Zaterdag 29 maart 2025
Een mooie voorjaarsochtend, het wordt snel warmer. Geen strakblauwe hemel, maar de zon komt makkelijk tussen de stapelwolken door. Het waterpeil in de natuurtuin daalt. Voor het eerst sinds lange tijd zijn alle paden zonder laarzen begaanbaar. Lage stukken die een jaar onder water hebben gestaan vallen langzaam droog. Ik ben erg benieuwd hoe de bodemflora zich ontwikkelt na die lange onderdompeling. Hogerop bloeien Kerspruim en Boswilg nog steeds, maar ze worden al een beetje vaal. Tegen de rand van het berkenbosje draagt een Zoete kers nieuwe frisse bloesem. Ook een deel van de Sleedoorns staat in bloei. Lang niet allemaal en er is geen systeem in te ontdekken. Een paar forse, verspreid staande struiken doen mee, maar in de buitenhaag staan ook een paar kleine exemplaren vol witte bloesem. De andere Sleedoorns, net zo verschillend en verspreid, staan allemaal nog in knop.



Ongeduldige mannen
Vliegende insecten die al wakker zijn, hebben geluk met die vroege bloeiers. Wanneer de temperatuur oploopt zien we steeds meer vliegen, bijtjes en vlinders. Bij het insectenlab is volop activiteit. Gehoornde metselbijen speuren zenuwachtig de houtblokken af. Op een van de blokken zit een parend koppeltje. Ze worden continu lastig gevallen door opdringerige mannen die nog geen vrouw hebben gevonden. Waarschijnlijk zijn de meeste bijtjes die hier nu vliegen mannen. De nieuwe generatie mannen komt het eerst uit de nestholtes en wachten ongeduldig op nieuwe vrouwen. Onrustig gezoem en geruzie in het insectenlab.
Oeverzone zuidelijke poel
We beginnen aan een herinrichtingsproject. Een paar jaar geleden hebben we een overloop gegraven bij de zuidelijke poel. We wilden een paaiplaats voor de amfibieën maken. Een stuk met in het voorjaar water, maar dan ondiep zodat het snel opwarmt. Daar houden amfibieën van en het is een succes gebleken. Ook dit jaar zijn hier tientallen klodders kikkerdril afgezet. Nadeel van deze oeverzone is dat hij niet netjes afloopt. Er zitten oneffenheden in. Wanneer het water zakt is er kans dat kikkervisjes vast komen te zitten en verdrogen. We gaan dit verbeteren. De zone wordt groter en aflopend naar het diepe water van de zuidelijke poel. De amfibieën krijgen een grotere paaiplaats en er gaan minder jonge larven verloren.
Overtollig regenwater kan weg
We beginnen aan de buitenkant met graven, vlak bij het insectenlab. De buitenste stukken worden een spade dieper gemaakt en de grond kruien we naar het pad. Dat wordt opgehoogd zodat het in natte tijden begaanbaar blijft. Een paar meter hogen we niet op, zodat overtollig regenwater in de natuurlijke richting kan afvloeien. In het begin werken we alleen met handkruiwagens. Nadat Onderzoeker Will klaar is met zijn vogelronde zetten we de motorkruiwagen in. Daar gaat twee keer zoveel in en de motor doet het werk. We doen rustig aan, maar hebben uiteindelijk toch een mooi aantal meters pad opgehoogd.
Drukke ochtend
Aanloop genoeg vandaag. Rinus en oud-voorzitter Kees zijn naar een voorbereiding geweest van de opening van Het Gulden Land project, volgende week. Ze komen even doorspreken wat er geregeld is. Daarbij komt een kameraad van Pieter en een oud-vrijwilliger uit de begintijd van de natuurtuin een kijkje nemen. We brengen de ochtend dus grotendeels gezellig kletsend door. Zonnetje, aangename temperatuur en vogelgeluiden. Prima ochtend. Na twaalven gaat de poort op slot.
