Bericht van Onderzoeker Will, januari 2023

NATUURJAAR 2023-04, Januari: Winter in de Natuur en -Tuin ‘De Robbert’.

Vandaag: 20e TUINVOGELTELLING 2023 EXTRA; 10 tips om vogels bij te voederen, TEL MEE ! MELD JE AAN, Vogel info; Alle Mezen, Mussen en Vinken, Tuinvogelposter en Vogel Tel Tips. Vrijdag (2023-01-27), Vandaag de start van de 20eTuinvogeltelling Dit keer een ‘vroege’ EXTRA-uitgave van het NATUURJAAR 2023 helemaal gericht op de weekendactiviteit.

TUINVOGELTELLING 2023 EXTRA

DOE MEE EN GENIET EEN HEEL WEEKEND LANG van de Vogels in uw Tuin. Zeker in de winter kunnen tuinvogels wel een extraatje gebruiken. Wat kun je voor ze doen, wanneer kun je vogels bijvoeren, en wat kun je beter laten? Met deze tips help je tuinvogels de winter door. Plus tips om andere kleine tuindieren een handje te helpen.

Illiustratie uit boek: Dit is mijn tuin! Auteur(s): Vera de Backker, Rob Buiter
Staartmezen Tekening: Jos Zwarts

Wanneer bijvoeren?

Welke maanden is het nu nodig om de vogels in je buurt bij te voeden? De winter is de meest logische keuze. De kou kost een vogel energie en het eten ligt niet voor het oprapen, dus zal het vogelvoer gretig aftrek vinden. Maar het is niet het enige seizoen waarop vogels een steuntje in de rug kunnen gebruiken. Ook het voorjaar is een goed moment. Als het dan een paar dagen slecht weer is zijn insecten moeilijk te vinden. In de lente gaat het niet om vet, maar om kalk en eiwitrijk voedsel. Denk aan meelwormen of vierseizoenenvogelvoer. Let op: vogels hebben behoefte aan kalk maar de vogelbescherming raadt af om melk te geven. In de zomer zouden vogels genoeg eigen voer moeten kunnen bemachtigen. Bloeiende planten trekken insecten die weer een maaltijd vormen voor vogels dus een zee van bloemen in de tuin helpt ook de vogels. In de herfst hebben vogels behoefte aan bessen, maar mocht je die niet in de tuin hebben staan, helpen pinda’s en vetbollen ook.

10 tips om vogels bij te voederen

Vogels hebben in een strenge winter onze hulp nodig. Warm blijven (en dat is voor een vogel rond de 40°C) kost ze heel veel energie, en die zit bijvoorbeeld in zaden en vetbollen. Dit zijn onze 10 tips om vogels bij te voederen.

1) Maak verschillende eetplekken; elke vogel heeft zo zijn eigen voorkeur. Een pimpelmees hangt graag aan een vetbol; een merel scharrelt juist liever op de grond.

2) Strooivoer kan op een voedertafel of op de grond uitgestrooid. Voedersilo’s en vetbollen hang je op een veilige plek: daar waar de vogel goed overzicht heeft.

3) Als je strooit, maak dan eerst de grond sneeuwvrij.

4) Breng variatie in het voer aan, ook om meerdere vogelsoorten te trekken. Zaden, pinda’s en vetbollen, rozijnen en appels zijn altijd goed. Nooit: margarine, vloeibare olie of zoute producten.

5) Met een stuk gaas of een speciale korf over het voer kunnen kraaien, duiven en meeuwen er niet bij.

6) Vetbollen en pinda’s zijn goed in de winter maar stop ermee als het voorjaar eraan komt. Pinda’s zijn gevaarlijk voor heel jonge vogels

7) De roodborst krijgt zijn diner graag op een beschutte, sneeuwvrije plek geserveerd. Gehakte pinda’s en vetbollen staan hoog op het lijstje favorieten, maar het summum is een lekker portie meelwormen.

8) Eten van de vloer, maar liever geen sneeuw tussen de tenen; dat is de wens van de koperwiek, de gourmet onder de vogels. Hij houdt van gewelde krenten en rozijnen, fruit, bessen, maar ach, ook schillen en klokhuizen en kliekjes zijn welkom. Let op dat er geen zout in zit.

9) Voor de schuwe heggenmus kun je wat broodkruimels of ongekookte havermout op de grond strooien, het liefst onder een goeie struik – lekker veilig.

10) De vink blijft graag met beide pootjes op de grond. Strooi voor hem wat zaden als zonnebloempitten en onkruidzaden, daar is hij dol op.

TUINVOGELTELLING 2023 TEL MEE! MELD JE AAN

Tel op vrijdag 27, zaterdag 28 of zondag 29 januari één keer een half uur de vogels in uw tuin of op uw balkon. Vliegen de vogels alleen over uw tuin? Die tellen niet mee. Scholen, kinderboerderijen en andere groepen kunnen van tevoren tellen op een moment dat hun schikt. Meedoen is leuk en gemakkelijk en met uw telgegevens helpt u ons de vogels beschermen. Doe mee! ; Ook mee doen? Prik voor jezelf een momentje van 30 minuten komende vrijdag 27, zaterdag 28 of zondag 29 januari. Tel de vogels en geef de resultaten door via tuinvogeltelling.nl. Op zondagavond maakt Vogelbescherming de top 10 bekend.

Klik op de weblink met alle INFO: https://www.vogelbescherming.nl/tuinvogeltelling   De digitale Vogelgids: https://www.mijntuinvogeltelling.nl/vogelgids

20 Jaar Tuinvogeltelling

Dit jaar bestaat de Tuinvogeltelling 20 jaar. Gedurende die jaren is de telling uitgegroeid tot het grootste citizen science-project van Nederland. Afgelopen jaar deden maar liefst 170.000 mensen mee, een jaar eerder tijdens de lockdown zelfs 200.000. De Nationale Tuinvogeltelling is daarmee een begrip geworden. En de telling is daardoor afgelopen maand opgenomen in het Netwerk Immaterieel Erfgoed van Nederland.

Resultaten door de jaren heen: De resultaten van die tellingen leveren een aardig inkijkje op hoe het met de vogels in onze tuinen gaat in de winter. Zo zien we de halsbandparkiet oprukken van de stadsparken in Den Haag en Amsterdam richting het oosten van het land. Dat het slechter gaat met de merels, zien we ook terug in de telling: het aantal per tuin daalde van gemiddeld bijna vier naar twee. Ook zijn de weersomstandigheden terug te zien in de telling. Hoe kouder het weer, hoe meer spechten en roofvogels gezien worden.

Herkenningstips voor de Mezenfamilie (Paridae).
Huis- en Ringmus (Passeridae) en de Heggenmus (Prunellidae).

