Deze Week augustus 2021

Zaterdag 28 augustus 2021

Er dreigt regen. Niet veel, maar toch. Ik werk snel mijn rijtje vaste klusjes af. De metselbijenmeter: Het lijkt er op dat het broedseizoen van de metselbijen op zijn eind loopt. De aantallen dichtgemetselde gaatjes veranderen niet veel meer. Hier een minder, daar twee meer, vaak hetzelfde als vorige week. Dan de wildcamera ophalen en het waadpak aan. Er zijn deze week maar een paar blaadjes van de Tuinwaterlelie boven water gekomen. De poel is helder. De bladeren die nog niet boven water zijn kan ik goed zien. Met de verlengde stokzaag trek ik de meesten los, werk ze naar de kant en gooi ze bij het hoopje leliebladeren op de oever.

Sloopklus

Onderzoeker Will is nog een tijdje op vakantie, op natuurexpeditie in Scandinavië. Rinus is vandaag op klusexpeditie in Limburg. Ik bekijk met Wil het kleine bruggetje dat nog over de sloot bij de rij knotwilgen ligt. De sloot zijn we aan het dempen en het bruggetje is overbodig. We halen gereedschap uit het materiaalhok, schoppen, hamer, bijltje, een lange ijzeren staaf die we als breekijzer willen gebruiken en steeksleutels.

Onverwacht snel klaar

We hebben al eerder hardhouten bruggetjes uit elkaar gehaald en dat bleken taaie klusjes. In dit geval niet. De schroeven blijken allemaal doorgeroest en in 10 minuten is het bruggetje een stapeltje losse planken in het gras. Daar dacht ik een halve ochtend mee bezig te zijn. De planken gaan op de hooikruiwagen en in het materiaalhok om te drogen. Wanneer we de container opnieuw inrichten gebruiken we ze als legplanken.

bospoel
Wespspin (Argiope bruennichi)
KLein streepzaad tussen het gras

Bezoek uit Amerika

Later in de ochtend komt Keenan op bezoek. Een Amerikaanse ecoloog die onderzoek doet naar het beheer van natuurtuinen en heemparken in Nederland. Hij wil meer te weten komen over de relatie tussen intensiteit van beheer en biodiversiteit. Dus, hoeveel werk moet je doen om de natuur te ondersteunen.

Hoe beter het plan, hoe minder minder werk nodig is

We leggen hem bij de koffie uit dat de eigenschappen van het gebied ons beheer bepalen. Het gebied moet zelf het meeste werk doen en wij manipuleren het een beetje. Hij is verbaasd dat ons beheer niet veel meer on houdt dan 2 keer per jaar de graslandjes maaien, om de paar jaar een bosrand terugsnoeien en in de winter een paar bomen kappen.

Natuurherstel vooral door de natuur zelf laten doen

Verder doen we natuurlijk ook verbeterprojecten (afgraven en sloten dempen bijvoorbeeld), de paden en buitenhagen moeten we bijhouden en zo zijn er nog allerlei klusjes. Maar herstel van gezonde natuur (bevorderen biodiversiteit) moet je vooral door de natuur zelf laten doen. Dat geeft het sterkste resultaat. Daarvoor is een goed plan nodig en moeten de resultaten in de gaten worden gehouden (monitoring).

Controle en coaching noodzakelijk

De natuurtuin wordt bijgehouden door vrijwilligers die dat met plezier doen, maar coaching door geschoolde deskundigen is onontbeerlijk. Nu voeren we goed onderbouwd natuurbeheer uit en scharrelen kennis bij elkaar op specialistische natuursites. Vanzelfsprekend is dit niet. Het hangt er maar net van af wie de natuurtuin beheert. In het verleden werden tuinplanten en kruiden gekweekt en honingbijen gehouden. Eigenlijk zou het werk in de natuurtuin regelmatig gecontroleerd en gecoacht moeten worden door ecologen van de gemeente of een grote natuurorganisatie.