Zaterdag 22 maart 2025
Lente, en hoe! Al de hele week zon en sinds gisteren ook nog lenteachtig warm. Daar wordt meteen op gereageerd. De Kerspruim bij het insectenlab staat vol in bloei. Sensationeel wit vuurwerk tegen een grauwbruine achtergrond. Goed nieuws voor eventuele vroege metselbijen en andere nectarliefhebbers. Verspreid door de natuurtuin staan wilgen in bloei. Meestal Boswilgen, groengeel door honderden mannelijke katjes. Boswilgen zijn tweehuizig. Dat betekent dat de mannelijke en vrouwelijke bloemen (“katjes”) aan verschillende bomen zitten. Er zijn dus mannelijke en vrouwelijke Boswilgen. De vrouwelijke bomen vallen minder op. Hun katjes zijn groener en slanker, zodat ze een beetje op groene takjes lijken.



Bloeiende planten en actieve insecten
Ook sommige Sleedoorns bloeien al. Meestal beginnen die pas wanneer de Kerspruim over zijn hoogtepunt is, maar deze konden blijkbaar niet wachten. Ongeveer vier of vijf exemplaren staan wit te pronken. Ook de bodem begint te kleuren. Op beschutte zonnige plekken staat blauwpaarse Hondsdraf en natuurlijk zijn er Madeliefjes. Ook het gele Speenkruid is weer te zien. Dagpauwoog, Gehakkelde aurelia, Citroenvlinder en een witje vliegen rond. Opvallend veel vlinders vandaag, allemaal overwinteraars die nu genoeg nectar kunnen tanken. (Bos)wilgen zijn belangrijk voor hommelkoninginnen, ze leveren de energie die nodig is om een nest te starten. Pal voor de ingang van de container kruipt zo’n dikke hommel in een holletje. Misschien krijgen we een hommelnest als directe buren bij het koffiedrinken.
Tuinafval
We scheppen maaisel tussen de buitenhaag en de houtwal. Lang niet alles, maar nu is een deel van dit maaisel nog nuttig gebruikt. Aan gezelschap geen gebrek vandaag. Wandelaars genieten van het lenteweer en zijn in voor een praatje. Ik rij een kruiwagen maaisel wat verderop en moet even twee keer kijken. Midden in het gras staan een stuk of tien stronkjes. Taxussen ook nog. Die zijn niet ineens uit de grond gekomen, maar het is wel een soort lenteverschijnsel. Iemand moest tuinafval kwijt en vond het een goed idee om de stronkjes bij ons “te planten”. Waarschijnlijk met het idee dat het dan geen afvaldumping is. We zitten niet te wachten op tuinstruiken en al helemaal niet op een strook die we moeten maaien. Verbazend hoe gemakzuchtig en kortzichtig mensen kunnen zijn. Ik trek de stronken eruit, leg ze op een hoop en ga het vanmiddag bij de gemeente melden. Misschien kan Handhaving achterhalen wie zijn tuin heeft opgeruimd.



Kikkers en reigers
Het kikkerseizoen is begonnen. Bij de zuidelijke en grote poel krioelen Bruine kikkers en liggen tientallen klonten kikkerdril. Overal is geknor van kikkermannen te horen. Ondiepe oeverzones zijn populair, maar ook op andere plekken is kikkerdril te zien. Soms op totaal kansloze plekken. Bijvoorbeeld het lage noordelijke veldje, vandaag het toneel van flinke vrijpartijen in het water, maar het stuk zal droogvallen voordat de kikkervisjes het land op kunnen. Er ligt meer dan genoeg kikkerdril op goede plekken, dus het voortbestaan van de Bruine kikkers is verzekerd. Dat van de reigers trouwens ook. De natuurtuin wordt druk bezocht door Blauwe reigers en de ene na de andere kikker wordt naar binnen gewerkt. De lente is in volle gang.