Alle 'MEZEN'SOORTEN op een rijtje

Op het eerste gezicht is het best een uitdaging om alle soorten mezen te onderscheiden. Het zijn er maar liefst negen! Sommige zijn verre familie van de ‘echte’ mezen. Hier vindt u alle mezen op een rijtje. Figuurlijk dan, want u zult ze nooit alle negen in een boomtak zien zitten en ze komen zeker niet allemaal in tuinen. 😉

Mezen Paridae: Mezen zijn kleine, compacte, hyperactieve, acrobatische insectenetende zangvogels. Zij hebben korte snavels en leven in verschillende biotopen, doch meestal met bomen. De geslachten zijn uiterlijk gelijk, maar de vrouwtjes zijn meestal iets valer van tekening en kleur. Naast de bekende Koolmees en Pimpelmees, die overal in bossen en tuinen voorkomen, zijn er vijf ‘buitenmezen’, die echte bosbewoners zijn. Deze vijf doen het vrijwel geheel op eigen kracht, zonder vetbollen en winkelzaden. Met hun spitse insectensnaveltjes friemelen en frunniken ze de hele winter door tussen boombast en naalden op zoek naar spinnen, larven, duizendpoten, pissebedden, luizen en wantsen, maar ze pikken ook aan beukennootjes, hazelnoten en elzenproppen. Een mezenmaag wordt in de herfst sterker, zodat ze zaden kunnen vermalen en verteren. Mezen gaan vooral tegen het vallen van de avond voedsel zoeken. Overdag te veel eten maakt de vogel zwaarder en een makkelijker prooi voor rovers. Elke buitenmezensoort heeft zijn eigen voedselniche.

Mussen Passeridae: Mussen zijn kleine, compacte zangvogels met een korte stevige conische snavel. Ze lijken op vinken en Afrikaanse wevervogels, waarmee ze nauw verwant zijn. Wereldwijd zijn er twintig verschillende soorten mussen, die mede door toedoen van de mens wereldwijd verspreid zijn. Bij dertien van de twintig soorten hebben de mannetjes een zwarte bef, bleke wangen en een donkere kruin. Bij twaalf van deze soorten ziet het vrouwtje er anders uit. Alleen bij de dertiende soort (de Ringmus) zijn mannetje en vrouwtje niet van elkaar te onderscheiden. In Nederland komen alleen de Huismus en de Ringmus voor. De Heggenmus is geen mus, maar een insectenetende zangvogel met een puntige snavel en behoort tot een andere familie. Vooral de Huismus en in mindere mate de Ringmus zijn voor hun nestgelegenheid en hun voedsel sterk afhankelijk van mensen en van de menselijke omgeving. In gebieden zonder menselijke bebouwing, zoals bijvoorbeeld de Veluwe, tref je dan ook geen mussen aan. Huismussen komen zowel in stad, dorp en op het platteland voor. Ringmussen daarentegen komen hoofdzakelijk voor op het platteland. Die ziet men zelden in de stad.

Ringmus Passer montanus (Linnaeus, 1758): De Ringmus is de kleinste mus en heeft een chocoladebruine kruin. De witte wangen met een opvallend zwarte ‘schoonheidsvlek’ zijn het meest opvallende kenmerk. Beide geslachten zijn gelijk. Ringmussen zoeken hun voedsel (zaden) vooral op de grond met de ‘roller feeding’-techniek. Daarbij vliegen de mussen in de achterste rij van een groep steeds over de rijen vóór hen, zodat ze als eerste kunnen foerageren. Op die manier verplaatst de groep zich rollend voorwaarts. In het voorjaar schakelen ze steeds meer over op insecten, waartoe ze zelfs een langere snavel krijgen. De Ringmus is een algemene broedvogel van het platteland in de buurt van menselijke bebouwing. In Nederland zijn er ongeveer 100.000-150.000 broedparen. De aantallen nemen af als gevolg van de teloorgang van kleinschalige landschappen. Ringmussen uit Noordoost-Europa trekken hierdoor. Ook Nederlandse Ringmussen trekken deels weg om in Frankrijk te overwinteren.

Heggenmussen Prunellidae: Vogels uit de familie van de heggenmussen komen alleen voor in Europa en Azië. De meeste heggenmussen zijn grijsbruin gekleurde, onopvallende vogels. In de winter worden vooral bessen en zaden gegeten, 's zomers bestaat het voedsel voornamelijk uit insecten. Op de ook in Nederland voorkomende heggenmus na komen alle soorten uit de familie vrijwel alleen voor op hoogvlakten, bergen en toendra's.

De familie van Heggenmussen bestaat wereldwijd uit 12 soorten, waarvan er 1 besproken wordt op deze website.

Heggenmus Prunella modularis (Linnaeus, 1758): De heggenmus is een onopvallende vogel met als belangrijkste kenmerken de grijze kop en borst. De heggenmus is in Nederland een algemene broedvogel, maar is erg schuw en laat zich maar zelden zien. Het voedsel bestaat 's zomers voornamelijk uit insecten, terwijl in de winter vooral zaden en bessen gegeten worden. De vogel zingt vanaf een hoge zangpost zoals een boomtop. De zang bestaat uit een reeks heldere tonen en is al vroeg in het voorjaar te horen.

Bij de heggenmus heeft het vrouwtje gewoonlijk twee mannetjes, die ook beiden helpen bij het verzorgen van de jongen. Het aantal vrouwtjes per mannetje kan variëren. Het nest wordt van mos gebouwd en bevindt zich meestal in dicht struikgewas.

Vinken

Vinken Fringillidae: Vinken vormen een grote gevarieerde groep van relatief kleine, levendig gekleurde zangvogels met een forse snavel, geschikt voor het kraken van zaden. Er zijn drie typen snavels; de dikke ronde van de Appelvink en Goudvink, de gekruiste snavel van de Kruisbekken en de spitse kanarieachtige snavel van de overige soorten. De mannetjes zijn in de zomer kleurrijker dan vrouwtjes maar in de winter zijn zij meer gelijk aan de vrouwtjes. Het kleurrijke zomerkleed bij veel vinken en ook veel andere vogels ontstaat niet door rui maar door slijtage van het najaarskleed gedurende de winter. De staart van de meeste vinken is smal en gevorkt. De vlucht is krachtig en meestal golvend. Veel soorten zijn uitstekende zangers. De vinkenslag is eenvoudig te herkennen. Een vink zingt eerst om een territorium te markeren en zoekt daarna een vrouw. Groenling en Putter hebben een langer durende en meer gevarieerde zang, die jaarlijks nog uitgebreider wordt en werven eerst een vrouw alvorens een territorium te zoeken. Groenling en Putter hebben daarnaast ook nog zang- of vlindervluchten. De Vink is territoriaal. Putter en Groenling zijn sociale vogels en broeden vaak in kleine losse kolonies, vanwaaruit ze gezamenlijk gaan foerageren in de wijde omgeving, vooral op braakliggende terreinen.

De familienaam van Vink en Keep is Fringilla; de overige soorten behoren tot diverse andere families. Vinken worden ook wel in drie groepen ingedeeld; grote vinken, kleine vinken en kruisbekken. In Nederland zijn Vink, Putter, Groenling en Kneu algemeen voorkomende broedvogels. Goudvink, Appelvink en Kruisbek komen meer plaatselijk voor als broedvogel. Sijs, Europese Kanarie en Roodmus zijn zeldzame broedvogels. Grote en Kleine Barmsijs, die overigens nauwelijks in grootte verschillen, zijn wintergas ten. De Keep is een veel voorkomende en de Frater wat minder voorkomende doortrekker en wintergast.

(Bron: Het Vogeljaar: Marcel Boer, De Nederlandse Vogelfamilies Aflevering 10 - Mussen, vinken en mezen)

Tenslotte hierboven een overzichtskaart van de kansrijke vogelsoorten die je in je ‘Groene’ tuin zou kunnen aantreffen, tijdens het Tuinvogel telweekend.

Vogel Tel Tips

Wanneer je besluit - dit weekend, een half uur lang- de Vogels in je Tuin te gaan tellen let op het moment van de dag. Kies een rustig moment, begin van de morgen is de beste tijd. Zorg dat de voersilo’s gevuld zijn en leg het overige voer voor de vogels het liefst een dag van tevoren op de voederplank of -plek. Lees de 10 voedertips er nog even op na.