Duidelijke verschillen

Gezellig kletsend lopen we met Keenan een rondje en laten hem de voormalige kruidentuin zien. Die hebben we uitgegraven tot op de leemgrond. De intensief bewerkte tuingrond ligt aan de randen op een hoop. In een oogopslag zijn de verschillen te zien. De uitgegraven stukken zijn een rijke mozaïek van verschillende plantensoorten, terwijl de hopen tuingrond gedomineerd worden door hoog opgroeiende brandnetels en een paar grassoorten. We hebben niets gezaaid of geplant. Er wordt alleen twee keer per jaar gemaaid.

Groene lappendeken

Verderop laten we de bosranden zien. Stroken van enkele meters breed, die we om de vier of vijf jaar tot op de grond snoeien en daarna weer laten uitgroeien. Vanaf de heuvel hebben we mooi uitzicht over de graslandjes. Door kleine hoogteverschillen en gefaseerd maaibeheer zijn dit lappendekens van groentinten. Dichterbij bekeken valt op dat tussen het gras nog veel grotere en vooral kleinere planten kleurig in bloei staan.

Onderzoek begint volgende week, maaibeurt uitgesteld

Overal staan we stil, bekijken en bespreken van alles. Voor we het weten is het al die uur in de middag. Keenan neemt afscheid en komt volgende week terug om zijn onderzoek uit te voeren. Hij wil enkele stukken afzetten en tellen hoeveel verschillende soorten planten per vierkante meter gemiddeld in de natuurtuin groeien. Dat moet gebeuren voordat we gaan maaien. We zullen deze maaibeurt dan ook wat later beginnen dan gebruikelijk. Waarschijnlijk half september.

Wilde kamperfoelie (Lonicera periclymenum)

Zaterdag 21 augustus 2021

bosrand elzenbosje
Pendelzweefvlieg
Wil en Rinus inspecteren de bramen

Het gaat zonnig en warm worden. Een mooie dag om vliegende insecten te bekijken. Snel mijn ochtendroutine afwerken: Metselbijenmeter controleren, wildcamera ophalen en de Tuinwaterlelie afsnijden. Dat laatste gaat steeds vlotter. Het poelwater is helder en ik kan veel bladeren afsnijden nog voordat ze boven water komen. Het is groeizaam weer. De graspaden hebben een maaibeurt nodig. Ook dat is na een dik half uur klaar.

Nazomer-maaibeurt

Volgende maand beginnen we aan de nazomer-maaibeurt. Daar zijn we een paar weken zoet mee en we pauzeren de andere werkjes. Ongeveer de helft van het graafwerk bij de zuidelijke poel is nu klaar. De abrupte overgang van nat naar droog wordt veranderd in een brede oeverzone. Vlak bij de eigenlijke poel hebben we een stukje 2 spaden diep afgegraven. Nu zijn we met een groter stuk bezig dat 1 spade diep wordt afgestoken. In de winter en bij veel regen stijgt het poelwater en kan de oeverzone overstromen. Door de verschillende hoogtes hopen we variatie in de begroeiing te gaan zien.

Koninginnenkruid
Koninginnenkruid
Geelrode naaldaar

Zomerse rust

Het warmt snel op en we drinken vroeg koffie. Daarna gaat Rinus verder met het vrij knippen van de paden. Wil kapt de uitlopers van een elzenstomp in de bosrand bij het elzenbosje. Ik heb genoeg geklust en loop een rondje met de camera. Het begint zomers te worden en het is windstil. Drukkend warm in de zon, lekker koel in de schaduw. Geen geluid van de verkeerswegen in de buurt.

Vlinders

Vlinders. Ik heb ze te weinig gezien dit jaar. Nu vliegen vier of vijf Bonte zandoogjes aan de rand van het elzenbosje. Ze dwarrelen rond, flirtend of vechtend. Dat is moeilijk te zeggen. Rusten even op een tak in de zon en zijn weer weg. Dat ik ze in de bosrand zie is niet toevallig. Het is hun paargebied. De mannen bezetten een vaste plek in de zon of vliegen heen en weer. Allemaal hopend op een vrouw. Vrouwen zetten de eitjes af op verschillende grassen. Dus best handig dat vlak bij de bosrand de graslandjes beginnen.