Zaterdag 15 maart 2025
Een kille ochtend, het optimistische voorjaarsweer staat op pauze. De zon laat zich niet zien en noordenwind zorgt voor een winters gevoel De kerspruim bij het insectenlab staat in bloei. Die heeft voldoende zonlicht gezien en een deel van de witte bloesems staat open. Deze kerspruim (Prunus cerasifera) is nauw verwant aan de Sleedoorns (Prunus spinosa). Die staan iets verderop, maar genieten nog van hun winterrust. Ik verwacht dat ze pas over een week of twee wakker worden. Gelukkig is de Kerspruim beschikbaar voor insecten die nu nectar nodig hebben. Veel andere bloemen zijn er nog niet. De Krokus die vorige week bij de poort stond is weer verdwenen. Ik verdenk de reeën. Dat zijn snoepers en zo gauw een bijzondere plant in bloei komt willen ze daarvan proeven.



Maaiselhopen
We werken de maaiselhopen aan de voorkant bij. Eigenlijk hadden ze weken geleden al opgehaald moeten worden, maar om een of andere reden komt het er niet van. Het maaisel links van de poort gooien we op een hoop. Aan de andere kant doen we dat ook, maar we ontdekken dat er ook maaisel achter de buitenhaag past. Dat ruimt lekker op en op die plek houdt het maaisel concurrerende planten weg. Dat is precies de reden waarom we het aan de voorkant weg willen hebben. Daar mag van alles groeien en houden we het met de maaimachine onder controle.
Nog geen kikkerdril
We kletsen op ons gemak met voorbijgangers en drinken op tijd koffie. Later nemen we de tijd om eens rond te lopen. Bij de overloop van de grote poel en ook die van de zuidelijke poel is nu de meeste kans om kikkerdril te vinden. Er ligt nog niets. Komende week wordt warmer weer verwacht, dus wie weet … Op het veld westelijk van de natuurtuin zien we konijnenkeutels. Toch weer een teken van leven van dit belangrijke zoogdiertje. En vrij vers ook nog, hooguit twee dagen oud. Ik ben benieuwd wanneer we een konijn in levende zullen zien. Even verderop horen we een fazantenhaan krassen. Net als het konijn een tijd weg geweest, maar nu weer terug.



IJsvogelwand
Oma en kleinzoon komen de natuurtuin ingewandeld. Ze hebben gelezen dat we een ijsvogelwand hebben en komen die bekijken. Vorige week hebben we de laatste aanpassingen gedaan en nu is het wachten of het de vogels bevalt. We hebben een zachte winter gehad (ik ga er maar vanuit dat hij voorbij is) en dat betekent extra ijsvogels die een broedplek zoeken. We zullen het vanzelf zien. Met oud-voorzitter Kees bespreken we nog wat details van de open dag van het Gulden Land project. Die open dag is pas 5 april, maar je kunt maar beter voorbereid zijn. Dan is het echt tijd geworden en sluiten we rillend af.
Zaterdag 8 maart 2025
Het is nog steeds lenteweer. De vroege ochtend is fris, maar het warmt snel op. Ik loop zonder jas met Onderzoeker Will mee. Terwijl hij vogels telt, kijk ik naar bloeiende planten. In de natuurtuin komen planten en dieren vaak laat op gang. Vooral bij voorjaarsbloeiers valt dat op. Overal in de stad staan krokussen, narcissen en nog veel meer in bloei, maar niet hier. Zelfs het gras moet nog bijkomen van kou en nattigheid. Een groot deel van de natuurtuin ligt in de schaduw en de bodem warmt dus niet snel op.
Bonte krokus
Vlak bij de poort zie ik dan toch de eerste krokus, een Bonte krokus. Zo’n tien jaar geleden heeft de gemeente links en rechts van de toegangspoort bolgewasjes geplant. Bonte krokussen, Sneeuwklokjes en nog wat soorten. Het is nooit een succes geworden. Nu, zoveel jaar later, komen er buiten de poort een stuk of tien Bonte krokussen op. Deze ene staat binnen de poort, op een paar meter afstand van de anderen. Waarschijnlijk een zaailing: de eerste nakomeling die de wijde wereld intrekt, al is het maar een paar meter.