Met meerdere personen tellen b.v. met de (klein) kinderen of partner is leerzaam en ook handig de een ‘turft’ schrijft de ander gebruikt een vogelkijker voor de soort bepaling van de vogels die achter in de tuin zitten.

Wanneer de eerste Vogeltelling halverwege wordt/is verstoort door bv activiteiten in de buurt, tel dan een dag later of op een ander tijdstip nog een keer opnieuw. Geef de telresultaten door met computer of gebruik de MIJN TUINVOGELTELLING WEB-APP.

Alvast een fijne Tuintelling gewenst, Prettig Weekend.

Afgelopen week bijna -elke dag van de week- wel een Natuurmoment maar: Kom ook eens op zaterdagmorgen naar de Natuurtuin Opzoek gaan naar natuurfenomenen.

We zitten midden in de Winter, aan het begin van het Jaar 2023, Opzoek naar: Nieuwe ‘natuurontdekkingen’ in de Natuurtuin ‘De Robbert’.

Tot de volgende week, dan kom ik terug op de: TUINTELLING en RESULTATEN

Met ‘gevederde’ groet, Will van Berkel.

NATUURJAAR 2023-03, Januari: Winter in de Natuur en -Tuin ‘De Robbert’.

Vandaag: Winter weer, 9e Symposium Biodiversiteit, Droogte effecten op de Natuur, Voorbeelden: ingrepen van vernatting, WiLL’s Natuurverhaal Condensatie, Sovon Vogel- en Stadsvogelbalans 2022, TUINVOGELTELLING 2023.

Zaterdag (2023-01-21), Het is vanmorgen ruim onder nul als ik naar de Natuurtuin fiets. Onderweg; het bijna stil -een ijzige grijsblauwe lucht- en hier en daar een hoor ik een opschrikkende Pimpelmees, Merel en vlak voor mijn voorwiel langs vliegende Roodborst. Bij de Natuurtuin aangekomen is Stan me net voor, het tuinhek is al open. Kijk de tuin in en zie dat de regenberging voorzieningen behoorlijk volstaan met regenwater van de afgelopen week. Door de vorst zijn bijna alle oppervlakten bevroren, alleen daar waar het kwelwater omhoog komt viest het gedeeltelijk niet dicht. Schat zo in dat het water vanuit de grond omhoog gedrukt wordt een graad of 4 Celsius is.

Natuurtuin: gedeeltelijk overzicht met goed gevulde water opvangvorzieningen.
logo symposium provincie Noord Brabant

Aanpak droogte

Onlangs gelezen in de V-krant. Radicale omslag nodig om droogte Noord-Brabant aan te pakken’ Om het structurele watertekort in de provincie Noord-Brabant aan te pakken zijn drastische maatregelen nodig. Zonder snel ingrijpen heeft de droogte ernstige gevolgen voor natuur, landbouw en de drinkwatervoorziening”. Vorige week: was de stelling; Regenval, de Natuur is de grote winnaar -het te lage waterpeil- wordt aangevuld- maar alleen is nu de grote de vraag; Hoe houden we het water vast? Vandaag enkele praktische landschappelijke oplossingen voor het bovenstaande probleem. Maar eerst een stukje theorie -wat droogte doet met het huidige landschap en de Natuur- een aantal droge jaren achtereen.

Biodiversiteit en Leefgebieden

De provincie Noord-Brabant organiseerde eind vorig jaar -voor de 9e keer- het symposium. Dit symposium is voor alle professionals en vrijwilligers die zich inzetten voor de Brabantse natuur, bijvoorbeeld bij terreinbeheerders, gemeenten, waterschappen, natuurorganisaties, agrarische natuurverenigingen en adviesbureau’s. Op het symposium wordt getoond wat er in Brabant is bereikt rondom biodiversiteit en leefgebieden. Maar ook kansen en uitdagingen komen aan bod. Het gevarieerde programma bestaat uit lezingen, workshops en flitspresentaties. Droogte, insecten, paddenstoelen, wilde kat en meer… er is weer veel om uit te kiezen.

Aanpassing van een watergang/-sloot uitmonding.
tekening Slootprofiel van Oud naar Nieuw
Slootprofiel van Oud naar Nieuw
herinrichting moerasbeek

Droog, droger, droogst

Bekijk de PP presentatie: Peter Voorn, Droog, droger het droogst; effecten op de natuur, en hoe nu verder...?!. klik op de weblink: https://www.ravon.nl/portals/2/bestanden/activiteiten/SymposiumBiodiversiteit2022_Presentatie_Droogte.pdf  Beschrijving: Bij water vasthouden wordt het grond- en oppervlaktewaterpeil en de bodem zo beheerd dat een optimale situatie ontstaat voor waterkwantiteit en waterkwaliteit. Water vasthouden richt zich op het behalen van twee hoofddoelstellingen:1: Het vergroten van het bergend (watervasthoudend) vermogen van de bodem dan wel van het oppervlaktewatersysteem; 2: Het realiseren van een optimaal peilbeheer voor het vastgestelde doel; Uiteindelijk wordt hiermee een robuust watersysteem gerealiseerd met een natuurlijk karakter. Bij deze opgave wordt onderscheid gemaakt tussen peilbeheer in de bodem (grondwater) en peilbeheer in het watersysteem (oppervlaktewater). Zie ook beheerfunctie ‘vernatting’.

Voorbeeld van vernatting

Aanpassing van een watergang/-sloot uitmonding. Landschappelijke situatie: Aanpassing van huidige watergang/-sloot (rechtgetrokken) naar een natuurlijk profiel. Ook eenzijdig kan men een sloot aanpassen ook als er smalle stroken beschilbaar zo kan de Natuurverbinding aan elkaar gekoppeld worden. Allerlei dieren en insecten krijgen een vergroot ariaal leefgebied tot hun beschikking.

Eenzijdige verbreding van watergang en oeverstrook
Retentie oplossing: tijdelijke wateropvang tijdens hoogwater
De moerasbeek met bijbehorende beekmoerassen

De Moerasbeek

De moerasbeek komt van nature voor in laagtes op de hoge zandgronden die eenzijdig afstromen, maar een zeer klein verhang (<0,5 m/km) en/of een lage afvoer hebben. Deze situaties komen vaak voor op de hoger gelegen plateaus of in de vlakkere gedeeltes van beekdalen. In gebieden waar agrarisch gebruik bepalend is, heeft de moerasbeek een gegraven loop en zijn stuwen aangelegd om het waterpeil te reguleren. De stuwen zijn passeerbaar voor vis. Naast de loop zijn brede moeraszones aanwezig (tot 25 meter breed). Deze moeraszones zijn permanent nat door toestromend grondwater of een passend peilbeheer (vast of streefpeil natuurlijk toegepast). Het waterpeil zakt in de zomer niet te ver uit; hierdoor wordt boomopslag voorkomen. De begroeiing in het moeras zorgt voor de aanwezigheid van veel organisch materiaal in de vorm van afgestorven planten en ingewaaid blad. Daarnaast zorgt dood hout voor extra structuurvariatie. Als gevolg van het kleine verhang en/of lage afvoeren is de stroomsnelheid in de loop laag en groeit de waterloop gemakkelijk dicht. Net achter de stuwen en op locaties waar meer verhang aanwezig is en inundaties geen probleem vormen, is de loop verkleind om meer stroming te creëren. Hier is de loop beschaduwd en bestaat het bodemsubstraat uit zand, grind, dood hout en bladpakketten.

