In ons land vind je op dat moment ook klauwkikkers. De bruinige kikkers hebben een hele brede kop en een beetje een breed plat lijf. Ze hebben ook kleine klauwtjes aan hun achterpootjes, vandaar de naam. Die gebruikt het diertje om in de waterbodem te graven voor voedsel. https://www.bnnvara.nl/vroegevogels/artikelen/titel-zo-klonk-nederland-3

Het is HERFST in het Natuurgebied de Bundertjes, In elk jaargetijde, nieuwe waarnemingen in de Natuurtuin. Afgelopen week bijna -elke dag van de week- wel een Natuurmoment maar: Kom ook eens op zaterdagmorgen naar de Natuurtuin Opzoek gaan naar natuurfenomenen.

We zitten aan in het midden van het kwartaalseizoen de Herfst van het Jaar 2024 Opzoek gaan naar: Nieuwe ‘natuurontdekkingen’ in de Natuurtuin ‘De Robbert’ Samen ontdekken we meer! Tot de volgende keer

Met ‘gevederde’ groet, Will van Berkel.


NATUURJAAR 2024-31 oktober/ november: Herfst in de Natuur en -Tuin ‘De Robbert’.

Vandaag: HERFST 2024: Deze week in de NTR: De Gaai en Eekhoorn zijn verzot op eikels, Duizenden kraanvogels onderweg! Zwarte knoopzwam gezien, Wintervlinders onder de buitenlamp en IVN Natuureducatie Plant Jij voor mij.

Zaterdag (2024-10-26/ -11-02), HERFST: Van het weer afgelopen weken zou je zeggen dat de Herfst nog ver weg is. De verwachting van het KNMI vorig weekend: uitzonderlijke hoge temperaturen en het is vrij zonnig en het overdag droog blijft. De middagtemperatuur loopt uiteen van 17°C in het noorden tot plaatselijk 20°C in het zuiden. De wind komt uit het zuiden en is zwak tot matig.

In de Natuurtuin zie je steeds meer vruchtlichamen van diverse soorten Paddenstoelen verschijnen. Ook de verkleuring en bladval zet steeds meer door. Gaaien en het Eekhoorntje zie je regelmatig naar de grond gaan om eikels te vergaren. Gaaien verzamelen in het najaar (september – oktober) massaal eikels.

Slimme gaaien op eikeljacht in de Natuurtuin.

Vrijdag 01 november j. l. Is een nieuw filmpje geplaatst -op de Natuurtuin website- van een Gaai die Eikels begraaft in de tuin. Klik op de weblink: https://youtu.be/9X5NZWnzWYQ

De eikels worden één voor één in de krop (holte in de keel) verzameld. Territoriumeikels in de krop en één in de snavel vliegt hij naar zijn territorium om ze in de grond te verstoppen als wintervoorraad.

De Gaai, is verzot op eikels:

Dit najaar is er een opvallende overvloed aan boomvruchten. Pientere eekhoorns, maar ook de slimme gaaien leggen nu een wintervoorraad aan. Wist je dat een gaai maar liefst zes eikels in een keer kan vervoeren? En dat ze er meer dan 5.000 verstoppen! (ROOTS -beleef de Natuur)

Weblink: https://www.rootsmagazine.nl/vogels/slimme-gaaien#:~:text=Gaaien%20leven%20van%20wormen%2C%20slakken,er%20zoveel%20mogelijk%20te%20verzamelen.

Diverse vogelsites schrijven de afgelopen weken over de komst en trek van de Kraanvogels. Het is weer zover Duizenden kraanvogels onderweg! De afgelopen dagen vlogen grote groepen kraanvogels op trek. De beste kans om zelf overtrekkende kraanvogels te zien en te horen maak je de komende dagen vooral in Oost- en Zuidoost-Nederland. Gaat de wind iets meer en wat harder uit het oosten waaien, dan vliegen ze ook soms ook over het midden en soms zelfs westen van Nederland. Check www.waarneming.nl voor vogels boven Nederland. Deze majestueuze vogels hebben gebroed in Noord-Europa en gaan overwinteren in Zuid-Europa. Onderweg passeren ze de Ardennen en (Zuid)oost-Nederland. Hun geluid is zo mooi!