Koolwitjes en het landschap

Op de graslandjes vallen Koolwitjes op. Het zijn er meer, maar ik heb er maximaal vijf tegelijkertijd in het oog. Eentje komt scherp op de foto, een Klein koolwitje. Ook die Koolwitjes zijn hier niet zomaar. Vlinderstichting over de ei-afzet van de vrouwen: “Zij heeft een voorkeur voor planten die groeien op beschutte, zonnige plaatsen in een vrij open vegetatie aan bosranden of in de buurt van hagen.” Bijna een letterlijke omschrijving van de graslandjes in de natuurtuin.

grote poel
atalanta

Minstens zes soorten

In de overloop van de grote poel zie ik een Oranje zandoogje. Aan de andere kant van de natuurtuin, in de zuidelijke strook een Boomblauwtje, twee Atalanta's en heel even een overvliegende Citroenvlinder. Minstens zes soorten tijdens een korte wandeling.

Bloei eindigt

De Koolwitjes op de graslandjes vliegen vooral op de Kattenstaarten. Er staan er nog veel in bloei, maar het worden er minder. Dat geldt nog meer voor de Wederik. Aan de randen van de veldjes staan nog wat plukjes met bloemen. De rest is al volop bezig met vruchtvorming.

Vruchtvorming

Ook veel struiken die eerder gebloeid hebben staan vol vruchten. Lijsterbes, Kornoelje, Wilde kardinaalsmuts, Gelderse roos, Sleedoorn en Sporkehout. Het rijpingsproces wekt nu al de interesse van verschillende vogels. Wil en Rinus ontdekken dat de braamstruiken ook vol staan.

En bloei begint.

Andere soorten beginnen nu pas met de bloei. In de zuidelijke strook steelt Koninginnenkruid (=Leverkruid) de show. De plant maakt flinke groepen en bloeit met mooie oudroze pluimen. Wanneer de zon er op schijnt komen er veel insecten op af. Op sommige plekken staan groepjes munt. Die moeten nog beginnen. Net als de Klimop. De graslandjes, bosranden en ruigten zijn doorgroeit met grote en kleinere bloeiers. Ik heb deze maand ruim 60 bloeiende soorten geteld. Sommigen enkele exemplaren, anderen met vele tientallen. Voorlopig kunnen de wilde bestuivers vooruit.

Zaterdag 14 augustus 2021

oeverzone zuidelijke poel
onderzoek waterleven
Koninginnekruid/Leverkruid

Het zomert weer een beetje. Lekker fris nog, de lucht is helder en straks wordt het warm. Het insectenlab controleren en daarna de wildcamera ophalen. De batterijen zijn weer leeg. Ik kan thuis pas zien wat er op staat. Met het waadpak de grote poel in. De wekelijkse knipbeurt van de Tuinwaterlelie. De bladeren zijn blaadjes geworden en lijken met de week kleiner. Dat gaat de goede kant op. Met een beetje geluk zijn we de tuinplant voor de winter kwijt.

Klusje

Rinus is er vandaag niet en ik klus tot de koffie nog wat aan de oeverzone van de zuidelijke poel. Een flink stuk graafwerk is klaar en ik werk de buitenkanten bij. Ze moeten glooiend zijn zodat we er met de maaimachine makkelijk door kunnen. Na een dik uur hou ik het voor gezien. Het wordt warmer en er valt teveel te zien in de natuurtuin.

Sint Jakobsvlinder

Er staat meer Jakobskruiskruid in de natuurtuin dan enkele jaren geleden. Ik denk dat droogte en daardoor openvallende plekken gunstig voor de plant zijn. Jakobskruiskruid ziet er leuk uit, maar belangrijker is dat tientallen soorten insecten de plant gebruiken. Een daarvan is de Sint Jakobsvlinder. Ze legt haar eitjes op de plant en de rupsen eten zich rond. Bescheiden eters zijn het niet. Ze kunnen de planten helemaal kaal vreten. De rupsen overwinteren in een losse cocon op de grond. Het jaar daarop komen ze uit en kunnen ze zich op hun beurt voortplanten.

