Zaterdag 19 juli 2025
Vakantietijd. In de wijk is het rustig, geen klusherrie, slechts een enkele hondenuitlater en nauwelijks wandelaars. Ook de beestjes houden zich rustig. Logisch, de temperatuur loopt weer snel op en het is benauwd. Niets of niemand gaat zich nu druk maken. Behalve wij dan natuurlijk. Vandaag doen we deel twee van het RAVON amfibieënonderzoek. In het voorjaar hebben we met fuiken gezocht naar volwassen exemplaren. Nu gaan we met een schepnetje op zoek naar nakomelingen.



Twee poelen droog
We hebben drie poelen om te monitoren voor dit onderzoek. De noordelijke poel is volledig drooggevallen, dus die kunnen we meteen overslaan. De zuidelijke poel gaat verborgen achter een metershoge rietkraag. Wanneer ik me er doorheen geworsteld heb kom ik via een modderzone bij een zielige plas water, bedekt met een dikke laag kroos. Ik neem een emmer vol water mee naar ons tijdelijke veldlabo en giet alles in een platte witte bak. Een zwarte ondoorzichtige waterige drab. Hierin gaan we geen beestjes vinden. Na kort overleg besluiten we ook deze poel over te slaan. We verplaatsen het veldlabo in kruiwagens naar de houten brug, daarna zoeken we nog een keer bij de oostoever bij Tinekes bankje.



Weinig Salamanders, maar wel een Gewone vijverloper
Ook in de grote poel is het water ver gezakt. Normaal vangen we de meeste waterbeestjes tussen de oevervegetatie in het water. Maar omdat het water zo ver gezakt is, staat ook die zone droog. In het water dat nog wel in de poel staat groeit niet veel, zelfs geen Pijlkruid dat in andere jaren de halve poel bezet. Ik vraag me af wat de oorzaak is van dit gebrek aan waterplanten. Hoe dan ook, we vangen hier vooral klein waterleven. Veel larven van allerlei insecten, maar weinig salamanderlarven: vier larven van de Alpenwatersalamander en drie van de Kleine watersalamander. Verder 15+ Waterpissebedden, 7 Staafwantsen, 2 larven van de Geelgerande watertor, 2 Kokerjuffers, 10+ muggenlarven, 100 tot 200 Haftenlarven, 1 Bloedzuiger, 10+ Schijfslakjes, 10+ kleine waterroofkevers, 3 Schaatsenrijders, 1 Libellenlarve en 1 Gewone vijverloper. De laatste is een klein insect dat iets wegheeft van een mini Staafwants. Het is toch een soort op zich en de eerste keer dat we deze in de natuurtuin waarnemen.



Rondje natuurtuin.
Pieter was gisteren jarig en trakteert op vlaai bij de koffie. De spullen van het veldlabo zijn opgeruimd en we kletsen wat in de luie zomerzon. Wanneer we alles op hebben gaat Rinus het gras wegknippen langs een pad. Pieter moet naar een andere afspraak en ik loop met Onderzoeker Will nog een insectenronde. Net als bij het waterleven valt er weinig te ontdekken. Ik denk dat het gewoon te warm is voor insecten. De ochtend, wanneer alles net aan het opwarmen is, is de beste insectentijd. Nu de volle zon alles blakert, zoeken de insecten dekking. Ik denk dat een klein insect binnen een paar minuten gekookt is wanneer hij niet oplet. De droogte heeft ook effect op bijvoorbeeld de Lijsterbessen. Wanneer we Rinus met zijn knipwerk passeren zien we dat de Gelderse roos volhangt met dikke rijpende bessen. Verderop staat een Lijsterbes waarvan de weinige trossen met bessen grotendeels opgedroogd zijn. We lopen de bramenhaag in het veld langs de natuurtuin af. Buiten een enkel Oranje zandoogje niets interessants te vinden. Op een boomtak verderop zien we ineens een Buizerd. We horen de hele ochtend al een of twee jonge Buizerds zeuren om voedsel. Dit lijkt me een van de ouders. Ik kan nog net een foto maken wanneer hij of zij weg zweeft van de uitkijkpost. Toch weer een onverwachte mooie waarneming om de ochtend af te sluiten. We gaan naar huis en gaan de rest van de dag rustig aan doen.
Zaterdag 12 juli 2025
Vlindertelweekend! In het hele land worden mensen opgeroepen om van vrijdag tot en met zondag naar buiten te gaan. De bedoeling is in de eigen tuin, of waar dan ook, minstens een kwartier te kijken welke vlinders je ziet en hoeveel. Op de site van de organisatie is een handige herkenningskaart te downloaden. Er doen veel vrijwilligers mee en door het hele land: in tuinen, balkons, in de stad, het bos en platteland. Hierdoor wordt in korte tijd veel informatie verzamelt over de vlinderstand in Nederland. Weten hoe het gaat met de vlinderbevolking zegt veel over hoe het gaat met onze eigen leefomgeving. Door het grote aantal deelnemers en de controle door deskundigen zijn deze data van hoge kwaliteit.



