Poelenbeheer (inclusief oevers)
De poelen in de natuurtuin worden gevoed door een mix van regen- en kwelwater. Bovendien zijn ze schoon en hebben hierdoor een rijke flora en fauna.
- Sinds 2021 zijn we de poelen intensiever gaan onderzoeken (waterleven en (nieuw) chemische samenstelling). We willen informatie verzamelen zodat we met hulp van deskundigen een duidelijk onderhoudsplan kunnen maken.
- Het vaste poelenbeheer houdt nu in dat we in de grote poel om de paar jaar rietplanten onder water afsnijden om te voorkomen dat de poel dichtgroeit. Sinds 2021 snijden we regelmatig de bladeren van een Tuinwaterlelie onder water af, die de grote poel dreigt te overgroeien. Dit doen we totdat de plant dood is.
- Het grootste deel van de oevers is begroeid met riet. Dit riet wordt elk jaar aan het eind van de zomer gedeeltelijk weggemaaid. Sinds 2020 laten we het meeste riet staan. De rietkragen blijken aantrekkelijk voor schuwe vogels als Kleine karekiet, Bosrietzanger, Waterral, Meerkoet, Fazant, Waterhoen en overwinterende insecten.
- Een klein deel van de oever van de grote poel wordt belopen door bezoekers (tijdens schoolexcursies en open dagen) die naar waterbeestjes scheppen. Door deze gecontroleerde betreding wordt de zonnige noordelijke oever open gehouden en daardoor geschikt voor amfibieën om zich op te warmen.
- Langs de grote poel is een ijsvogelwand gemaakt. De begroeiing wordt daar kort gehouden en de wand zelf wordt jaarlijks bijgewerkt.
- Bij de noordelijke en zuidelijke poel doen we voorlopig geen ingrepen. Zie het eerste punt.