Ecologische kenmerken en voorbeeldsoorten

De permanent natte zones zijn begroeid met voedselrijke en hoog productieve moerasvegetaties, met Riet, Lisdodde, Liesgras, Grote egelskop, Gele lis e.d. Op de iets hoger gelegen delen ontwikkelt zich wilgenstruweel. Ook in de waterloop komen vooral soorten van voedselrijke situaties voor, zoals Liesgras, Mannagras en Smalle waterpest. De macrofauna in het beekmoeras en de beekloop bestaat met name uit detrituseters, waaronder borstelwormen (Tubificidae), de waterpissebed (Asellus aquaticus) en waterslakken. Op de plekken met wat meer stroming komen vlokreeften voor (Gammaridae) en andere soorten van stromend water, zoals de Weidebeekjuffer. De visfauna bestaat uit algemeen voorkomende soorten zoals Blankvoorn, Baars en Kleine modderkruiper. Tussen de planten in het beekmoeras kunnen ook plantminnende soorten zoals Snoek, Ruisvoorn en Zeelt worden gevonden. Soorten als Bermpje, Riviergrondel en Winde verraden de aanwezigheid van enige stroming.

Beekherstel met berging

Algemene omschrijving: De moerasbeek komt voor in laagtes op de hoge zandgronden die eenzijdig afstromen, maar een zeer zwak verhang (<0,5 m/km) en/of een lage afvoer hebben. Deze situaties komen vaak voor op de hoger gelegen plateaus of in de vlakkere gedeeltes van beekdalen. De moerasbeek onderscheidt zich van de het doorstroommoeras (watertype R19) door de aanwezigheid van een loopje of preferente stroombaan in de laagste delen van het landschap. De moerasbeek bevindt zich in een laaggelegen, brede vlakte van 50-250 meter breed. Door toestromend grondwater is een deel van deze vlakte permanent nat. In de winterperiode overstromen de iets hoger gelegen delen van de vlakte met oppervlaktewater. Meestal bestaat de moerasbeek uit een aantal geschakelde beekmoerassen die met elkaar verbonden zijn door een stromend loopje. De begroeiing in het moeras zorgt voor de aanwezigheid van veel organisch materiaal in de vorm van afgestorven planten, blad en dood hout. Op de plekken waar het water stroomt, is de loop beschaduwd en bestaat de bodem veelal uit zand met hier en daar wat blootgespoeld grind. Het beekmoeras is begroeid met een moerasvegetatie en wilgenstruweel. Aan de randen bevindt zich – afhankelijk van het beheer – een natte, grazige vegetatie of broekbos.

Ecologische kenmerken en voorbeeldsoorten:

Kenmerkend voor de beekmoerassen zijn hoog productieve opgaande moerasvegetaties, bestaande uit hoog opgaande waterplanten (Riet, Lisdodde, Liesgras, Grote egelskop, Gele lis e.d.) van relatief voedselrijke omstandigheden, grote-zeggenvegetaties en elzen- en wilgenbroekbos. De aanwezigheid van bomen wordt met name gestuurd door de waterstand. Zwaardere beschaduwing door elzenbroek of alluviaal bos vanaf drogere delen (overstromingszone of droger) is mogelijk. Binnen de macrofauna is er een duidelijke tweedeling tussen de moerassoorten, die zich ophouden op de planten en tussen het opgehoopte organische materiaal in de stromingsluwe delen en de zuurstof- en/of stromingsminnende beeksoorten in de stromende delen van de beekloop. In het moeras domineren detrituseters, zoals borstelwormen (diverse Tubificidae), waterpissebedden (Asellus aquaticus) en vele soorten vliegen en muggen (Diptera). In de beekloop komen veel vlokreeften voor (Gammaridae) en daarnaast steenvliegen (Nemoura cinerea en N. dubitans), haften en kokerjuffers. De visstand van een moerasbeek wordt gevormd door een beperkt aantal soorten van stromend water, zoals Bermpje, Riviergrondel en Winde. In de moeraszone worden juist plantenminnende en zuurstoftolerante soorten aangetroffen. Twee uitgesproken soorten van moeraszone zijn de Kroeskarper en Grote modderkruiper. De overstromingszone doet ook dienst als opgroeihabitat, bijvoorbeeld voor de kwabaal. (Bron: Aa en Maas Waterschap; Ecologische Streefbeelden watersysteem).

KWELWATER KRISTALLEN Condensatie. (Foto: Will van Berkel)
Vogelbalans 2022:
Stadsvogelbalans,
Nationale Tuinvogeltelling.

Will's NATUURVERHAAL

05-02-2012-) Tijdens de zondagse (natuur)wandeling, zag ik vanmorgen het kwelwater omhoog komen en uitstromen over de bevroren ondergrond. Door de afkoeling van het “warme” kwelwater ten opzichte van de koude ondergrond en buitenlucht temperatuur zijn de waterkristallen tot formaties gevormd, rondom de aanwezige vegetatie (pitrus). Het is een natuurkundig proces, deze vorming van “selfmade” kristallen in deze winterse omstandigheden.

15 jaar Sovon-Vogelbalans.

Al 15 jaar verschijnt de Vogelbalans, het jaarlijkse overzicht van belangrijke ontwikkelingen bij de vogelpopulaties in Nederland. Elk jaar een ander thema; Weidevogels, Roofvogels, Exoten, Natuurterreinen, Flyways, Wetlands en dit jaar is het onderwerp ‘ontwikkelingen door de jaren heen’. De oude nummers zijn nog te downloaden, ze staan op de Sovon website. Onlangs verscheen de Vogelbalans, het jaarlijkse overzicht van belangrijke ontwikkelingen bij de vogelpopulaties in Nederland. Vanwege het vijftigjarige bestaan van Sovon staat de Vogelbalans in het teken van lange tijdreeksen. Gestandaardiseerde vogeltellingen laten vaak grote veranderingen bij soorten en soortgroepen zien. Zo blijken de aantallen zaadetende zangvogels ’s winters behoorlijk af te nemen. Tegelijk nemen watervogels die zuidwestelijk in Europa overwinteren toe in Nederland, doordat ze door de warmere winters noordelijker kunnen blijven.

https://sovon.nl/actueel/nieuwsberichten/vogelbalans-2022-ontwikkelingen-op-lange-termijn   https://sovon.nl/vogelbalans  Download als pdf: https://pub.sovon.nl/pub/publicatie/21252  Het is de derde uitgave – de vorige Pdf-uitgaven 2009 en 2013 zijn nog te downloaden- van de Stadsvogelbalans.

Stadsvogelbalans

Sovon Vogelonderzoek NederlandVogelbescherming Nederland  17-JAN-2023 - Uit de nieuwste Stadsvogelbalans, blijkt dat meer stadsvogels achteruitgaan dan vooruit. Vooral soorten die in parken, tuinen, struiken en struwelen leven hebben het zwaar. Van de vogels die in steden en dorpen leven, gaan er meer soorten in aantal achteruit dan vooruit. Dit blijkt uit de nieuwste Stadsvogelbalans die Sovon Vogelonderzoek Nederland in opdracht van Vogelbescherming Nederland opstelde over de periode van 2007 tot en met 2021. Vooral soorten die in parken, tuinen, struiken en struwelen te vinden zijn, nemen af. Een aantal soorten laat zelfs een achteruitgang zien van meer dan vijf procent per jaar. Hier tegenover staat het positieve nieuws dat watervogels zoals de krakeend met dertig procent toenemen. Dit weten we dankzij tellingen van duizenden waarnemers.