Eerst klussen
Maar de eerste uren vallen tegen. Het is bewolkt en fris, geen vlinder te bekennen. Gelukkig hebben we een lijstje met klussen waar we ons mee bezig kunnen houden. Pieter gaat verder met de restauratie van de parkbanken. Bij de container zet hij zijn werkplaatsje op en maakt de planken schoon. Ik ga met Rinus aan het werk bij de zuidelijke poel. Er moet nog een groot stuk afgegraven worden in de nieuwe oeverzone. Het pad is inmiddels opgehoogd tot aan de plek waar overtollig regenwater vanuit de zuidelijke poel doorheen kan. Na een tijdje gaan we aan de koffie en genieten we van de zon die steeds beter zijn best doet. Jef komt binnen en gaat weer vegetatieopnames maken.



Enthousiaste waterscheppers
Het enthousiaste jongetje van twee weken geleden komt met zusje en vader binnengewandeld. Ik zoek netjes en platte bak bij elkaar en we installeren ons op de houten brug. Ze vangen jonge waterschorpioenen, jonge staafwantsen en nog wat klein grut. Terwijl ik mijn klusje bij de zuidelijke poel afrond, gaat Rinus met extra materiaal naar de waterscheppers op de houten brug. Oud bestuurslid Agnes komt binnengewandeld en gaat ook een kijkje nemen. Wat later worden de vangsten voorzichtig teruggezet en gaan de drie waterscheppers weer verder.



Dertien vlindersoorten gezien
Ik loop een paar keer door de natuurtuin en zoek vlinders. Waar mogelijk zet ik ze op de foto. Na een tijdje kom ik Jef tegen en ook hij heeft vlinders geteld: Bruin zandoogje (2), Oranje zandoogje (3), Bont zandoogje (5), Kleine vuurvlinder (1), Koolwitje (1), Koninginnenpage (1), rups Sint-jacobsvlinder (1), Boomblauwtje (1) en Landkaartje (1). Een deel van deze soorten had ik ook, daarnaast: Citroenvlinder (1), Atalanta (1), Icarusblauwtje (1), Hooibeestje (1). Dertien soorten, niet slecht voor een paar keer rondlopen. Wanneer ik weer bij de container aankom is het ver over twaalf uur. We ruimen de spulletjes op en sluiten een mooie telochtend af.
Zaterdag 5 juli 2025
Een verademing: temperaturen onder de dertig graden! Ik ga verder met riet snijden in de grote poel. Vorige week is de zuidelijke oever gedaan. Vandaag de noordelijke oever en langs de houten brug. Riet in het water wordt onder de waterspiegel afgesneden. Om de paar jaar dringen we de rietkraag terug zodat de poel open blijft. Tussen de takkenhoop aan de oostkant van de grote poel ontdek ik een verlaten nest. Het is gebouwd van droge rietstengels en steekt af tegen de donkerbruine takken. Ik wijs Onderzoeker Will erop en we denken dat het door een waterhoen is gebouwd. Ik vraag me af of iemand met een nieuw legsel wil beginnen. Het nest zit op de onderste takken, vlak boven de waterspiegel. Dat is pas sinds een paar weken boven water.



Restauratie bank
Dinsdag heeft Pieter geprobeerd om de planken van de oude bank te schuren. Dat was geen succes. Een uur zwaar werk met de bandschuurmachine en weinig resultaat. Vandaag probeert hij een andere tactiek. De plank wordt gewassen met waterverdunde ammoniak en daarna met een verfkrabber afgeschraapt. Dat gaat beter en een ook stuk relaxter zonder de herrie van aggregaat en schuurmachine.



Insectensafari
Met Rinus en Onderzoeker Will gooien we het riet op de hooikruiwagen. Het is minder dan vorige week en met twee keer rijden is alles opgeruimd. We gaan koffie drinken. Oud voorzitter Kees is er ook bij en al keuvelend brengen we de pauze door. Daarna ga ik met Onderzoeker Will het veld ten zuiden van de natuurtuin bekijken. Een omsloten stuk grasland waar we vaker insecten zoeken. Net als vorige week veel Bruine zandoogjes, Koolwitjes en een Landkaartje. Verder nog een Gewone oeverlibelle en een Veldhommel. Niet heel bijzonder, ook Onderzoeker Will vindt het wat tegenvallen. Misschien is het niet warm genoeg en hebben de insecten er geen zin in. Dan duikelt een Kleine vuurvlinder tussen de braamstruiken door. Hij gaat even hangen aan een stengel, lang genoeg voor een foto. Volgens mij is dit pas de tweede of derde Kleine vuurvlinder die ik dit jaar zie.
Je kunt zaterdagochtend gewoon binnenlopen (zonder hond)
Ik maak nog een ronde door de natuurtuin. Op de gemaaide veldjes staan de eerste planten alweer in bloei: Klein streepzaad en Jakobskruiskruid op de droge stukken. In de zuidelijke strook Egelboterbloem, Penningkruid en Zilverschoon. Bij de grote poel is het vooral de Grote wederik. Opvallend vaak soorten met gele bloemen. Wat ook opvalt, is Timoteegras. Een paar jaar terug zag ik amper tien bloeistengels. Nu staan er honderden langs het wandelpad. Een paar keer lopen wandelaars een rondje door de natuurtuin. Misschien krijgen meer mensen in de gaten dat je zaterdagochtend kunt binnenlopen. Het kan ook toeval zijn. Buiten de poort tref ik Willemien, die wel eens vaker een praatje met ons maakt. Ze was laatst vroeg op pad en zag twee reeën liggen in de strook voor de natuurtuin. Vroege uren zijn vaak de mooiste van de dag.