Opvallende rupsen

De rupsen zijn mooi om te zien. Opvallend zwartbruin gestreept. We kijken er al een tijdje naar uit en deze week zien we ze eindelijk. Vaak worden ze zebra-rupsen genoemd, maar dat slaat natuurlijk nergens op. Jakobskruiskruid produceert bitter smakende gifstoffen om niet gegeten te worden. De rupsen hebben daar geen last van.

Waarschuwingskleuren

Sterker nog, ze slaan de gifstoffen in hun lijf op en zijn daardoor zelf oneetbaar. Ze klimmen open en bloot in bonte kleuren over de planten. De kleuren werken als waarschuwing. Ik betwijfel of dat altijd goed werkt. Misschien dat felgekleurde beesten minder vaak gepakt worden, maar helemaal nooit? Lijkt mij sterk. Dan zouden er toch veel felgekleurde beesten moeten rondlopen en vliegen.

Rups Sint Jakobsvlinder (Tyria jacobaeae)
zuidelijke poel begroeiing
Marmerspin (Araneus marmoreus var. Pyramidatus))
opkomende zomerzon

Marmerspin

Op een van de lage noordelijke veldjes zie ik een rare spin. Ik ken niet veel spinnen dus … foto maken met de mobiel, herkennings-app Obsidentify openen en de foto laten beoordelen. “Marmerspin (Araneus marmoreus), 100% zeker” zegt de app. Ik geloof het en zoek verder. Deze bleke spin met opvallende donkere vlek blijkt een variant van de Marmerspin te zijn: Araneus marmoreus var. Pyramidatus. De Piramide-marmerspin dus.

Druk insectenverkeer

De Marmerspin is geen waterspin, maar toch vaak in de buurt van water te vinden. De spin vangt insecten. Veel insectensoorten leven als larve in het water. Na de verpopping vliegen ze vaak rond in de buurt van het water. En in die zone spint de Marmerspin haar net. Frappant dat dit spinnetje hier in het graslandje zit omdat tientallen meters verderop een paar poelen liggen. De invloed van een poel reikt tot ver buiten de oevers.

Poelenexpeditie

Na de koffie gaan we op poelenexpeditie. We bekijken de zuidelijke poel en de noordelijke poel. De zuidelijke poel is voor een deel dichtgegroeid met riet en Grote egelskop. Een prima dekking voor schuwe rietbroeders als de Kleine karekiet en Bosrietzanger. Ik worstel me door de moerasbeplanting naar een stuk open water. Het is warm geworden en op sommige plekken zak ik diep in de modderbodem. Het waadpak houdt me droog, maar vergroot het tropische effect.

Vangsten vallen mee

Ik schep een aantal keren en breng de buit naar Wil en Onderzoeker Will. Ze hebben hun kamp opgeslagen op de oever Een platte witte bak, het campingtafeltje en een goede camera dienen om de vondsten vast te leggen. Wil houdt een lijst bij. Het valt mij mee. We vangen allerlei torretjes, watervlooien en kleine larven Zelfs twee salamanderlarven en het omhulsel van een kokerjuffer. Vooral dat laatste is een indicatie voor schoon water. Ik zie ook nog een Groene kikker wegspringen.

Noordelijke poel

Op de houten brug vangen moeder en dochter met zelf meegebrachte netjes beestjes. Ik zie in het voorbijgaan dat ze schijnbaar zonder moeite een rijke vangst in hun emmertjes hebben. De noordelijke poel is ondieper dan ik had verwacht. Bij het waden komt een vieze rottingslucht boven water. Er zitten veel minder beesten in dan in de zuidelijke poel. Veel bootsmannetje en op het laatst een paar waterschorpioenen. Zelfs hier een salamanderlarve. Onderzoeker Will denkt dat het weinige leven komt omdat deze poel tijdens de afgelopen zomers is drooggevallen. Het duurt jaren voordat het waterleven in een poel opnieuw is opgebouwd.