Vlinders zonder nectar?
Hazelaars zijn bijna allemaal uitgebloeid. Elzen zijn nog volop bezig. Bovenin hangen takken met elk honderden mannelijke katjes. De boswilg die vorige week bijna in bloei stond, staat nog steeds bijna in bloei. Hij heeft nog wat tijd nodig. We zien vandaag verschillende vlinders rondfladderen. Citroenvlinder, Dagpauwoog en Onderzoeker Will meldt een Gehakkelde aurelia. Ik vraag me af hoeveel kans deze “vroege vogels” maken om zich voort te planten. Er zijn nu nauwelijks bloemen waar ze nectar kunnen tanken. Hoelang kan een vlinder zonder eten? Collega-vlinders die zich nog een keer hebben omgedraaid op hun winterslaapplek hebben straks betere kansen.




Kraanvogels?
Rinus en ik rijden een paar kruiwagens mollengrond van het plantsoen naar een laag stuk pad. We vinden net genoeg grond om een modderpoel half te vullen. Daarna hebben we koffie verdiend. Onderzoeker Will wijst naar de lucht. “Kraanvogels”. Hij pakt zijn kijker en ziet hoog in de lucht geen kraanvogels, maar drie Blauwe reigers. Netjes in formatie, dat dan weer wel. En duidelijk op doortocht. Ik loop de container in om de camera te pakken, maar ben veel te traag. Ze zijn voorbijgevlogen. Ik kan nog net een foto maken, terwijl ze in de verte wegvliegen.
IJsvogelwand
Na de koffie werken we aan de ijsvogelwand. De meeste begroeiing hebben we weggehaald en nu steken we de verticale wand af. De kale grond moet de ijsvogels aanmoedigen om hier een nest te beginnen. De winter is zacht geweest, dus zijn er meer ijsvogels dan na een koude winter. Wanneer die op zoek gaan naar broedplaatsen zullen ze deze wand vanzelf tegenkomen. Of ze er gebruik van maken?
Kikkertrek begonnen
We lopen een laatste ronde en inspecteren de overloop van de grote poel. Hier vinden we elk jaar de eerste kikkerdril. De Bruine kikkers komen het eerst uit winterslaap en komen elkaar vooral hier tegen. Het lage water ligt pal in de voorjaarszon en warmt lekker snel op. Vandaag geen kikkerdril te zien, wel volwassen kikkers op verschillende plekken, waarschijnlijk op weg naar hun paaiplaats. Onderweg komen we oud-bestuurslid Agnes tegen. Terwijl we aan het praten zijn slokt een Blauwe reiger in het wilgenbosje een kikker naar binnen. Het zal niet zijn laatste kikkerhapje zijn, de kikkertrek is begonnen. Ik durf te wedden dat we volgende week kikkerdril vinden.
Zaterdag 1 maart 2025
Een poetsdagje, het machineonderhoud zit erop. Alles is gesmeerd, geslepen en afgesteld, maar de kappen en banden zijn nog vies en modderig. Daarna zijn we klaar voor het maaiseizoen, hoewel de eerste maaibeurt pas half mei is. Onderzoeker Will is naar de jaarlijkse bijeenkomst van de Vlinderstichting. Pieter zit in Oostenrijk en Rinus is met het IVN wilgen aan het knotten bij Kasteel Croij. De zwerfafvalploeg is op volle sterkte vandaag, vijf man sterk trekken ze de wijk in.