Zwarte knoopzwam (Bulgarije inquinans) gezien.

Vorig weekend onderweg -tijdens een autorit stop op de Veluwe- zag ik deze paddenstoel Groeiend op een stapel gezaagde Eikenstammen.

knoopzwammen op hout
Zwarte knoopzwam (Bulgarije inquinans)
knoopzwammen close up
Zwarte knoopzwam (Bulgarije inquinans)

Relatief grote, tolvormige zwam, die met de toelopende basis aan het substraat gehecht zit. De buitenkant is bruin en fijn viltig, de bovenzijde is glad en zwart. Eerder is de zwam bolvormig en is het zwarte vlak nog klein. Dit zwarte vlak wordt echter bij het ouder worden steeds groter, zodat de ‘knoopvorm’ ontstaat. Op het zwarte vlak liggen de sporen. Je kunt ze er met je vinger afvegen. De binnenzijde van de zwam is gelatineus.

Kenmerken van het geslacht Pezizella (Pezizella) waartoe Zwarte knoopzwam behoort.

In Nederland komen 11 soorten van dit geslacht voor. Ze groeien op katjes, varens, gras, planten, naalden of takjes. Ze zijn vaak opvallend van kleur, zoals bijvoorbeeld de Paarse knoopzwam of de Gewone kopergroenbekerzwam. Ook op eiken groeit de zwarte Eikentrilzwam, deze heeft echter kleurloze sporen (je vinger kleurt niet donkerbruin bij het vegen langs het oppervlak).

De Zwarte Knoopzwam is een vrij algemene Knoopzwam die vooral op dode, nog niet ontschorste takken van voornamelijk eiken wordt gevonden. Zelden wordt hij gevonden op takken van andere loofbomen. De jonge exemplaren zijn half bolvormig en de oudere exemplaren zijn schijfvormig waarbij het centrum (hymenium) vlak is.

Het hymenium – (is de weefsellaag op het hymenofoor van een vruchtlichaam van een schimmel, waarin de cellen zich ontwikkelen tot basidie of sporenzakjes om sporen te kunnen produceren.) – kan bij jonge exemplaren nog roodbruin zijn, maar dit wordt als snel mat tot glanzend zwart. Het hymenium is altijd glad, in tegenstelling tot de gelijkende Eikentrilzwam (Exidia truncata) waarbij het hymenium klierwratjes bevat. De buitenkant is duidelijk korrelig en donkerbruin gekleurd. Ook dit kenmerk sluit de gelijkende Eikentrilzwam (Exidia truncata) weer uit. Hierbij is de buitenkant ook ruw, maar deze is daarbij zwart gekleurd.

WINTERVLINDERS laten zich zien onder de Buitenlamp.

Nu de wintertijd is ingegaan heb je ’s avonds -een uur ‘vroeger’- om naar Wintervlinders te kijken. Regelmatig verschijnen verschillende Nachtvlindersoorten onder de buitenlamp in de tuin. Wanneer ’s avonds de temperatuur nog gunstig is om te vliegen komen ze op het ‘licht’.

Grote wintervlinder close up
Grote wintervlinder Erannis defoliaria

De Grote Wintervlinder zou één van de moeilijkst te determineren spanners kunnen zijn, ware het niet dat hij door zijn vliegtijd in de winter tamelijk opvallend is. Goed getekende exemplaren zijn gemakkelijk te herkennen aan de donkerbruine banden op de vleugels (vaak met een zwart bandje afgezet) en de zwarte stip. Helaas komen minder sterk getekende dieren veel voor: de banden zijn niet erg opvallend en de stip evenmin. Het lastigst zijn de exemplaren die geheel ongetekend zijn: geen bruine banden en geen zichtbare stip. Zulke dieren lijken erg veel op de Najaarsspanner. Deze is echter goudkleurig bruin, heeft een iets andere vleugelvorm en vliegt meestal vroeger. De Najaarsspanner laat meestal net een strookje zien van de ondervleugels, de Grote Wintervlinder bijna nooit. Bovendien heeft de Grote Wintervlinder tamelijk lichte en gebandeerde pootjes, terwijl de Najaarsspanner effen pootjes heeft in de kleur van de vleugels. Qua spanwijdte is de Grote Wintervlinder veel minder variabel, want die loopt uiteen van 40 tot 44 mm. Ook voor deze winterspanner geldt dat dit hele verhaal alleen opgaat voor de mannetjes, want de vrouwtjes zijn vleugelloos.