Stadsvogelbalans, Struikbroeders nemen af.

Typische soorten voor tuinen, parken, struwelen en struiken zijn merels, zanglijsters, staartmezen, groenlingen en fitissen. De laatste drie soorten gaan het sterkst achteruit: met vijf procent of meer per jaar. Dit zijn typisch vogels die graag hun nest bouwen in struiken – of in het geval van fitis op de grond – en hun voedsel zoeken in een groene omgeving. De sterke afname van juist deze vogels die afhankelijk zijn van struiken, parken en tuinen impliceert dat het oppervlakte, of de kwaliteit van hun leefomgeving is afgenomen.

TUINVOGELTELLING 2023 TEL MEE! voorbereiding

Vergeet niet om dit weekend alvast vetbollen en graansilo's op te hangen voor de vogels! Dan heb je volgende week wat te tellen tijdens de Nationale Tuinvogeltelling.

Afgelopen week bijna -elke dag van de week- wel een Natuurmoment maar: Kom ook eens op zaterdagmorgen naar de Natuurtuin Opzoek gaan naar natuurfenomenen.

We zitten midden in de Winter, aan het begin van het Jaar 2023, Opzoek naar: Nieuwe ‘natuurontdekkingen’ in de Natuurtuin ‘De Robbert’.

Tot de volgende week, Met ‘gevederde’ groet, Will van Berkel.

 

NATUURJAAR 2023-02, Januari:Winterin de Natuur en -tuin ‘De Robbert’.

Vandaag: Winter? Regen weer, Water afvoeren én vasthoud, Nieuwe Veldgidsen: Invasieve soorten, Smalle olijfwilg, Resultaten Eindejaar Plantenjacht 2022/23, Klein kruiskruid, Week van de Wintermug, WIJKBLAD “dagboek van Stan“ en Winterwatch 2023.

Zaterdag (2023-01-14), vanmorgen: Wanneer de wekker afloopt hoor ik de regen tikken op de ruit. De weersvoorspelling geeft aan op buienradar voor bijna de gehele dag, opeenvolgend regen aan. De afgelopen (regen)dagen waren niet veel anders, het weerbericht: Na de regionaal hevige regenval van afgelopen week draait het vandaag ‘slechts’ om enkele buien. Verder is het tamelijk winderig met aan zee en in het noordwesten zware windstoten tussen 75 en 90 km/uur. Zaterdag gaat het opnieuw regenen en waaien. Temp. 12°C°F, Neerslagkans: 100%, Luchtvochtigheid: 90%, Wind: 37 km/h

Regenbuien avondrood, water in de sloot (Foto: Will van Berkel)
Smalle olijfwilg Elaeagnus angustifolia L. (Elaeagnaceae) (Foto: L. van Hal)
(Foto: L. van Hal)
locatie Olijfwilg

Water afvoeren én vasthouden vanwege klimaatverandering

De Natuur is de grote winnaar -het te lage waterpeil- wordt aangevuld en alleen is nu de grote de vraag; Hoe houden we het water vast? Wordt vervolgt volgende week. Lees alvast het volgende artikel: Water afvoeren én vasthouden vanwege klimaatverandering

Nieuw: Veldgids invasieve houtige planten in Nederland

De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit heeft, in samenwerking met Naturalis Biodiversity Center en Staatsbosbeheer, een veldgids gemaakt met daarin de uitheemse bomen en struiken die in bospercelen prioriteit hebben bij het voorkomen van schade. "In de Nederlandse bossen komen diverse uitheemse bomen en struiken voor. Niet alle planten zijn even gewenst, bijvoorbeeld omdat ze andere (inheemse) soorten verdringen. Het is belangrijk om de meest risicovolle exoten te kunnen herkennen, zodat deze kunnen worden verwijderd. Hierdoor wordt schade aan de natuur voorkomen of beperkt. Ook voor soorten die op de Unielijst invasieve exoten staan, is een vroegtijdige signalering belangrijk. Zeker voor soorten die nog maar beperkt aanwezig zijn en waarvan de verwachting is dat ze nog volledig verwijderd kunnen worden. " In de nieuwe Veldgids Invasieve houtige planten in Nederland (pdf; 22,4 MB) staan 45 soorten(-groepen). Deze veldgids heeft niet als doel om een uitputtende opsomming te zijn van alle uitheemse planten die in bossen en struwelen voorkomen. Op grond van informatie van terreinbeheerders en ervaringen in het buitenland is de focus gericht op houtige klimmers, struiken en bomen die momenteel of zeer waarschijnlijk in de toekomst een probleem vormen voor het beheer van natuurterreinen. De veldgids richt zich dus op houtige soorten die in de bospercelen, duinen, kalkgraslanden en hoogveen prioriteit hebben bij het voorkomen van schade door invasieve exoten.

Tuin er niet in!

Veel uitheemse planten die in de Nederlandse natuur voorkomen zijn ooit als tuinplant naar Nederland gehaald. Sommige soorten zijn schadelijk voor de biodiversiteit. Voorkomen is beter dan genezen: plant geen invasieve soorten in de tuin of vijver. INFO: https://www.nvwa.nl/onderwerpen/invasieve-exoten .  Invasieve planten: Uitheemse planten kunnen zowel op het land als in het water voor overlast en schade aan de natuur zorgen. Wat houdt de overlast en schade in? Om welke soorten gaat het? Hoe herkent of bestrijdt u ze? 1: Invasieve landplanten 2: Invasieve oever- en waterplanten Floron Info:  https://www.floron.nl/tuinernietin/materialen-downloads

Lesmateriaal invasieve soorten

Educatie kan helpen inzicht te krijgen in het effect van invasieve exoten op de Nederlandse natuur. Via deze website kunnen docenten en studenten gratis lesmateriaal downloaden. https://www.nvwa.nl/onderwerpen/invasieve-exoten/lesmateriaal-invasieve-exoten

Smalle olijfwilg

In Helmond (NB) nabij de brug staat een Smalle Olijfwilg. De boom een invasieve soort groeit in een berm naast de weg. De boom is hoog, meer dan 10 meter, geschat. Dikke takken zijn breed uitgegroeid, de waarneming is van 2019-07-08. Kenmerken: Bladverliezende boom tot 6 m hoog, Bladen (lijn-)lancetvormig, gaafrandig, met zilverwitte schubben, Takken met doorns. Bloemen rechtopstaand, bloemdek van binnen geel Schijnbes geel, wit beschubd, melig. Gelijkende soorten: Schermolijfwilg (E. umbellata) heeft geen zilverwitte schubben op de volwassen bladen, geen (zelden) doorns, een bloemdek dat van binnen lichtgeel is en een sappige schijnbes. Actuele verspreiding: Af en toe verwilderend in de kustduinen en op de Wadden, elders zeldzaam op zandgrond. Herkomst: Zuid-Europa, West- en Midden-Azië Ecologie: In Europa wordt smalle olijfwilg vooral aangetroffen in kustgebieden (duinen, zout­moerassen, graslanden). Bedreiging: Bessen worden gemakkelijk verspreid door vogels. Smalle olijfwilg kan dichte, een­soortige vegetaties vormen, maar dit is in Europa nog niet gesignaleerd. Beheer: Bestrijding van eenmaal gevestigde bomen is lastig vanwege het krachtig uitlopen vanuit de stobbe; uitgraven van de stobbe kan opslag vanuit de wortels stimuleren. Weblink; Wilde planten: https://wilde-planten.nl/smalleolijfwilg.htm

Kortsnuittamariskwants Tuponia brevirostris
poster eindejaars plantenjacht 2022
Plantenjacht 2022
Klein kruiskruid Senecio vulgaris
Gebandeerde wintermug Trichocera annulata

Bijzondere wants

Vorig jaar in NATUURJAAR 2022-03 een artikel geschreven over dat er drie wantsensoorten zijn ontdekt (augustus 2021), geklopt van een Franse Tamarisk-spec. een exotische heester. Oorspronkelijk komt deze soort in Zuid- en Zuidwest-Europa voor. Kortsnuittamariskwants Tuponia brevirostris Reuter 1883. Algemeen: De planten die door Wantsen benut worden zijn zeer divers en omvatten naast veel grassen en kruiden ook zowel loof- als naaldbomen. Ook als wantsen geintresseerde -zijn invasieve Planten en Bomen- zeer intressante onderzoeksobjecten- die verschillende Wantsensoorten kunnen opleveren. Binnenkort volgt een monitoringsonderzoek.