Stare down met reeën
Tussen het poetsen door loop ik een paar keer een rondje. In het elzenbosje staan drie reeën naar me te kijken. De grote takkenhoop ligt tussen ons in. Ik sta op het pad en de camera ligt natuurlijk nog in de container. We blijven staan en kijken naar elkaar. Wanneer reeën stilstaan zijn ze nauwelijks zichtbaar met hun grauwbruine vacht. Als je niet goed oplet, kun je er vlak langs lopen zonder iets te merken. Ik weet niet hoe lang deze reeën durven blijven staan. Ze weten dat ik naar ze kijk, maar ze weten ook dat ik ze nooit te pakken kan krijgen. Ja, dan durven ze wel. Ik laat ze kijken en loop verder naar de container. Staren ze me na, of zijn ze ervandoor gegaan toen ik me omdraaide?



Obsidentify en Merlin
Naast Herkenningsapp Obsidentify gebruik ik de laatste tijd Herkenningsapp Merlin. Obsidentify probeert een soortnaam te vinden aan de hand van een foto. Merlin herkent vooral vogelgeluiden, maar ook met een foto en zelfs een omschrijving kan hij helpen. Je wandelt of blijft zitten, je start de app en Merlin maakt een lijstje van vogels die te horen zijn. Net als Obsidentify zal Merlin niet foutloos zijn, maar het is alsof je een ervaren vogelaar bij je hebt.
Rode kelkzwam of Krulhaarkelkzwam
In het elzenbosje waar net drie reeën stonden, zie ik iets op de bodem. Een felrood ding, Obsidentify herkent een Rode kelkzwam of Krulhaarkelkzwam. Volgens mij hebben we die soort vaker gezien. Ik kijk in mijn account op Waarneming.nl: inderdaad, in 2024, 2023 en 2021 heb ik de paddenstoel ook gezien. Volgens Wikipedia zijn de twee soorten alleen met een microscoop uit elkaar te houden. Rode kelkzwam … “is in winter en vroege voorjaar te vinden op vaak bemost verterend hout op vochtige, voedselrijke grond. De aan het einde van de twintigste eeuw nog als zeldzaam te boek staande zwam werd in de jaren 2010 als vrij algemeen voorkomend beschouwd.” Hier houdt de kelkzwam zich keurig aan de ‘regels’. In het elzenbosje ligt veel bemost dood hout en is het er kletsnat. Telkens gezien in de winter of het vroege voorjaar. Dat de zwam vaker voorkomt, zou kunnen komen door modern groenbeheer. Beheerders laten veel meer dood hout liggen in het bos.
Reeën zijn meesters in verdwijnen
De drie reeën hebben het nog steeds naar de zin in de natuurtuin. Ze staan nu bovenop de heuvel langs de grote poel. Een voor een verdwijnen ze in het braambosje bij de ijsvogelwand. Ik heb dat eerder gezien gebeuren. Het is een piepklein braambosje. De reeën stappen op hun gemak naar binnen en weg zijn ze. Een paar meter bij een paar meter, niet te geloven dat hier drie reeën zitten. Toch is het zo. Reeën zijn meesters in verdwijnen.



Lenteverschijnselen
De hazelaars zijn bijna uitgebloeid. De mannelijke katjes zijn uitgerekt en wanneer ik ertegenaan tik komt er geen stuifmeel meer uit. Bij de container staan de boswilgen op springen. De takken zitten vol katjes, maar die zijn nog niet volgroeid. Madeliefjes laten zich er niet onder krijgen. Elke maand van het jaar zijn ze wel ergens bloeiend te vinden. Vandaag is de start van de Nationale Kikkerdril Telling. Ik controleer plekken waar bruine kikkers elk jaar massaal paren, maar er is nog geen activiteit. Reigers kennen die plekken ook en ze hangen heel de winter rond bij sloten en poelen. Twee weken terug zag ik een reiger die een kikker pakte. Binnenkort kunnen ze de ene na de andere kikker vangen. Bij de container tref ik een deel van de zwerfafvalploeg, ze gaan vroeg naar huis en hebben geen tijd voor koffie. Op een of andere manier loop ik de anderen ook mis en even na twaalven sluit ik maar af. Komende week wordt veel zon verwacht, de lente staat voor de deur.