Vliegtijd: De vliegtijd is van eind september tot half februari met een piek in oktober en november. In tegenstelling tot de meeste vlinders wordt ook ’s winters gevlogen, zelfs als er sneeuw ligt. Uiteindelijk overwintert de soort als ei.

Weblink: https://www.vlinderstichting.nl/vlinders/overzicht-vlinders/details-vlinder/grote-wintervlinder

Gepluimde spanner Colotois pennaria (Linnaeus, 1761) De gepluimde spanner (Colotois pennaria) is een nachtvlinder uit de familie van de spanners (Geometridae). De voorvleugellengte bedraagt tussen de 19 en 23 millimeter. Er is sprake van een zekere seksuele dimorfie in de kleur van de vleugels: die van de mannetjes zijn meer oranjebruin en die van de vrouwtjes meer grijsbruin. De soort overwintert als ei. Levenswijze Vliegtijd en gedrag, Begin september-eind november in één generatie. Wordt soms in rust onder bomen en struiken of onder op een stam gevonden. De mannetjes worden na het invallen van de duisternis vaak vliegend waargenomen. Later in de nacht komen ze goed op licht, vaak met meerdere exemplaren tegelijk. De vrouwtjes komen veel minder vaak op licht.

Levenscyclus: Rups: april-juni. De rups verpopt zich in de grond. De soort overwintert als ei op de waardplant.

Weblink: https://www.vlinderstichting.nl/vlinders/overzicht-vlinders/details-vlinder/gepluimde-spanner

IVN Natuureducatie, Plant Jij voor mij:

tekening poppetje op balkon met planten.
IVN Natuureducatie, Plant Jij voor mij:

Het jaargetijde Herfst loopt, over 48 dagen ten einde dan begint de Winter. Het is nu de tijd om te planten en te zaaien voor vogels en insecten.

Maak in je leefomgeving! Een groenere tuin

Een tuin vol vogels: Stel je voor: jouw tuin of balkon vol leven, waar je elke ochtend wordt begroet door het vrolijke gezang van de koolmees. Deze kleurrijke vogel, met zijn heldergele buik brengt een vleugje natuur bij jou, zelfs in de stad. Ontdek samen met ons eenvoudige manieren om jouw buitenruimte aantrekkelijk te maken voor koolmezen. Met de juiste planten geniet je van hun aanwezigheid

Insectvriendelijke planten voor vogels: De koolmees heeft verschillende redenen om jouw tuin of balkon te bezoeken. Ze zoeken beschutting, bouwen hun nesten, en vinden voedsel in zowel de planten als de insecten die deze aantrekken. Planten zoals lavendel trekken veel insecten aan, een belangrijke voedselbron voor vogels, maar zijn minder geschikt om in te nestelen. Kies meteen voor struiken en bomen die beschutting en nestmogelijkheden bieden.

tekening koolmees
logo vergroening

Weblink: https://www.ivn.nl/aanbod/tuinieren/

Het is HERFST in het Natuurgebied de Bundertjes, In elk jaargetijde, nieuwe waarnemingen in de Natuurtuin. Afgelopen week bijna -elke dag van de week- wel een Natuurmoment maar: Kom ook eens op zaterdagmorgen naar de Natuurtuin Opzoek gaan naar natuurfenomenen.

We zitten aan het begin van het kwartaalseizoen de Herfst van het Jaar 2024 Opzoek gaan naar: Nieuwe ‘natuurontdekkingen’ in de Natuurtuin ‘De Robbert’ Samen ontdekken we meer! Tot de volgende keer

Met ‘gevederde’ groet, Will van Berkel.