Eindejaars plantenjacht 2022/23, de resultaten

Droge zomer en koude decemberweek beïnvloedden telling, Klein kruiskruid op 1: 10-JAN-2023 - FLORON en Tuintelling.nl organiseerden de Eindejaars Plantenjacht voor het negende jaar op rij. Plantenliefhebbers gingen tussen Eerste Kerstdag en 3 januari op zoek naar bloeiende planten. In totaal vonden zij 390 plantensoorten en gemiddeld 9,9 soorten per telling. De langdurig droge zomer en een koude decemberweek resulteerden in een bijzonder boeiende Eindejaars Plantenjacht! FLORON vroeg plantenliefhebbers om een uur te gaan wandelen en te zoeken naar bloeiende planten. In totaal werden 390 wilde of verwilderde plantensoorten bloeiend waargenomen. In de top 3 staan Klein kruiskruid (771 keer geteld), Paarse dovenetel (761) en Vogelmuur (742). Telsultaten soorten: https://www.floron.nl/plantenjacht   Eindverslag: https://www.naturetoday.com/intl/nl/nature-reports/message/?msg=30143

Klein kruiskruid

De zaadbollen, vol zaadpluis zijn grijs en liggen wellicht aan de basis van de wetenschappelijke naam, Senecio. Dit komt immers van het Latijnse senex dat oude man betekent of grijsaard. In het Duits spreekt men van Greiskrauter. Vulgaris betekent gewoon. Herkenbaar aan deze unieke combinatie van kenmerken: - de gele bloemhoofdjes zonder straalbloemen én - de glanzende geveerde bladeren. Volksnamen: zijn onder andere Kruiswortel, Vogeltjeskruid, knoppert, Klein grintkruid, Schaapssteentjes, Pluiskruid, Kanariekruid. Algemeen: Klein kruiskruid is zeer algemeen voorkomende eenjarige plant. Ze kan tot 50 cm hoog worden. Vooral omgewerkte grond heeft de voorkeur, maar ook tussen stoeptegels kom je klein kruiskruid tegen. Bloem: Klein kruiskruid bloeit bijna het hele jaar, behalve bij strenge vorst, met kleine gele bloemhoofdjes, die meer hoog dan breed zijn met zwart gepunte omwindselblaadjes. Info: Klik op weblink:  https://wildebloemen.info/pages%20bloemen/K/klein%20kruiskruid.php/?full=1

Week van de wintermug

Vorige week, een iniatief van Soorten NL. Het is een opvallende verschijning tijdens de wintermaanden: zwermen met dansende muggen op luwe plekjes. Zelfs als er sneeuw ligt kun je ze aantreffen! Maar wat zijn dit voor diertjes, die niet eens kunnen steken? Om dat eens uit te lichten, is het deze week de 'Week van de Wintermug'. Er is niet één soort wintermug. Je kunt behoorlijk wat verschillende soorten muggen in de winter aantreffen, ook dicht bij huis. Zo zijn venstermuggen van het genus Sylvicola jaarrond te vinden. Ze zijn goed herkenbaar aan hun bruin-zwart gevlekte vleugels. Het grootste deel van de winter-actieve muggen zijn echter de échte wintermuggen, de familie Trichoceridae. Daarnaast zullen we ook de sneeuwmuggen Chionea (van de familie Limoniidae) belichten in dit artikel. Wintermuggen en sneeuwmuggen zijn echte winterspecialisten, die je bijna alleen kunt vinden tussen november en maart. Het is een opvallende verschijning tijdens de wintermaanden: zwermen met dansende muggen op luwe plekjes. Zelfs als er sneeuw ligt kun je ze aantreffen! Maar wat zijn dit voor diertjes, die niet eens kunnen steken? Om dat eens uit te lichten, is het deze week de 'Week van de Wintermug'. Weblink: https://www.naturetoday.com/intl/nl/nature-reports/message/?msg=30242   Soorten tabel: https://ccw.naturalis.nl/documents/14_Tabel_T_Peeters_en_Oosterbroek,_2014b.pdf

logo van het stukje
logo winterwatch 2023
nieuwjaarswens "een groen en duurzaam 2023".

Will's media rubriek

Onlangs is het Wijkblad Helmond Noord vernieuwd, Wekelijks wordt de website Natuurtuin de Robbert aangevuld met nieuwe verhalen - o.a. over Onderzoek en het Weekverslag van Stan - over de Natuurtuin. Maar wist u dat er ook ‘Groene berichten’ geplaatst worden in het Wijkblad Helmond Noord in de rubriek “Uit het dagboek van Stan Sanders” de digitale uitgave is te downloden en/of lezen? Klik op de weblink: https://www.noorderweb.nl/ ga dan naar Home - Agenda en verslagen; de laatste vijf uitgaven staan al voor u klaar.

Winterwatch 2023 (TV) is terug om het beste van de Flora en Fauna in het seizoen WINTER van het Verenigd Koninkrijk te laten zien. Chris Packham en Michaela Strachan genieten van het seizoen op Wild Ken Hill in Norfolk, waar de winterspektakels in volle gang zijn. Er is een blik op de grootste kauwslaapplaats in het Verenigd Koninkrijk, maar ook hartverwarmende verhalen over de geboorte van grijze zeehonden langs de kustlijn, evenals alle actie die is vastgelegd op de live camera's. Ondertussen trekken Iolo Williams en Gillian Burke naar Edinburgh, waar ze inzicht geven in onze stedelijke natuur. Slechtvalken en levende dassen geven het startschot. BBC TWO Aflevering 1 : 17 januari 2023 Dinsdag (totaal 8 afleveringen). Uitzendingen Klik op weblink: https://www.bbc.co.uk/programmes/m001h9g4

De BESTE WENSEN Namens het gehele Team NATUURTUIN ‘De Robbert’

Afgelopen week bijna -elke dag van de week- wel een Natuurmoment maar: Kom ook eens op zaterdagmorgen naar de Natuurtuin Opzoek gaan naar natuurfenomenen.

We zitten midden in de Winter, aan het begin van het Jaar 2023, Opzoek naar: Nieuwe ‘natuurontdekkingen’ in de Natuurtuin ‘De Robbert’.

Tot de volgende week, Met ‘gevederde’ groet, Will van Berkel.

NATUURJAAR 2023-01, Januari: Winter in de Natuur en -tuin ‘De Robbert’.