Vangsten

Genoteerd bij zuidelijke poel: Larve eironde watertor, Salamanderlarve, Bloedzuiger, Posthoornslak, Haftenlarve, Zwart bootsmannetje, Gewoon bootsmannetje, Poelslak, Muggenlarve, Schaatsenrijder, Watervlo, Platte waterwants, Kokerjuffer, Groene Kikker, Duikerwants.

Genoteerd bij noordelijke poel: Muggenlarve, Tuimelaar, Haftenlarve, Schaatsenrijder, Schijfslak, Waterpissebed, Waterschorpioen, Salamanderlarve, Duikerwants.

Zaterdag 7 augustus 2021

Lange ereprijs (Veronica longifolia)
Grote brandnetel (Urtica dioica)
Zeepkruid (Saponaria officinalis)

Deze week is het nieuwe waadpak aangekomen. Ik probeer het meteen uit. Het past prima en vooral de goede schouderbanden zijn een verbetering. Eindelijk een waadpak waarbij je niet elke 2 minuten alles omhoog moet trekken. De wekelijkse snoeibeurt van de Tuinwaterlelie kost nog maar 10 minuten werk. We geven de plant geen kans meer om te herstellen. In een week tijd maakt hij niet veel nieuwe bladeren. We hebben nu ook een ophanghaak en het waadpak kan goed drogen en hangt niet in de weg. Vooruitgang gaat in kleine stapjes

Klussen

Afgelopen week zijn de paden gemaaid en is de laatste schoolexcursie op bezoek geweest. Vandaag zijn we een groot deel van de ochtend bezig in de oeverzone van de zuidelijke poel. Het is afwisselend weer. Wanneer de zon tussen de wolken door komt is het snel drukkend warm. We werken op ons gemak. Ongeveer zes ladingen grond gaan vandaag in de oude drainagesloot bij de rij knotwilgen. De uitgebreide oeverzone begint vorm te krijgen.

Bezoekertjes

We drinken koffie. Intussen wandelen wat mensen binnen. Drie kinderen willen graag waterscheppen. Rinus heeft vanmorgen een schepnetje en bak klaargezet voor eventuele liefhebbers. Twee van de kinderen zijn hier al eens eerder geweest. De derde niet en mag dus, vindt hij, het schepnetje het eerst gebruiken. Ik haal nog wat extra schepnetjes. Ze vangen meteen een aantal salamanderlarven en zijn daarna lange tijd zoet op de houten brug.

Heksenkruidsteltwants

Ook Onderzoeker Will is in zijn nopjes. Vandaag heeft hij een Heksenkruidsteltwants gevangen waar hij al wekenlang naar speurt. In de schaduw van de bosjes staan groepen Groot heksenkruid en de specialistische wants heeft die gevonden. Onderzoeker Will heeft hem al eens eerder gevonden, maar dit jaar duurde lang voordat de wants zich liet zien.

Onderzoeken

Inmiddels ook andere onderzoeken goed. Van planten, vogels, wantsen en metselbijen druppelen elke week gegevens binnen. De vangsten van het waterscheppen tijdens de schoolexcursies staan verspreid over lijstjes, foto's internet. We brengen die bij elkaar en zetten binnenkort het verslag op deze website. Het chemisch wateronderzoek en het onderzoek naar insectenmassa in de graslandjes hebben de eerste gegevens opgeleverd.

Gevleugeld hertshooi (Hypericum tetrapterum)

Wildcamera ontdekt

De wildcamera levert wekelijks interessante plaatjes. De camera hangt dit jaar langere tijd op een vaste plek. We hebben een aardige verzameling dieren op beeld vastgelegd. We houden een pagina bij met foto's van de vangsten. Hier zijn de eerste foto's al te bekijken. De pagina wordt regelmatig bijgewerkt.

Een leuke ontdekking van afgelopen week zijn maar liefst drie Steenmarters (een gezinnetje?) die de bospoel onderzoeken.