Vandaag: Nieuw jaar 2023 Winter? Het Bokje en Watersnip, Rode Eekhoorn uit winterrust, Nieuwe Schildwants: Chroantha ornatula, Jaar 2023 Meervleermuis, Sovon 50 jaar en Vlinderstichting 40 jaar,

Zaterdag (2023-01-07), Zacht weer met milde temperaturen, een vooruitgeschoven Lente. Vogels zingen in jubelstemming, gehoord; Merel zang 3 ex. Koolmees, het bekende fietspompje en Pimpelmees trillertje en boven in de Hazelaarstruik; Boomklever.

Winterwarmte

De eerste week van het nieuwe jaar is het in bijna heel Europa extreem warm, in veel Europese landen warmterecords gebroken. Records op zich zijn niet uitzonderlijk, maar doorgaans gaat het om tienden van graden. Deze week zijn op sommige plekken records verpulverd met meerdere hele graden. Wind cruciaal: Temperaturen van 10 tot bijna 20 graden boven normaal leidden ertoe dat deze week duizenden records gebroken werden. Het roept de vraag op of de weerfenomenen in de VS en Europa iets met elkaar te maken hebben, en welke rol klimaatverandering speelt.

Kortere winter

Klimaatwetenschappers en meteorologen over de hele wereld spreken hun verbazing uit over de hoge temperaturen. In sommige landen waren de temperaturen vergelijkbaar met die in de zomermaanden. Maar een link met de kou in de VS lijkt er niet te zijn. "Ik acht het niet waarschijnlijk dat die weerfenomenen samenhangen" Sowieso worden winters in Europa steeds korter, zegt de weerman. "Elk jaar gaat er bijna een dag af van de winter." De herfst eindigt iets later en het voorjaar begint eerder. Weersveranderingen op grote schaal; leidt het ertoe dat de winters in West-Europa steeds natter worden, met meer regen en minder sneeuw.

Bokje, biotoop
Bokje vs Watersnip
Europese Rode Eekhoorn (Sciurus vulgaris) (schetsboek van Chris Orgill)

Regenwater in de sloot, maar nog geen Bokje in De Bundertjes

Met hun 18 centimeter zijn Bokjes de kleinste snippen. Ze verblijven het liefst in moerassige gebieden, waar ze vaak onzichtbaar blijven voor vogelaars. Bij benadering drukken Bokjes zich, houden zich stil en vallen zo weg tegen de achtergrond. Meestal vliegen ze onverwacht en vlak voor je voeten op, om een tiental meters verder weer in te vallen.

Buiten broedtijd: Van september tot en met april houden zich Bokjes op in ons land, waarnemingen in mei en augustus zijn bijzonder. De meeste waarnemingen vallen tijdens de doortrek die in oktober piekt en tussen half maart en half april. In deze periode kunnen Bokjes overal opduiken in terreinen met een combinatie van zeer ondiep zoet water en lage vegetatie; waarnemingen op kurkdroge plekken (heide) zijn overigens mogelijk. Of Bokjes blijven overwinteren, hangt af van de lokale waterstand en de aanwezigheid van vorstvrije plekken (kwelwater). De afhankelijkheid van lokale terreinomstandigheden maakt het moeilijk om een trend in het voorkomen te ontdekken. Los daarvan is het Bokje een notoir lastige soort om vast te stellen. Vaak blijkt zijn aanwezigheid pas bij het intensief doorkruisen van plas-dras terrein.

Broedtijd: Er zijn geen bewijzen dat het Bokje ooit in Nederland broedde. Oude claims zijn onvoldoende gedocumenteerd. De dichtstbijzijnde broedgebieden liggen in Zuid-Zweden. Deze Middelgrote steltlopers houden er een verborgen levenswijze opna -b.v. in de Beekdalen van de Bundertjes- mede daardoor vallen deze aanwezige vogels niet op.

Watersnip

Watersnippen -26 centimeter- worden in de trektijd regelmatig gezien, maar vaak betreft het maar een fractie van de vogels die in het veld aanwezig zijn. Snippen blijven bij nadering lang in dekking en zijn daardoor moeilijker te tellen dan grotere steltlopers zoals Grutto en Kemphaan. Tijdens speciale watersnippentellingen in 1982, 1984 en 1986 werden naast aantallen Watersnippen ook gegevens verzameld over de eigenschappen van de plekken en percelen waar de vogels werden waargenomen. Zo’n 30 jaar hebben deze gegevens op de plank gelegen. Hoog tijd om ze af te stoffen en uit te werken.

Buiten broedtijd: Doortrekkende Watersnippen zijn afkomstig uit een gebied dat tot diep in Rusland reikt. Een deel overwintert bij ons, de meeste trekken door naar de Britse Eilanden en Zuidwest-Europa. Tussen half juli en begin mei kunnen grote aantallen Watersnippen

Verschijnen in gebieden met ondiep water, modderige plekken en veel dekking. De aantallen zijn het hoogst van half september tot half november en in maart en begin april. Tijdens vorst trekt een deel weg terwijl de rest open water opzoekt, bijvoorbeeld kwelplekken of beken. Het aantal Watersnippen dat van ons land gebruik maakt, is sinds ongeveer 1950 afgenomen. Een belangrijke reden, naast internationale afname van broedpopulaties, is de verplaatsing van ruigebieden. Brachten voorheen grote aantallen Watersnippen de rui door in Nederland, tegenwoordig doen ze dat veelal op de Britse Eilanden.

Broedtijd: De lange snavel van de Watersnip heeft zachte grond nodig om in te boren. Daarom nestelen Watersnippen alleen in natte graslanden op veengronden, gemaaide rietlanden en in natte heischrale terreinen. Bolwerken, zoals in de Zaanstreek en Noordwest-Overijssel zijn zeldzaam geworden. Dat heeft alles van doen met ontwatering. Hierdoor neemt de soort al vele tientallen jaren in aantal af en komt hij in boerenland alleen voor als het waterpeil kunstmatig hooggehouden wordt. De ooit forse Nederlandse broedpopulatie, die rond 1970 mogelijk 10.000 paartjes telde, is gedecimeerd en de soort is verdwenen uit grote delen van het land. In het telgebied De Bundertjes wordt de Watersnip sporadisch gemeld, wel verspreid jaarrond komen enkele tientallen waarnemingen vanuit Natuurgebieden gelegen rondom Helmond.

Zacht weer, Rode eekhoorn uit winterrust

De ‘laatste’ dag van het Oude Jaar een wandeling buitenom de Natuurtuin. Opeens zagen we onderweg drie Europese Rode Eekhoorn Sciurus vulgaris Linnaeus, 1758 -roetsjend over de twijgen van een Hazelaar- een plek zoekend hogerop in de struik. Later, midden in de week van het ‘Nieuwe Jaar’, veel regenbuien. Met als resultaat dat de waterstand in de poelen, verdiepte bloemenveldjes en sloten in de Natuurtuin weer aardig zijn aangevuld.

Verblijfplaatsen en winterslaap: In tegenstelling tot wat veel mensen denken, houden Eekhoorns geen winterslaap. Wel zijn ze in de winter minder lang actief, om niet te veel energie te verliezen. Bij langdurige koude blijven eekhoorns wel eens enkele dagen in hun nest. Tijdens de koude winter van 1996-97 werden in een aantal bossen in Sint-Katelijne-Waver en omgeving regelmatig 2-3 eekhoorns (al dan niet gemengde groepen van mannetjes en vrouwtjes) samen in 1 nest aangetroffen. Eekhoorns gebruiken op een half jaar tijd ongeveer 12 nesten, waarbij onderscheid gemaakt kan worden tussen rust- en slaapnesten. Ze maken hun nest in een natuurlijke boomholte of verlaten spechtenhol of bouwen zelf een bol nest van takken met bladeren of naalden, met een binnenbekleding van afgestripte bast, mos, varens, gras, ... Er is een steviger gebouwd hoofdnest dat vaker en langer gebruikt wordt (o.a. tijdens de winter en als kraamnest).

Het afgelopen weekeinde zijn er ruim 100 meldingen van Rode Eekhoorn activiteiten gemeld.

Wants imago: groene-
en bruine variant
larve/nimf: bruine
en donkere variant

Nieuwe Schildwants in Nederland

Familie: Pentatomidae (Schildwantsen), Soort: Chroantha ornatula (Herrich-Schäffer, 1842 ) Eind oktober 2022: tijdens harde Zuidelijke wind -een wolkje dieren- richting Noorden geblazen; Zuid-Engeland, Noord-Frankrijk en Nederland -thans twee waarnemingen bekend- waarneming; Dordrecht 28/10 en Lemmer 31/10. (Bron: Berend Aukema).

Als u deze Wantsensoort zou tegenkomen; b.v. in de Tuin, ’t Veld of tijdens nachtvlindermonitoring op doek of in de lichtval, maak er een ‘bewijsfoto’ van en meldt deze via de website: waarneming.nl

Het weer, wat voorafging:

23- 28 oktober 2022- Het is pas zaterdag dat de atmosfeer (tijdelijk) tot rust komt. Het wordt zeer zacht bij dagtemperaturen tussen 21 en 23 graden. Een uitschieter in de Kempen van 24 graden behoort er zeker tot de mogelijkheden. Tijdens deze herfstvakantie is de wind het overgrote deel van de tijd afkomstig uit zuidelijke richtingen en daardoor wordt zeer zachte lucht meegevoerd naar ons land. De temperatuur kan hierdoor behoorlijk oplopen, maar de uiteindelijke waarde en de temperatuurbeleving zijn natuurlijk sterk afhankelijk van bewolking, neerslag en wind.

Wind spelbreker voor rustig najaarsweer. Er waait eerst een vrij krachtige wind die later vanmiddag afzwakt tot matig uit een zuidelijke richtingen. De zuidwestenwind duidelijk aanwezig en boven land soms zelfs (vrij) krachtig met windkracht 5 of 6. Aan zee steekt een harde zuidwester op. Het is daarbij behoorlijk wisselvallig en geregeld trekken felle buien over. Onweer is daarbij niet uitgesloten. Als een bui passeert is de wind ronduit vlagerig en dan daalt de temperatuur tijdelijk. De wolkenluchten zijn sterk wisselend met zon en stapelwolken tijdens droge perioden en dreigende uitzichten zodra een bui nadert. Als het droog is, stijgt de temperatuur ’s middags naar 15 tot 18 graden.

https://ukrbin.com/show_image.php?imageid=71212&big=1&lang=0     https://arthropodafotos.de/dbsp.php?lang=eng&sc=0&ta=t_42_hem_het_pen&sci=Chroantha&scisp=ornatula

Imago; verspreidingsgebied Europa 2010 – 2022
en NL
Verspreidingsgebied; Salsola kali
Stekend loogkruid - Salsola kali
Stekend loogkruid - Salsola kali

Stekend loogkruid - Salsola kali

Is een van de waardplanten van de nieuwe wants: Chroantha ornatula. Bij een bezoek aan het strand in de zomermaanden vind je als je door de duinen naar het open strand loopt niet alleen Helm, maar ook een stekelige plant Stekend loogkruid, Salsola kali. Alle onderdelen van deze plantensoort dragen stekels, zowel de priemvormige bladeren als de onderdelen van de bloemen die in de oksels van de bladeren staan. Door het stekelige uiterlijk valt de plant het meest op. https://www.floravannederland.nl/planten/stekend_loogkruid

logo jaar van de meervleermuis
logo jaar van de meervleermuis
logo SOVON 50 jaar
logo SOVON 50 jaar
logo vlinderstichting 40 jaar
logo vlinderstichting 40 jaar

Het Jaar 2023

Het Jaar 2023: Jaaronderzoek van Scholekster (melding vorige week) en Meervleermuis en het jubileum jaar van diverse Natuurorganisaties Sovon en Vlinderstichting. De keuze van de Zoogdiervereniging voor 2023 is de Meervleermuis aangewezen. In het Jaar van de Meervleermuis zetten de Zoogdiervereniging, ARTIS en talloze vrijwilligers de meervleermuis in het zonnetje (al zit de meervleermuis liever in het donker). We vragen aandacht voor de soort door te zorgen dat veel meer mensen de meervleermuis kennen en waarderen. We doen onderzoek om de levenswijze en uitdagingen van de meervleermuis beter te begrijpen. We gaan met overheid, bouwsector en architecten om tafel, om te zorgen dat meervleermuizen in Nederland weer kunnen floreren.

Centrale plek in de organisatie is de website Meervleermuis.nl   We zullen ook de (sociale) media voorzien van een stroom berichten, video’s en artikelen. Je hoort van ons in het Jaar van de Meervleermuis!

Sovon vijftig jaar

In 2023 zet Sovon de viering van het 50-jarig jubileum in het teken van de vele toepassingen van onze vogelkennis op allerlei gebied. Wij weten dat de Sovon-waarnemers vooral bereid zijn hun enorme inspanningen - jaarlijks meer dan 160 mensjaar - te leveren om bij te dragen aan de kennis over in het wild voorkomende vogels in Nederland. Kennis die vervolgens gebruikt moet worden door allerlei maatschappelijke partijen. Dat willen we laten zien in onze jubileumactiviteiten

De Vlinderstichting veertig jaar: vlinderslinger door Nederland

In 2023 viert De Vlinderstichting haar veertigste verjaardag en dat wordt gevierd door een vlinderslinger die we door Nederland gaan maken. Iedere maand staat een provincie centraal en zo reizen we het hele land door.

Veertig jaar vlinderbescherming: Op zaterdag 4 maart is onze jaarlijkse Landelijke Dag. Dé ontmoetingsdag voor donateurs van De Vlinderstichting en iedereen die van vlinders (en libellen) houdt. De dag wordt gehouden in de Junushoff in Wageningen en zal ook online te volgen zijn. 2023 wordt een feestjaar: De Vlinderstichting bestaat dan veertig jaar. Dat betekent dat we al veertig jaar vlinders beschermen. Vaak met succes, maar soms ook met frustratie. Diverse presentaties zullen dan ook in het teken hiervan staan. Het wordt weer op een dag vol boeiende sprekers en mooie beelden. Bekijk het programma

Klimaat en weer

Het thema van deze week Klimaat- en weersinvloeden op Natuur en -terreinen. Kijk goed, naar het onderstaande Landschap, en geef voor je zelf het antwoord en de oplossing!

Droogte in verschillende landschappen
nieuwjaarswens "een groen en duurzaam 2023".

De BESTE WENSEN Namens het gehele Team NATUURTUIN ‘De Robbert’

Afgelopen week bijna -elke dag van de week- wel een Natuurmoment maar: Kom ook eens op zaterdagmorgen naar de Natuurtuin Opzoek gaan naar natuurfenomenen.

We zitten midden in de Winter, aan het begin van het Jaar 2023, Opzoek naar: Nieuwe ‘natuurontdekkingen’ in de Natuurtuin ‘De Robbert’.

Tot de volgende week, Met ‘gevederde’ groet, Will van Berkel.